Operation Manual

NE-89
Foto’s nemen
Oorzaak
De batterijvoeding is laag.
De voeding staat niet aan.
De camera staat niet in de opnamemodus.
De sluitertoets is niet helemaal ingedrukt.
De geheugenkaart heeft geen vrije ruimte
meer.
De levensduur van de geheugenkaart is
beëindigd.
De flitser wordt opgeladen.
De geheugenkaart wordt niet door de
camera herkent.
De automatische uitzetfunctie is geactiveerd.
De geheugenkaart is beveiligd tegen schrijven.
De voeding staat niet aan.
Het LCD-controlescherm is donker.
De lens is vies.
De afstand tot het onderwerp is kleiner
dan het effectieve bereik.
De flitser is op de flits-out-modus ingesteld.
De afstand tot het onderwerp is groter dan
het effectieve bereik van de flitser.
De flits is te zacht.
De foto werd op een donkere plaats
genomen terwijl de flitser uit was.
Het is onderbelicht.
De flits is te zacht.
Het is overbelicht.
De flits is te sterk.
Het beeld werd genomen onder omstandigheden
waarvoor het moeilijk was voor de automatische
witbalans om aan te kunnen passen.
Oplossing
Laad de accu op.
Zet de voeding aan.
Verschuif de modustoets naar de opnamemodus.
Druk de sluitertoets helemaal in.
Plaats een nieuwe kaart, of verwijder
ongewenste bestanden.
Plaats een nieuwe geheugenkaart.
Wacht totdat de status LED uitstaat.
Formatteer de geheugenkaart in deze camera
als het voor de eerste keer wordt gebruikt
of wanneer ergens anders werd gebruikt
dan deze camera.
Zet de voeding nogmaals aan.
Verwijder de schrijfbescherming.
Zet de voeding aan.
Pas de intensiteit van het LCD-controlescherm
aan in het menu.
Maak het schoon met een zacht, droog doekje
of lenspapier.
Richt op uw onderwerp binnen het effectieve
scherpstellingsbereik.
Stel de flitser op een andere modus dan de
flits-out-modus in.
Verklein de afstand tussen u en het
onderwerp en neem de foto.
Pas de flash offset aan.
Stel de flitser op een andere modus dan de
flits-out-modus in.
Stel de belichtingscompensatie in op een
grotere waarde.
Pas de flash offset aan.
Stel de belichtingscompensatie in op een
kleinere waarde.
Pas de flash offset aan.
Voeg een wit object aan de samenstelling toe.
Symptoom
Zelfs als ik op de
sluitertoets druk, neemt
de camera geen foto’s.
Er worden geen beelden op
het LCD-controlescherm
weergegeven.
Alhoewel het op de
automatische scherpstelling
is ingesteld, wordt het niet
vanzelf scherpgesteld.
De flits gaat niet af. De flitser
kan niet worden opgeladen.
Alhoewel de flitser afging,
is het beeld donker.
Het beeld is donker.
Het beeld is te licht.
Het beeld ontbeert
natuurlijke kleuren.