MITEL NETWORKS 5010 IP Phone GEBRUIKERSHANDLEIDING
3300 ICP - 7.
Inhoudsopgave 1 INFORMATIE OVER DE SET Voor gebruikers van Resilient 3300 ICP-systemen TIPS VOOR COMFORTABEL EN VEILIG GEBRUIK Klem de hoorn niet met uw schouder tegen uw oor Bescherm uw gehoor Zet de telefoon onder een hoek voor een betere zichtbaarheid Een andere hoorn installeren DE SET AAN UW EIGEN WENSEN AANPASSEN Belsignaal instellen Het gespreksvolume van de hoorn instellen Het luidsprekervolume instellen Het contrast van de display instellen Functietoetsen Een taal kiezen GESPREKKEN PLAATSEN EN BEA
10 OPROEPBEHANDELING Wachtstand Doorverbinden Conferentiegesprek Een conferentiegesprek splitsen Wisselen Oproepen omleiden Oproepen omleiden - Extern Oproepen omleiden - Eindbestemming vastleggen Oproepen omleiden - onderdrukken Berichten - Kennisgeving Berichten - Terugbelverzoek GEAVANCEERDE FUNCTIES GEBRUIKEN Accountcodes Terugbelverzoeken Wachtstand - Extern ophalen In wacht Oproepen ophalen Aankloppen Niet storen Inbreken Oproepen Direct oproepen Headsetbediening Headsetbediening (met functiecontrole
INFORMATIE OVER DE SET De Mitel Networks 5010 IP heeft acht functietoetsen ( SUPERKEY, MESSAGE, HOLD, CANCEL, TRANSFER/CONFERENCE, REDIAL, , en zeven persoonlijke toetsen met ingebouwde statuslampjes. De persoonlijke toets linksonder is altijd de primaire lijn. De overige persoonlijke toetsen kunnen worden geprogrammeerd als functietoets, snelkiestoets of Lijntoets. ) Alleen uw beheerder kan persoonlijke toetsen als functietoets (bv. als Wissel -toets) programmeren.
Voor gebruikers van Resilient 3300 ICP-systemen Als u gedurende een gesprek twee pieptonen hoort die om de 20 seconden worden herhaald, betekent dit dat de telefoon wordt overgeschakeld naar een secundair 3300 ICP-systeem. U kunt het gesprek voortzetten maar de toetsen en functies op de telefoon (inclusief visuele voicemail en andere toepassingen) werken niet meer. De toetsen en de meeste functies werken pas weer nadat u het gesprek hebt beëindigd.
Zet de telefoon onder een hoek voor een betere zichtbaarheid Met de ingebouwde standaard kunt u de telefoon schuin zetten, zodat de toetsen en display beter zichtbaar zijn. De telefoon schuin zetten: 1. Druk op de telefoonbasis op de plak die dient om de standaard te deblokkeren. 2. Zet de telefoon onder de gewenste hoek. 3. Laat de deblokkeerplak los.
Een andere hoorn installeren De telefoon 5010 IP is compatibel met diverse, gespecialiseerde hoorns. De bijgeleverde hoorn losmaken van het snoer: 1. Buig een paperclip open tot een recht staafje van circa 4 cm. 2. Kijk op de hoorn waar zich de plastic gleuf bevindt die leidt naar het binnenste van de hoornaansluiting. De gleuf bevindt zich naast de aansluiting die zich het dichtst bij de microfoon van de hoorn bevindt. 3.
DE SET AAN UW EIGEN WENSEN AANPASSEN Belsignaal instellen Het volume van het belsignaal instellen terwijl de set overgaat: z Druk op of . De toonhoogte van het belsignaal instellen terwijl de set onbezet is: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Druk Druk Druk Druk Druk Druk Druk op op op op op op op SUPERKEY. # totdat (Belsignaal instellen?) verschijnt. *. *. of . #. SUPERKEY. Het gespreksvolume van de hoorn instellen Het gespreksvolume van de hoorn instellen terwijl u de hoorn gebruikt: z Druk op of .
Een taal kiezen De taal voor de display wijzigen: 1. 2. 3. 4. 5. 6. Druk Druk Druk Druk Druk Druk op op op op op op SUPERKEY. # totdat "Language?" (Taal?) verschijnt. *. *. # totdat de gewenste taal verschijnt. *. GESPREKKEN PLAATSEN EN BEANTWOORDEN Gesprekken plaatsen 1. Neem de hoorn van de haak. 2. Als u een niet-primaire lijn wilt gebruiken, drukt u op een Lijntoets. 3. Toets het nummer in, -OFDruk op een snelkiestoets -OFDruk op REDIAL. Gesprekken beantwoorden z Neem de hoorn van de haak.
Nummer herhalen - Opgeslagen nummer Het laatste, handmatig gekozen nummer opslaan: 1. Neem de hoorn van de haak. 2. Kies **79. Het opgeslagen nummer opnieuw bellen: 1. Neem de hoorn van de haak. 2. Kies *6*.
Snelkiestoetsen Met de snelkiestoetsen kunt u een gesprek plaatsen, of tijdens een gesprek een reeks cijfers versturen (bv. om een uit diverse cijfers bestaand wachtwoord te versturen). Een opgeslagen snelkiesnummer kiezen: 1. Neem de hoorn van de haak. 2. Druk op een snelkiestoets. Een snelkiesnummer opslaan: 1. 2. 3. 4. 5. 6. Druk op SUPERKEY. Druk op # totdat "Personal keys?" (Persoonlijke toetsen) verschijnt. Druk op *. Druk op een persoonlijke toets die geen lijntoets is. Druk op *.
Snelkiezen - Persoonlijk Een opgeslagen, persoonlijk snelkiesnummer kiezen: 1. Neem de hoorn van de haak. 2. Kies *58. 3. Geef een indexnummer op tussen 00 en 09. Een persoonlijk snelkiesnummer opslaan: 1. 2. 3. 4. Neem de hoorn van de haak. Kies *67. Geef een indexnummer op tussen 00 en 09. Kies het nummer dat u wilt opslaan. (Druk op HOLD als u tijdens het bellen tussen twee cijfers een pauze wilt aanbrengen - druk meer dan één keer op HOLD om de pauze langer te maken.). 5. Hang op.
OPROEPBEHANDELING Wachtstand Een gesprek in de wachtstand plaatsen: z Druk op Hold. Een gesprek uit de wachtstand halen: 1. Neem de hoorn van de haak. 2. Druk op de knipperende lijntoets. Een gesprek uit de wachtstand halen op een andere telefoon: z Druk op de knipperende lijntoets. -OFKies **1 gevolgd door het nummer van het toestel waarop het gesprek in de wachtstand is gezet. Doorverbinden Een lopend gesprek doorverbinden: 1. Druk op TRANS/CONF. 2. Kies het nummer van de betreffende partij. 3.
Conferentiegesprek Een conferentiegesprek opzetten tijdens een lopend gesprek tussen twee partijen, of een volgende partij aan een lopend conferentiegesprek toevoegen: 1. 2. 3. 4. Druk op TRANS/CONF. Kies het nummer van de volgende partij. Wacht totdat er wordt opgenomen. Druk op TRANS/CONF. Een conferentiegesprek verlaten: z Hang op. Een conferentiegesprek splitsen Een conferentiegesprek splitsen om een privé-gesprek met de oorspronkelijke partij te houden: 1. Druk op TRANS/CONF. 2. Kies *41.
Oproepen omleiden Met de functie Oproepen omleiden (Call forward) kunt oproepen voor uw toestel omleiden naar een ander nummer. Deze functie leidt alle oproepen om, ongeacht de status van uw telefoon. B-int leidt interne gesprekken om wanneer uw telefoon bezet is, en B-Ext doet hetzelfde voor externe gesprekken. NA-Int leidt interne gesprekken om als u een oproep na een aantal keer overgaan niet beantwoordt, en NA-Ext. doet hetzelfde voor externe gesprekken.
Oproepen omleiden - Extern Oproepen vanaf een extern toestel naar uw huidige locatie omleiden: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. Druk op SUPERKEY. Druk op # totdat "Call Forwarding?" (Oproepen omleiden?) verschijnt. Druk op *. Druk op # totdat "I am here?" (Ben ik hier?) verschijnt. Druk op *. Als er al een nummer is geprogrammeerd, drukt u op *. Druk op *. Toets het toestelnummer van het externe toestel in. Druk op . Oproepen omleiden - Extern annuleren op het toestel waarmee extern omleiden is ingesteld: 1. 2.
Oproepen omleiden - Eindbestemming vastleggen De eindbestemming vastleggen zodat oproepen niet door het bestemmingsnummer verder kunnen worden omgeleid: 1. Neem de hoorn van de haak. 2. Kies 64. 3. Hang op. De eindbestemming weer vrijgeven, zodat gesprekken door het bestemmingsnummer kunnen worden omgeleid: 1. Neem de hoorn van de haak. 2. Kies **73. 3. Hang op. Oproepen omleiden - onderdrukken De omleiding naar een toestel onderdrukken om naar het betreffende toestel te bellen: 1.
Berichten - Terugbelverzoek Een terugbelverzoek achterlaten op een telefoon wanneer u een bezettoon of terugbelsignaal hoort: z Druk op MESSAGE. Reageren op een bericht dat op uw toestel is achtergelaten: 1. Druk op MESSAGE. 2. Voer een van de volgende handelingen uit: Druk op # om de afzender van het bericht te bellen. Druk op * om het bericht te wissen. -OF Neem de hoorn van de haak. Druk op MESSAGE om het bericht te wissen.
Terugbelverzoeken Een terugbelverzoek achterlaten wanneer een telefoon bezet is of uw oproep niet wordt beantwoord: z Druk op de functietoets Callback. Een terugbelverzoek beantwoorden: z Neem de hoorn van de haak. Een terugbelverzoek annuleren: 1. 2. 3. 4. Neem de hoorn van de haak. Kies *1#. Kies het nummer van het gebelde toestel. Hang op. Alle terugbelverzoeken annuleren: 1. Neem de hoorn van de haak. 2. Kies #1. 3. Hang op.
In wacht Met de functie In wacht kunt u een gesprek in de wacht zetten. Vervolgens kunt u of iemand anders het gesprek uit de wacht halen vanaf elk toestel in het systeem. Nadat een gesprek in de wacht is gezet, kunt u automatisch worden verbonden met een oproepsysteem zodat u de gewenste persoon kunt informeren over het gesprek. U kunt als volgt een actief gesprek in de wacht zetten: 1. Voer een van de volgende handelingen uit: Druk op de functietoets In wacht (moet zijn geprogrammeerd). Druk op DS.
U kunt als volgt een gesprek uit de wacht ophalen: 1. Voer een van de volgende handelingen uit: Kies *8#. Druk op de functietoets Uit wacht (moet zijn geprogrammeerd). 2. Kies het nummer van de telefoonlijst waarbij het gesprek in de wacht staat (niet nodig als het nummer is geprogrammeerd onder de functietoets In wacht ). 3. Als er onder het nummer meerdere gesprekken in de wacht staan, kiest u het tweecijferige indexnummer om een specifiek gesprek op te halen.
Niet storen Niet storen in- of uitschakelen: z Druk op de functietoets Do Not Disturb. Niet storen vanaf een extern toestel inschakelen: 1. Neem de hoorn van de haak. 2. Kies **5. 3. Toets het nummer in van het toestel waarvoor u Niet storen wilt activeren. 4. Hang op. Niet storen vanaf een extern toestel uitschakelen: 1. Neem de hoorn van de haak. 2. Kies ##5. 3. Toets het nummer in van het toestel waarvoor u Niet storen wilt activeren. 4. Hang op.
Direct oproepen Met direct oproepen kunt u iemand oproepen via de luidspreker van zijn of haar telefoon. Als de opgeroepen partij de optie Gesproken oproep beantwoorden bij hoorn van de haak heeft ingeschakeld, is de oproep hoorbaar zelfs wanneer de opgeroepen partij in gesprek is. Lemand oproepen: 1. 2. 3. 4. Neem de hoorn van de haak. Kies *37. Kies het toestelnummer. Praat tegen de gebelde partij na de toon. En directe oproep beantwoorden (aangegeven door één signaal): z Neem de hoorn van de haak.
Headsetbediening (met functiecontroleschakelaar) BELANGRIJKE OPMERKING: Mitel Networks headset met functiecontroleschakelaar (art.nr. 9132-800-500-NA) moet zijn aangesloten op de daarvoor bedoelde headsetaansluiting (de aansluiting die zich het dichtst bij de voorzijde van de set bevindt). Als u de headset installeert, wordt de microfoon van de hoorn uitgeschakeld. De hoorn wordt weer ingeschakeld als u de headsetkabel uit de aansluiting verwijdert of de snelconnector losmaakt.
Groepsoproep / Antwoorden voor ontmoeting Met Groepsoproep kunt u een oproep doen op via de ingebouwde luidsprekers van een groep telefoons. U kunt deel uitmaken van maximaal drie oproepgroepen, waarvan er één is aangewezen als uw "primaire" groep. Als u op een groepsoproep moet reageren maar het id- of extensienummer van de oproeper niet kent, gebruikt u de functie Antwoorden voor ontmoeting.
Trunk-flash Met de functie Trunk-flash hebt u tijdens gesprekken naar buiten toegang tot Centrex-functies (indien beschikbaar). Een trunk-flash gebruiken tijdens een gesprek naar buiten: 1. 2. 3. 4. Druk op TRANS/CONF. Kies *57 voor één flash of op *56 voor een dubbele flash. Wacht op de kiestoon. Toets de toegangscode voor de Centrex-functie in.
Een gesprek opnemen Met deze functie kunt u telefoongesprekken opnemen via het voicemailsysteem. Opmerking: in sommige rechtsgebieden bent u wettelijk verplicht om de andere partij op de hoogte te brengen van het feit dat u een gesprek opneemt. Neem contact op met de systeembeheerder voor specifieke instructies. De opname starten tijdens een gesprek met twee partijen: z Druk op de toets Gesprek opnemen.
Hot Desking Via Hot Desking kunt u een flexibele aanmelding bij het telefoonsysteem uitvoeren. U kunt zich dan aanmelden vanaf elke telefoon die als Hot Desk is ingesteld. U krijgt een toestelnummer voor Hot Desking toegewezen waarmee u zich bij een telefoon kunt aanmelden. Uw snelgespreknummers, functietoetsen, doorschakelingsinstellingen, lijnweergaven en taalvoorkeur voor de display zijn dan automatisch op de telefoon beschikbaar.
Externe afmelding voor Hot Desking Als een gebruiker vergeten is zich af te melden bij een Hot Desk, kan deze worden afgemeld vanaf elke telefoon die ondersteuning biedt voor een externe afmelding voor Hot Desking. Een externe afmelding bij een telefoon voor Hot Desking uitvoeren: 1. Kies 111. 2. Kies het toestelnummer voor Hot Desking dat u wilt afmelden.
Gesprek van label voorzien Met de functie Gesprek van label voorzien kunt u aangeven dat u het slachtoffer bent van een gesprek met een bedreigend of kwaadwillig persoon. Met dit label kan uw systeembeheerder of telefoonmaatschappij de oorsprong van het gesprek achterhalen en deze informatie doorspelen aan het betreffende personeel of de autoriteiten. VOORZICHTIG: Wanneer een gesprek met een niet-kwaadwillig persoon van een label wordt voorzien, kunnen boetes of andere straffen worden opgelegd.
Gesprekshistorie Met Gesprekshistorie kunt u de namen (indien beschikbaar) en de telefoonnummers bijhouden van gemiste gesprekken, niet-beantwoorde uitgaande gesprekken of externe, beantwoorde binnenkomende of uitgaande gesprekken. Als de functie eenmaal op uw telefoon is ingeschakeld door de systeembeheerder, werkt Gesprekshistorie automatisch. U kunt als volgt de gesprekshistorie weergeven en gespreksgegevens bekijken: 1. Druk op de functietoets Gesprekshistorie.
U kunt als volgt een gesprek beantwoorden: 1. Kies het gesprek dat u wilt beantwoorden. 2. Voer een van de volgende handelingen uit: Als het een intern gesprek betreft en de naam van de beller bekend is, drukt u op * (Bel). Bij onbekende nummers wordt * niet weergegeven. Als het een extern gesprek betreft en u externe gesprekken gewoonlijk vooraf laat gaan door bijvoorbeeld een 9, is het systeem waarschijnlijk zo geprogrammeerd door de systeembeheerder dat de 9 voor u wordt ingevoegd.
TM, ® Handelsmerk van Mitel Networks Corporation. © Copyright 2006, Mitel Networks Corporation. Alle rechten voorbehouden.