Operation Manual
50
GEAVANCEERDE BEELDVERWERKING
U kunt geavanceerde beeldcorrecties maken door binnen het beeld een witpunt, grijspunt en zwart-
punt op te geven. Voor een goede ijking van de software is het wel belangrijk dat u een geschikte
neutrale zone binnen het beeld vindt. Wanneer de pipet-cursor actief is wordt de RGB-weergave
actief en kunt u de beeldpartijen evalueren. Alle veranderingen worden meteen in het weergegeven
beeld doorgevoerd.
Klik op de witpunt-knop.
• De muisaanwijzer verandert in een witte
pipet.
Klik op de zwartpuntknop.
Klik op het donkerste neutrale punt van het
beeld om het als zwartpunt aan te wijzen.
• De waarden van het beeld worden nu
aangepast aan het geselecteerde punt.
Standaardniveau voor het zwartpunt is 0
voor elk RGB-kanaal.
Witpunt-, grijspunt- en zwartpuntcorrecties
Klik op het lichtste neutrale punt van het
beeld om het als witpunt aan te wijzen.
• De waarden van het beeld worden nu
aangepast aan het geselecteerde punt.
Standaardniveau voor het witpunt is 255
voor elk RGB-kanaal.










