Operation Manual
30
3.2 Geheugen beheren
Opslag- en programmageheugen
Bestanden, instellingen en gegevens die u toevoegt aan uw Pocket PC worden
opgeslagen in het RAM (Random Access Memory). Het RAM in uw Pocket PC
wordt gedeeld tussen het opslaggeheugen en het programmageheugen.
Opslaggeheugen
Het opslaggeheugen wordt gebruikt voor opslag van de gegevens die u heeft
aangemaakt en extra programma's die u heeft geïnstalleerd.
Programmageheugen
Het programmageheugen wordt gebruikt voor de werking van de
programma's in uw Pocket PC.
Uw Pocket PC beheert automatisch de toewijzing tussen het opslag- en het
programmageheugen. In sommige situaties, bijv. wanneer het geheugen bijna
vol is, kan uw Pocket PC de toewijzing niet automatisch aanpassen. (Zie
hoofdstuk 7.4 voor meer informatie over het oplossen van geheugenproblemen.)
Aanvullend geheugen
U kunt een SD/MMC-opslagkaart aanschaffen als backup, opslag, archief of
voor het overdragen van grote bestanden naar andere apparaten. Bestanden die
zijn opgeslagen in een opslagkaart staan in de map
SDMMC Disk
, in
My Device
van
de toepassing File Explorer.
Gegevens die zijn opgeslagen in een opslagkaart zullen worden bewaard, zelfs
wanneer uw Pocket PC geen stroom meer heeft. Om uw gegevens te
beschermen, kunt u regelmatig een kopie maken naar een opslagkaart.










