NL 9222-2891-15 AV-A312/KME-0312 GEBRUIKSAANWIJZING
Tooncurvecorrecties Door individuele kleurkanalen in de tooncurve te kiezen kunt u aanpassingen maken in de totale kleurweergave van het beeld. In dit voorbeeld is het beeld te geel. Door de blauwe curve omhoog te slepen wordt het beeld neutraler van kleur. Meer over tooncurvecorrecties vindt u op blz. 60. Palet selectieve kleuren in het oorspronkelijke beeld waren de kleuren zwak, wat het beeld een saai effect gaf.
Voordat u begint Hartelijk dank dat u uw keuze heeft laten vallen op dit Konica Minolta product. Wij adviseren u even de tijd te nemen om deze handleiding zorgvuldig door te lezen. Een goede kennis van de werking van dit apparaat verhoogt het gebruiksplezier en zorgt er voor dat u alle mogelijkheden die het biedt optimaal kunt benutten. Controleer de inhoud van de verpakking aan de hand van de inhoudslijst voordat u het apparaat in gebruik neemt.
Correct en veilig gebruik Lees en begrijp onderstaande waarschuwingen goed voor u de scanner gebruikt. WAARSCHUWING • Gebruik de scanner alleen binnen het aangegeven voltagebereik. Een verkeerd voltage kan schade aan het apparaat, verwondingen door een steekvlam veroorzaken of u een elektrische schok bezorgen. • Maak uitsluitend gebruik van de door Minolta meegeleverde lichtnetadapter (Ya Hsin Industrial 019-240840) en binnen het opgegeven bereik.
• Dit product dient uitsluitend rechtopstaand te worden gebruikt. • Steek de stekker zorgvuldig in het stopcontact. • Gebruik de netkabel niet als deze beschadigd is. • Verbindt het apparaat niet met een gas- of waterleiding of een telefoonaansluiting. Ondeugdelijke aarding kan leiden tot een elektrische schok. • Dek de lichtnetadapter niet af, want daardoor kan brand ontstaan. • Belemmer de toegang tot de lichtnet-adapter niet. In geval van nood moet deze gemakkelijk bereikbaar zijn.
Inhoud Kleurvoorbeelden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2 Voordat u begint. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 Correct en veilig gebruik. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Benaming van de onderdelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 Installatie . . . . . . . . .
Eenvoudige beeldverwerking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 Hoofdvenster en beeldcorrectie-tab. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 Pixel Polish . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37 Auto Dust Brush . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38 Retoucheerniveau Auto Dust Brush . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Kleurtoon, verzadiging en lichtsterkte palet . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70 Selectief kleurenpalet. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 71 Over RGB en CMY . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 71 Onscherp masker . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 72 Beeldcorrecties opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Benaming van de onderdelen USB-aansluiting Voedingsaansluiting Deurtje scanopening Quick Scan / Uitvoer-knop Signaallampje Hoofdschakelaar Installatie Voordat u de DiMAGE Scan Utility installeert RAM-gestationeerde programma’s, zoals anti-virus- of installatiebewakende software, kan het installatieprogramma onbruikbaar maken. Verwijder deze programma’s voordat u de installatie van de DiMAGE Scan Utility start of schakel ze uit. Installeer ze of schakel ze weer in wanneer de installatie is voltooid.
DiMAGE Scan systeemeisen De computer en het besturingssysteem dienen door de fabrikant te zijn gegarandeerd voor de ondersteuning van een USB interface. Om de scanner te kunnen gebruiken dient uw computersysteem aan onderstaande vereisten te voldoen: Pentium 166 Mhz of later. Pentium III of later aanbevolen. PowerPC G3 of later. PowerPC G4 of later aanbevolen. Windows 98, 98 Second Edition, 2000 Professional, Me of XP (Home/Professional). Mac OS 8.6 ~ 9.2.2 Mac OS X 10.1.3 ~ 10.1.5, 10.2.1 ~ 10.2.8, 10.
Aanvullende geheugeneisen PC / AT compatible computers Bij scannen met: 16-bit kleurdiepte 64 MB RAM 128 MB aanbevolen 400 MB ruimte hard disk 800 MB aanbevolen Auto Dust Brush 128 MB RAM 256 MB aanbevolen 600 MB ruimte hard disk 1,2 GB aanbevolen Pixel Polish 128 MB RAM 256 MB aanbevolen 600 MB ruimte hard disk 1,2 GB aanbevolen Auto Dust Brush met 16-bit kleurdiepte Bij scannen met: 128 MB RAM 1.
Windows In onderstaand voorbeeld is de harde schijf drive C, de CD-ROM drive is drive D. De aanduidingen voor de drives kunnen per computer verschillen. Zet de computer aan om het Windows besturingssysteem te starten. Windows XP en 2000 gebruikers dienen in te loggen als beheerder. Plaats de DiMAGE Scan Utility CD-ROM in de CD-ROM drive. Het DiMAGE Scan Utility setup-scherm verschijnt. Klik op de knop “Starting up the DiMAGE Scan installer”. Het decompressiescherm van het programma verschijnt kort.
Klik op Volgende om de software in de standaard-map (C:\Program Files\DiMAGEScan) te installeren. Wilt u de software in een andere map laten installeren, klik dan op de bladeren-knop (Browse) om het mapselectievenster te laten verschijnen. Geef op waar u de software wilt laten installeren en klik op OK. Selecteer de te installeren componenten, klik dan op Next. Normaal moet de TWAIN-databron zijn geïnstalleerd.
Macintosh Zet de computer aan om Mac OS te starten. Plaats de DiMAGE Scan Utility CD-ROM in de CDROM drive. De Dimage Scan Utility CD-ROM icoon verschijnt op het bureaublad. Dubbelklik op de icoon; de mappen van de driver, de gebruiksaanwijzing en de Acrobat Reader verschijnen. Open de driver-map om de taal-mappen zichtbaar te maken. Driver Open de gewenste taalmap. Deutsch Espanol Francais Dubbelklik op de DiMAGE Scan installer; het startscherm van het installatieprogramma wordt geopend.
Eventueel nog actieve software moet worden afgesloten voordat u de driver kunt installeren. Klik op de Continue-knop om alle nog actieve programma’s af te sluiten en de installatie te vervolgen. Met de Cancel-optie stopt u de installatie. Er verschijnt een scherm dat meldt dat de installatie met succes werd uitgevoerd. Klik op de Restartknop om het installatieprogramma te verlaten en de computer opnieuw te starten. Klik op de Quit-knop om de installer te verlaten zonder de computer opnieuw op te starten.
Klaarmaken van de scanner Voordat u de scanner op een computer aansluit Voordat u de scanner op de computer aansluit dient u eerst de DiMAGE Scan Utility te installeren. Kijk voor een juiste procedure op blz. 9 t/m 15. De scanner dient op een vlakke, trillingvrije ondergrond geplaatst te worden. Hij mag niet in direct zonlicht staan en heeft een schone, droge, goed geventileerde omgeving nodig.
Aansluiten van de lichtnetadapter 1. Sluit de uitvoerstekker van de lichtnetadapter aan op de voedingsaansluiting van de scanner. 2. Steek de lichtnetadapter in een stopcontact. 2 1 Aanzetten van de scanner Controleer of het scan-deurtje is gesloten; als het open is kan de scanner niet worden geactiveerd. Zet de scanner aan met de hoofdschakelaar. Zet de computer aan. Tijdens het opstarten van de DiMAGE Scan Utility knippert het indicatielampje (1) wanneer de scanner opstart.
Laden van de filmhouders Hanteren van de film Om met de scanner een optimale weergave te bereiken dienen de film en de filmhouder zorgvuldig van stof en vuil te worden ontdaan. Zorg er daarom voor dat u in een schone, stofvrije omgeving werkt. Pak de film nooit bij het oppervlak vast maar alleen bij de randen en gebruik daarbij zo mogelijk speciale katoenen handschoenen. Deze zijn verkrijgbaar bij de fotospeciaalzaak. Hier kunt u ook andere schoonmaakmiddelen zoals blaaskwastjes, antistatische doekjes e.d.
Ingeraamde dia’s plaatsen U kunt maximaal vier kleinbeelddia’s in de diahouder plaatsen. U kunt diaraampjes gebruiken van 1 mm tot 2 mm dik. Tussen glas ingeraamde dia’s kunnen niet worden gebruikt; het glas breekt het licht, wat leidt vervormde beelden en ongelijk uitgelichte scans. Laat geen diaraampjes in de houder zitten. Houd de diahouder zo dat de sleuven bovenaan zitten en de beeldnummers aan de bovenkant zitten en op hun kop staan. Leg de diaraampjes in de houder met de emulsiezijde naar beneden.
Gebruik van de APS Adapter AD-10 (apart leverbaar) APS (Advanced Photo System) cassettes kunnen worden gescand met de APS Adapter AD-10. De cassette moet ontwikkelde film bevatten; het vierkantje bij nummer 4 op de zijkant van de cassette dient wit te zijn. Plaats geen cassette met onontwikkelde film. 2 Wilt u een APS-cassette laden, schuif dan de ontgrendeling van de filmkamer (1) naar de bovenkant van de adapter, zodat de filmkamer open gaat (2).
Uitvoeren van een filmhouder Klik op de uitvoertoets in het venster van de DiMAGE Scan Utility of houd de Quick Scan / Uitvoertoets van de scanner even ingedrukt om de houder te verwijderen; de scanner voert de houder automatisch terug naar zijn beginpositie. Als de houder in beweging is mag u hem niet aanraken of tegenhouden. Wordt de scanner uitgezet terwijl de houder nog niet naar buiten werd gevoerd, dan wordt hij alsnog automatisch naar buiten gevoerd.
DiMAGE Scan Launcher De Quick Scan toets lanceert de DiMAGE Scan toepassingen. Wordt de toets ingedrukt, dan verschijnt de Launcher; de knop is uitgeschakeld wanneer er een scanprogramma actief is. Klik eenvoudigweg op een van de opties om de gewenste toepassing te starten. Er moet nog geen houder in de scanner te zitten. Kijk in de volgende hoofdstukken voor voor meer informatie over het gebruik van de software: DS Dual4 Utility - blz. 28 Easy Scan Utility - blz. 23 Batch Scan Utility - blz.
Easy scan utility De DiMAGE Scan Easy Scan Utility is een eenvoudig te gebruiken automatisch scan-programma voor zorgeloos scannen. De utility werkt als een zelfstandig programma, en kan niet worden gestart via een ander programma. De volgende instellingen bij bij gebruik van de Easy Scan utility automatisch geregeld: • Automatische scherpstelling voor elke kleinbeeldopname of voor alleen de eerste APSopname. • Kleinbeeld index-scan prioriteit: speed-instelling (blz. 45). • Kleurdiepte: 8-bit.
Gebruik van de Easy Scan Utility Wanneer de Easy Scan Utility is gestart verschijnt de Easy Scan Wizard. Volg eenvoudigweg de instructies van de wizard om te scannen. Er verschijnt een scherm waarin om een filmhouder wordt gevraagd. Plaats een filmhouder en schuif hem naar binnen volgens de instructies in de hardware-gebruikaanwijzing. Wordt er een als extra leverbare APS adapter gebruikt, dan wordt er een index scan gemaakt en wordt het volgende scherm overgeslagen.
Wanneer de index-scan is voltooid verschijnen thumbnails (miniatuurbeelden) van alle beelden die in de houder zitten. Klik op het beeld dat u wilt scannen. De rand licht op om aan te geven dat het beeld is geselecteerd. Er kan één beeld worden geselecteerd. Gebruikt u de als extra leverbare APS-adapter, dan corresponderen de beeldnummers van de thumbnails met de nummers van de beelden op de film. Automatische stofverwijdering (blz. 38) Digitale korrelvermindering (blz.
Was in het vorige scherm de beeldaanpassing geactiveerd (Adjust image) dan verschijnt het beeldaanpassingsscherm. Dezelfde automatische beeldbewerkingsfuncties uit het voorgaande scherm verschijnen hier ook. Klik en sleep de schuiven voor helderheid (brightness), contrast en kleurverzadiging (saturation) om het beeld te corrigeren; het effect van correcties is meteen in het beeld te zien. Elke wijziging in helderheid, contrast en kleurverzadiging blijft van kracht totdat de utility wordt gesloten.
Werd het beeld gescand voor printen, dan verschijnt het Preview-venster, waarin de printopdracht kan worden gerealiseerd. Achter Copies vult u het aantal prints in. Is de printgrootte die werd ingesteld met de Easy Scan Utility niet compatible met de printer, dan wordt de paginagrootte (Page Size) automatisch teruggezet en in rood weergegeven. Wilt u de printerinstelling zo regelen dat het beeld correct wordt geprint, klik dan op de knop Printer Setup.
Eenvoudige scanwerkzaamheden De DiMAGE Scan Utility starten Start de utility niet wanneer er een filmhouder in de scanner zit en controleer of het deurtje is gesloten. U kunt de utility ook starten vanuit een beeldbewerkingsprogramma. Kijk in de informatie over Windows en Macintosh installatie. Windows Selecteer DiMAGE Scan Dual4 in de DiMAGE Scan Dual4 map in de optie Programma’s van het Start-menu. Macintosh Open de map DS Dual4 en dubbelklik op de DiMAGE Scan Dual4 Utility icoon.
Scanner-setup Voordat u een scan maakt moeten filmformaat en -type worden opgegeven. Voor het filmtype kunt u kiezen uit kleur en zwart-wit, positief- en negatieffilm. Film voor afdrukken is negatieffilm. Diafilm is positieffilm. APS heeft een eigen filmtype-optie, auto detect (automatisch herkenning). Daarin wordt de keuze tussen kleur en zwart-wit, positief en negatief automatisch gemaakt. Filmformaat en -type worden geselecteerd in de drop-down menu’s in de linker bovenhoek van het hoofdvenster.
Index-scan maken Wanneer er een geladen filmhouder in de scanner zit klikt u op de Index-scan knop in het hoofdvenster om de scan te starten. Al de opnamen in de filmhouder zullen worden gescand. Het opnamenummer van een indexscan correspondeert met het beeldnummer in de filmhouder. U kunt beelden ook prescannen of scannen zonder een index-scan te maken.
Index-thumbnails omkeren U kunt de oriëntatie van de index-thumbnails en prescan-beelden veranderen met de omkeeren rotatieknoppen van de tool-balk. Roteren – met de knop voor rechtsom roteren roteert u het beeld 90° met de klok mee; met de knop voor linksom roteren roteert u het beeld 90° tegen de klok in. Oorspronkelijk beeld Omkeren – met de de omkeerknoppen zet u het beeld op z’n kop of zet u het in spiegelbeeld.
Hoofdvenster en prescan-tab Filmformaat Index-scan-knop(blz. 30) Prescan-knop Scan-knop (blz. 34) Uitvoerknop Filmtype Hier ziet u het beeldnummer van het weergegeven beeld en het aantal beelden in de houder. Klik op de pijlen om het vorige of het volgende beeld te laden. Help CHP-knop (voor APS film) (blz. 33) Knop automatische uitsnede (blz. 33) Prescan-weergaveveld Schuifknop (blz. 33) Vergrotingsknop (blz. 33) Knop venstervullende weergave (blz. 31) Knop verticaal omdraaien (blz.
Verschuiven Is een beeld groter dan het weergavevenster, dan kan de schuif-tool worden gebruikt om het beeld onder het venster te verschuiven. Klik op de schuif-knop in de tool-balk. Klik en sleep op het beeld om het te verschuiven. De schuif-tool is niet bruikbaar in combinatie met de venstervullende weergavefunctie (blz. 31). Vergroten U kunt het weergegeven beeld vergroten en verkleinen. Klik op de vergrotingsknop op de tool-balk. Klik op het beeld om het te vergroten.
Definitieve scan maken Voordat u de definitieve scan maakt dient u de input- en output-parameters opgeven. U kunt de scan-instellingen zelf invoeren, maar de DiMAGE Scan Utility biedt u een makkelijker mogelijkheid – de Taakfunctie. Deze functie roep automatisch de juiste scan-instellingen op die horen bij het gewenste eindgebruik van het beeld. Het venster voor de scan-instellingen vindt u links van het index-scan of het prescan-venster.
Klik op de naam van een Taakbestand om het te selecteren. De Taaknamen kunnen chronologisch of alfabetisch worden gerangschikt door op de Name- of de Date-knop onderaan het venster te klikken. De scan-instellingen van het geselecteerde Taakbestand worden rechts van het venster weergegeven. De Taakinstellingen variëren met het filmformaat. Klik op de OKknop om de Taakinstellingen van kracht te laten worden. Wanneer het Taakbestand is geladen, verschijnt er een uitsnedekader op het beeld.
Eenvoudige beeldverwerking Hoofdvenster en beeldcorrectietab Dit hoofdstuk geeft informatie over eenvoudige beeldbewerkingsmogelijkheden. Kijk op blz. 58 t/m 73 voor informatie over de meer geavanceerde bewerkingsmogelijkheden. Het prescan-beeld of een geselecteerd index-beeld kan worden weergegeven in het correctievenster, door simpelweg op de beeldcorrectie-tab te klikken. Is er van het beeld geen prescan gemaakt, dan wordt hij alsnog gemaakt. Prescan-knop (blz. 32) Index-scan-knop (blz.
Pixel Polish (automatische beeldverbetering) Met Pixel Polish kunt u automatische of vooraf ingestelde correcties uitvoeren. Kijk op blz. 11 voor informatie over systeemeisen. Pixel Polish kan niet worden toeppast voor zwart/wit-films, 16-bit of 16-bit lineair kleurdiepte (blz. 30). De scan-tijd neemt toe. Het effect van Pixel Polish is gebaseerd op het prescan-beeldveld.
Auto Dust Brush (automatische stofverwijdering) Met Auto Dust Brush wordt de zichtbaarheid verminderd van storende stofdeeltjes die niet met een blaasbalgje of kwastje kunnen worden verwijderd; al het zichtbare stof moet vooraf van de film worden verwijderd, zie Hanteren van de film, blz. 18. Bij het gebruik van Auto Dust Brush neemt de scantijd toe. Deze functie kan niet worden gebruikt met 16-bit linear kleurdiepte. Kijk op blz. 11 voor de geheugen-eisen.
Variatiepalet Met de variatie-correctie kunt u een beeld corrigeren door het te vergelijken met beeldjes die elk een iets andere correctie hebben ondergaan. Dit is een makkelijke methode voor wie niet veel ervaring heeft met beeldbewerking. Klik op de variatieknop om het palet op te roepen. Klik op de pijl naast het variatievak (1) om datgene te kiezen wat u wilt corrigeren: kleurbalans, helderheid en contrast, of kleurverzadiging.
Palet voor helderheid, contrast en kleurbalans Klik op de knop voor helderheid, contrast en kleurbalans om het palet te laten verschijnen. Om correcties uit te voeren gebruikt u de schuiven voor helderheid (brightness), contrast, of de kleuren of voert u waarden in de corresponderende vakjes in. Naar rechts schuiven of een positief getal invoeren verhoogt, helderheid, contrast of kleur. Veranderingen zijn meteen te zien in het weergegeven beeld en de curve bovenin het palet.
Inleiding tot kleur In de fotografie zijn rood, groen en blauw primaire kleuren. De secondaire kleuren, cyaan, magenta en geel ontstaan uit het combineren van primaire kleuren: cyaan = blauw + groen, magenta = blauw + rood, en geel = rood + groen. De primaire en secundaire kleuren zijn gegroepeerd in complementaire paren: rood en cyaan, groen en magenta, eb blauw en geel. R00D MAGENTA GEEL BLAUW GROEN CYAAN Kennis van de complementaire kleuren is belangrijk voor het bepalen van de kleurbalans.
Beelden voor en na bewerking vergelijken Na klikken op de vergelijkingsknop ziet u twee beelden. Links staat het oorspronkelijke beeld, rechts het gecorrigeerde. Wilt u terug naar alleen het gecorrigeerde beeld, klik dan opnieuw op de vergelijkingsknop. Oorspronkelijk beeld Gecorrigeerd beeld Handelingen die u in een van de beelden uitvoert met de vergrotings-tool, de schuif-tool en de schuifbalken, worden meteen doorgevoerd op het andere beeld.
DiMAGE Scan Utility verlaten Wilt u de DiMAGE Scan Utility verlaten, klik dan simpelweg op de sluitknop in de rechter bovenhoek van het hoofdvenster.
Geavanceerde scanwerkzaamheden Dit hoofdstuk behandelt de geavanceerde scan-mogelijkheden van de DiMAGE Scan Utility. Neem voordat u hiermee aan de slag gaat de basistechnieken (blz.28-35) door. Scanner-voorkeuren instellen Klik op de voorkeuren-knop in het hoofdvenster om het voorkeuren-venster te openen. Selecteer de gewenste voorkeurinstellingen. Exposure control for negatives (Belichtingsregeling voor negatieven): de automatische belichtingsregeling past de scan aan voor de densiteit van het negatief.
Vakje Color-depth (Kleurdiepte): hier geeft u de kleurdiepte voor de te scannen beelden op, van 8-bit, 16-bit en 16-bit lineair voor elke RGB-kanaal. Omdat de 16-bit lineair kleurdiepte geen gamma -correcties maakt, zal de scan van een negatief een negatief beeld geven. 16-bit en 16bit lineaire beelden kunnen alleen worden opgeslagen in het TIFF bestandsformaat. Sommige beeldverwerkingsprogramma's kunnen geen 16-bit beeldbestanden openen.
Tab Exposure control (belichtingsregeling) Met de belichtingsregelings-tab kunt u het belichtingssysteem van de scanner afstemmen op bepaalde films, lichtsituaties of op een persoonlijk belichtingsindex die is gebaseerd op de combinatie van film, ontwikkeling, objectief en sluiter. U kunt dit ook gebruiken om te corrigeren voor een slecht belichte film.
Gebruik de schuiven of voer in de vakjes waarden in (± 2 in stappen van 0,1). Klik op de toepassingsknop (1) om het effect van de wijziging op het preview-beeld en de histogrammen te zien. Ga door tot het gewenste resultaat is bereikt. Wilt u alle instellingen opheffen, klik dan op de Reset-toets en druk op de toepassingstoets om het preview-beeld te actualiseren.
Meer index-scan-functies Omgekeerde beeldvolgorde Indexbeeld opslaan (blz. 49) Indexbestand opslaan (blz. 49) Indexbestand oproepen (blz. 49) Beeldcorrectietaak oproepen (blz. 73) Omgekeerde beeldvolgorde Sommige camera’s belichten de films van achteren naar voren, zodat de laatste opname aan het begin van de filmrol zit. Als u filmstroken scant kunt u de volgorde van de index-thumbnails omkeren, zodat u de juiste volgorde behoudt: klik hiervoor simpelweg op de knop voor omgekeerde beeldvolgorde.
Index-thumbnails opslaan De weergegeven thumbnail-beelden kunnen als een beeldbestand worden opgeslagen. Al de beelden in de filmhouder, inclusief lege kaders, moeten worden gescand voordat de indexthumbnails kunnen worden gescand. Klik op de knop voor de opslag van het indexbeeld. Het standaard bewaar-venster verschijnt. Voer de bestandsnaam in en selecteer de bestemming en het bestandsformaat voor het beeldbestand. Klik op de bewaar-knop.
Meer prescan-functies AE-veld-selectie (blz. 53) Belichtingsvergrendeling (AE lock)(blz. 53) Point-AF Handmatige scherpstelling (blz. 51) Automatische uitsnede (blz. 52) Uitsnede-prescan (blz. 52) Scanner-info Het DiMAGE Scan autofocus-systeem gebruikt de CCD-sensor om de scanner te laten scherpstellen. Is de optie “Autofocus at scan” geselecteerd in het Voorkeuren-venster, dan gebruikt het autofocus-systeem het centrum van het beeld om de afstandsinstelling te bepalen.
Handmatige scherpstelling Met de scherpstelmeter kan de scherpstelling handmatig worden ingesteld. Selecteer voor de beste resultaten met handmatige scherpstelling een beeldpartij met een goed contrast of veel details. Handmatige scherpstelling is niet mogelijk op een contrastarme partij, zoals een strakgrijze hemel of een wolkenloze lucht. Klik op de knop voor handmatige scherpstelling. De muisaanwijzer verandert in de cursor voor handmatige scherpstelling.
Handmatige uitsnede Door de uitsnede van het beeld te veranderen kunt u de compositie verbeteren of onnodige ruimte rond het onderwerp verwijderen. Veel opnamen worden verbeterd door afleidende elementen in de achtergrond weg te laten. Klik op de knop voor automatische uitsnede om de uitsnede-aanwijzer te laten verschijnen. Wilt u het uitsnedekader vergoten of verkleinen, plaats dan de muisaanwijzer boven de hoeken of de zijden van het uitsnedekader; De aanwijzer verandert in een dubbele pijl.
Automatische belichting Wordt selectie AE-gebied of belichtingsvergendeling (AE lock) bij dia’s gebruikt, dan moet de optie Auto expose for slides in het voorkeurenvenster worden aangeklikt. Bij gebruik van negatieven moet de belichtingsregeling voor negatieven bij Voorkeuren op Auto worden gezet (blz. 44). Selectie AE-gebied Met selectie van het AE-gebied kunt u de belichting baseren op een klein deel van het beeld.
Scan-instellingen handmatig invoeren U kunt de instellingen voor de definitieve scan in het index-scan of prescan-venster uitvoeren. Taaknaam Taak laden Taak opslaan Input-resolutie Output-resolutie Input-grootte Vergrendeling input-grootte Vergroting Output-grootte Vergrendeling output-grootte Eenheden Reset Beeldgrootte Input-resolutie: u kunt waarden kiezen in de drop-down- lijst of ze zelf invoeren. Informatie over de resolutie van de scanner vindt u in de hardware-gebruiksaanwijzing.
Zijn input-grootte en output-grootte niet vergrendeld, dan variëren input-resolutie en outputgrootte overeenkomstig de vergrotingswaarde. Is de output-grootte vergrendeld, dan variëren input-resolutie en input-grootte overeenkomstig de opgegeven vergrotingswaarde. Is de inputgrootte vergrendeld, dan variëren input-resolutie en output-grootte overeenkomstig de opgegeven vergroting.
Voorbeelden scan-instellingen Voorbeeld 1: scanner-output in pixels instellen. In dit voorbeeld wordt een beeld gemaakt van 640 x 480 pixels, voor weergave op een monitor. Selecteer pixel in het vakje eenheden. De vakjes output-resolutie en input-grootte worden gedeselecteerd. Voer de output-resolutie in: 640 voor breedte (W) en 480 voor de hoogte (H). Klik op de vergrendelingsknop voor de outputgrootte om de waarden vast te leggen; de vakjes output-resolutie worden gedeselecteerd.
Scan-instellingen als taak opslaan Veelgebruikte instellingen kunnen als Taak worden opgeslagen. Klik als de bewaren instellingen zijn uitgevoerd op de knop voor het opslaan van Taken. Het venster Job Registry verschijnt. Selecteer in het drop-down-menu de categorie waarin u de instellingen wilt opslaan. Voer de Taaknaam in. Klik op OK om de instellingen als Taak op te slaan. De Taaknaam mag uit maximaal 24 tekens bestaan. Kijk op blz. 57 voor het oproepen van een Taak.
Gevanceerde beeldverwerking Meer beeldbewerkings-tools Dit hoofdstuk behandelt de geavanceerde beeldbewerkings-tools in de DiMAGE Scan Utility plus functies voor het bekijken en opslaan van beeldcorrecties. Voordat u hier verder gaat dient u eerst de basisprincipes (blz. 36 t/m 43) van het corrigeren door te nemen. Digital Grain Dissolver knop (blz. 59) Digital Grain Dissolver tab (blz. 59) RGB-weergave Beeldcorrectietaak oproepen (blz. 73) Beeldcorrectietaak opslaan (blz. 73) Snapshot (blz.
Digital Grain Dissolver (Digitale korrelvermindering) De Digital Grain Dissolver vermindert de zichtbaarheid van de korrel van de film. Korrel is een structuur die soms te zien is in egale partijen, zoals de lucht. Bij hooggevoelige film is de korrel het sterkst waarneembaar. Resultaten variëren per film. De scantijd neemt toe. Selecteer het beeld dat u wilt corrigeren. Klik op de knop van de Digital Grain Dissolver in het hoofdvenster om de tab te activeren. Klik op de Digital Grain Dissolver tab.
Tooncurve en histogrampalet Klik op de knop tooncurve/histogram om het palet te laten verschijnen. Kleuren-histogram (blz. 65) Vakje kanalen (blz. 60) Tooncurve Vrije curve (blz. 61) Curve egaliseren (blz. 61) Wit-, grijs- en zwartpunt (blz. 68) Toepassingsknop (blz. 68) Histogram Vakjes input schaduwen, gamma, en hoge lichten (blz. 64) Vakjes output schaduwen en hoge lichten (blz. 64) v Auto Setting knop (blz. 65) Schuiven input schaduwen, gamma en hoge lichten (blz.
Houd de muisaanwijzer boven de tooncurve. Klik en sleep de curve. Alle correcties met de tooncurve worden meteen zichtbaar in het weergegeven beeld. Steeds wanneer u de tooncurve aanklikt, wordt een nieuw ankerpunt aan de curve toegevoegd. De ankerpunten kunnen door klikken en slepen worden verplaatst. De horizontale as (input-niveau) vertegenwoordigt de helderheidsniveaus van het oorspronkelijk beeld, de verticale as (output-niveau ) de verandering aan het beeld.
Over tooncurve-correcties Het beeldvormingsproces is een specialistisch terrein. Deze basishandleiding over het gebruik van tooncurven bevat slechts een paar eenvoudige manieren om uw beelden te verbeteren. Wilt u meer weten over het digitale beeldvormingsproces, informeer dan bij een boekhandelaar of een fotovakzaak naar literatuur erover. Over de tooncurve Hoge lichten Output Middentonen Schaduwen Input De tooncurve is een grafische weergave van de helderheid en het kleurniveau van een beeld.
Beeldcontrast verhogen Het contrast van een beeld kan worden veranderd. De lichtblauwe lijn van 45 graden geeft het oorspronkelijke contrast van het gescande beeld weer. Door de hoek van de tooncurve groter dan 45 graden te maken, zal het contrast van het beeld toenemen. De hoek kleiner dan 45 graden maken zal het contrast verminderen. Kies het gewenste RGB-kanaal, klik boven en beneden op de tooncurve om twee ankerpunten toe te voegen.
Histogramcorrecties Het histogram geeft de pixelverdeling aan met aparte helderheids- en kleurwaarden binnen de uitsnede. Gebruik van het histogram kan de output van beeldinformatie maximaliseren. Veranderingen die u met behulp van het histogram maakt, zijn ook op de tooncurve te zien.
De schuif input schaduwen stelt het zwart-niveau in. Door de schuif naar rechts te bewegen, wordt een duidelijke toename van contrast zichtbaar op het prescan-beeld. Alle pixels links van de schuif zijn ingesteld op 0 en details daarop kunnen verloren gaan. De zwarte en witte output-niveaus kunnen worden aangepast. Door de schuiven van de output hoge lichten en schaduwen heen en weer te bewegen kunt u het contrast reduceren.
Over histogramcorrecties Met het histogram kunt op eenvoudige wijze nuttige correcties maken. In tegenstelling tot de tooncurve geeft het histogram informatie over een beeld. Die informatie kan worden gebruikt om het beeld te evalueren en vervolgens te corrigeren. Het histogram van de kersenbloesemvertoont rechts een leeg gedeelte; de bloemen zien er wat grauw uit. Dat is gevolg van een lichte onderbelichting.
Dit beeld ziet er vlak uit. Aan de pixelverdeling in het histogram is ook te zien dat het om een beeld met een laag contrast gaat. Het ontbreken van sterke schaduwen is te zien aan de afwezigheid van pixels aan de linkerzijde van het histogram. De meeste details zijn geconcentreerd in een smalle zone in de middentinten. Door de schaduwen-schuif naar rechts te bewegen plaatst u het zwartpunt waar de pixelverdeling begint; het contrast wordt verbeterd.
Wit-, grijs- en zwartpuntcorrecties In het tooncurve/histogram-palet kunt u correcties realiseren door een wit-, zwart- of grijspunt in het beeld aan te wijzen. Hierbij komt het erop aan dat u de juiste neutrale beeldpartij in het beeld selecteert. Is de pipet geactiveerd, dan wordt de RGB-weergave actief, zodat u het beeld ermee kunt evalueren. Alle veranderingen worden onmiddellijk in het weergegeven beeld zichtbaar gemaakt. Klik op de witpuntknop. De muisaanwijzer krijgt de vorm van een witte pipet.
Wit- en zwartpuntwaarden instellen De wit- en zwartpuntwaarden zijn ingesteld van 255 tot 0 voor R, G en B. Verandering van witen zwartpuntwaarden zorgt voor kalibratie van het beeld zonder echt wit of zwart. Dubbelklik op de knop voor wit- of zwartpunt. Het venster Point Value Setting verschijnt. Voer de nieuwe wit- of zwartpuntwaarden in en klik op OK. Terwijl het dialoogvenster open blijft, kunt u de muisaanwijzer gebruiken om een willekeurig punt in het prescan-beeld te meten.
Kleurtoon, kleurverzadiging en lichtsterkte palet Dit palet past het beeld aan volgens het HSB-kleurenmodel (Hue, Saturation, Brightness). Daarbij gaat het meer om manipuleren van de kleuren dan om het scheppen van een realistisch beeld. Het HSB-kleurenmodel bepaalt een kleur op basis van de menselijke waarneming en niet op basis van een fotografisch proces. Kleurtoon heeft betrekking op elke kleur in het model. Kleurverzadiging betreft de intensiteit van de kleuren.
Selectief kleurenpalet Selectieve kleurcorrectie is een geavanceerde techniek voor het verfijnen van de kleur in het beeld. Er kan een cyaan, magenta, geel en zwart kanaal worden gebruikt om de zes separate kleuren in het beeld aan te passen: rood, groen, blauw, cyaan, magenta en geel. De schuif voor het zwart-niveau regelt de helderheid van de geselecteerde kleurgroep. Dit type correctie is effectief in het veranderen van een specifieke kleur zonder een van de andere kleuren in het beeld te beïnvloeden.
Onscherp masker Dit masker maakt de contouren in het beeld scherper zonder het contrast aan te tasten. Het kan gebruikt worden bij zachte of licht onscherpe beelden. Het effect is subtiel, maar kan het totaalbeeld van een opname aanzienlijk verbeteren. Klik op de knop voor onscherp masker om het venstervoor onscherp masker te laten verschijnen. Beweeg een schuif of voer een waarde in om de parameters van het masker aan te passen.
Beeldcorrecties opslaan U kunt de verrichte correcties als een beeldcorrectietaak opslaan. Die kunt u elk moment oproepen wanneer u de correcties op andere beelden wilt toepassen. Dit is een tijdbesparende functie, handig als u bijvoorbeeld een groot aantal beelden aan dezelfde correctie wilt onderwerpen. Klik op de knop Opslaan beeldcorrectietaak om de huidige correctie-instellingen te bewaren. Voer de Taaknaam in. Klik op OK om de instellingen op te slaan.
Custom wizard De Custom Wizard is een geautomatiseerde scan-routine. De schermweergave varieert per scanner-model. Plaats een filmhouder in de scanner. Klik op de Custom Wizard knop. Selecteer New in het dialoogvenster voor de Custom Wizard instellingen. Als eerdere Custom Wizard instellingen werden opgeslagen, dat zijn die te zien in dit venster. Selecteer de gewenste instelling met de muis. Met de wistoets (Delete) wist u de geselecteerde instelling.
Pas zonodig de belichting aan. Eerder opgeslagen instellingen kunnen worden opgeroepen. Kijk op blz. 46 voor meer informatie. Klik op Next om verder te gaan. Selecteer specifieke beeldbewerkingsfuncties. Pixel Polish kan niet worden gebruikt bij zwart-witfilm. Klik op Next om verder te gaan. Kijk voor meer informatie over Auto Dust Brush (blz. 38), Digital Grain Dissolver (blz. 59) en Pixel Polish (blz. 37) op de aangegeven bladzijden. Selecteer de beeldcorrectie-instellingen.
Batch scan utility De Batch Scan Utility is geschikt voor het scannen van grote aantallen beelden. Deze utility scant en verwerkt alle beelden in een filmhouder. De Batch Scan Utility wordt geopend met de DiMAGE Scan Launcher, zie blz. 22. Wilt een seriescan voorbereiden, klik dan op de knop Batch Scan Settings in het venster van de Launcher. Selecteer de tab voor kleinbeeld (35mm) of APS cassette. Het filmtype kunt u selecteren met het drop-down menu.
Bestemming voor de gescande beelden selecteren. Klik op de View-knop, waardoor het venster voor de bestandslocatie verschijnt. Zoek in de boomstructuur de map waarin u de bestanden wilt opslaan. Klik de map aan. Klik op de OK-knop om de handelingen af te ronden. De bestemming verschijnt in het venster met instellingen. Bestandsnamen selecteren.
Geavanceerde Batch Scan setup Klik op de informatieknop in het Batch Scan settings venster om de huidige status te zien. Klik opnieuw op de knop om hert venster te laten verdwijnen. Wilt u de geavanceerde instellingen veranderen, klik dan op de Batch Scan setup knop om het Setup-venster te openen. Zo verandert u de scanner-voorkeuren Meer informatie over het voorkeuren-venter vindt u op bladzij 44. Informatie over kleurafstemming vindt u op bladzij 80.
Hier stelt u de scanner-belichting in. Kijk op bladzij 46 voor het maken en opslaan van de belichtingsinstellingen. U kunt instellingen uitvoeren voor Auto Dust Brush (blz. 38), Pixel Polish (blz. 37), en Digital Grain Dissolver (blz. 59). Beeldbewerking toepassen op gescande beelden. Kijk op bladzij 73 voor beeldcorrectietaken.
Kleurafstemming Elke output-apparaat (monitor of printer) definieert kleur en contrast op een andere manier. Om er zeker van te zijn dat de reproductie van het beeld op de monitor overeenstemt met de reproductie van het beeld van de printer moet de kleurruimte van beide apparaten worden gedefinieerd. De kleurruimte wordt geactiveerd in het voorkeuren-venster. Kleurafstemming leidt tot extra scan-tijd. De DiMAGE Scan kleurafstemmingsfunctie stemt de gescande kleur af op gespecificeerde kleurruimten.
Output-kleurruimten De keuze van de output-kleurruimte is afhankelijk van de wijze waarop het beeld zal worden weergegeven. Voor de meeste thuisgebruikers, die het beeld op de monitor bekijken en het beeld op een kleine printer afdrukken, is de sRGB kleurruimte goed bruikbaar. Andere kleurruimten zijn uitgebracht voor professionele en technische toepassingen. Kijk op blz. 83 voor aanbevelingen op het gebied van kleurruimte.
ICC-profiel monitor instellen U kunt het specifieke ICC-profiel van een monitor opgeven in het kleurafstemmingsgedeelte (color matching) van het voorkeuren-venster (preferences). Kijk in de gebruiksaanwijzing van de monitor voor de naam van de monitor. Klik het vakje voor gebruik van het Monitor ICC-profiel (Use monitor ICC profile) aan. Klik het vakje Use ICC profile aan. Het venster voor het openen van bestanden verschijnt. Localiseer en open het ICC profiel van de monitor die u gebruikt.
Mac OS 8/9 System ColorSync profile MLTF3200.icc MLTF3200p.icc Mac OS X Gebruikers (Gebruikersnaam) Bibliotheek Color Sync Profiles Aanbevelingen kleurafstemming Hier vindt u enige aanbevelingen voor de output-kleurruimte en de instellingen voor het monitor ICC-profiel bij gebruik van beeldbewerkingsprogramma's. Bepaalde programma’s, zoals Adobe Photoshop 5 of later, hebben een monitor-correctiefunctie de de monitor-weergave automatisch afstemt op een bepaalde kleurruimte.
Auto Dust Brush Plug-in Voordat u de plug-in installeert Installeer de scanner utility software en open vervolgens een van de programma’s (de scanner moet op de computer zijn aangesloten) en maak een scan. Met deze procedure is de Auto Dust Brush plug-in gebruiksklaar. Wilt u de plug-in gebruikten met Adobe Photoshop Elements 2.0, installeer dan deze software voor dat u de plug-in installeert. Gebruikt u de plug-in met Windows or Mac OS 8.6 ~ 9.2.
Klik op Yes om akkoord te gaan en te vervolgen. Lees de gehele overeenkomst zorgvuldig door voordat u verder gaat. Gaat u niet akkoord met de voorwaarden van de overeenkomst, klik dan op No om het setup-programma te verlaten. Klik op Next om de plugin in de weergegeven bestemmingsmap te installeren. Wilt u de plug-in in een andere map installeren, klik dan op Browse om het mapselectievenster te laten verschijnen. Geef de map op waarin u de software wilt installeren, en klik op OK.
Installatie - Macintosh Is d Auto Dust Brush plug-in geïnstalleerd, sleep het plug-in file bestand dan naar de map met plug-in filters van het beeldbewerkingsprogramma. Dan is het mogelijk de plug-in in het bewuste programma te gebruiken. Kijk voor het gebruik van de plug-in op blz. 88. Werd de plug-in niet met scanner-software geïnstalleerd, herhaal dan de installatieprocedure van blz. 14. Selecteer dan in het custom install scherm alleen de Auto Dust Brush plug-in voor installatie.
Gebruik van de Auto Dust Brush plug-in Open een beeld in het programma met de Auto Dust Brush plug-in. Alleen RGB en zwart-wit beelden kunnen worden gebruikt. Selecteer een deel van het te bewerken beeld. Maakt u geen selectie, dan wordt de Auto Dust Brush op het totale beeld toegepast. De verwerkingstijd staat in relatief tot de grootte van de gemaakte selectie. Selecteer Auto Dust Brush in de DiMAGE Scan optie in het filtermenu. De geselecteerde sector verschijnt in de preview-weergave.
Film type: U dient op te geven welk type film er wordt gescand. Stof op positief- oftewel diafilm verschijnt in het donker. Bij negatieffilm, film voor afdrukken, verschijnt stof in het wit. Processing level: stel hier de sterkte van de bewerking in. Dust threshold size: u kunt de bewerking beperken tot een bepaalde groottelimiet voor de gevonden ongerechtigheden. De in het vakje weergegeven waarde is in pixels. Ongerechtigheden die groter zijn dan de opgegeven grootte worden niet gecorrigeerd.
Appendix Lijst van veelgebruikte termen Contrast Contrast is de verhouding tussen de lichtste en de donkerste delen van het beeld. Verhoging van het contrast maakt de hoge lichten lichter en de schaduwen donkerder. Contrastverhoging kan ook de indruk van scherpte van het beeld verhogen. Grain Film gebruikte kleine zilverkristallen om het licht op te vangen. Na ontwikkeling zitten de kristalen omgezet in klontjes kleurstof, die het beeld een structuur verlenen die korrel wordt genoemd.
Verwijderen van de DiMAGE Scan Software Gebruikt u Windows, selecteer dan Remove DiMAGE Scan Dual4 in de Minolta DiMAGE Scan map onder de optie Programma’s in het Start-menu. Volg de instructies op het scherm. Wilt u de DiMAGE Scan software van een Macintosh computer verwijderen, plaats dan de DiMAGE Scan CD-ROM in de CD-ROM drive. Herhaal de installatieprocedure, maar selecteer nu Uninstall in het menu van het installatievenster. Controleer de locatie van e software.
Geïnstalleerde bestanden en mappen Onderstaande bestanden en mappen worden tegelijk met de DiMAGE Scan Utility software op de computer geïnstalleerd. Kijk op bladzij 82 voor de locaties en namen van de geinstalleerde scannerprofielen. Windows Windows (98, Me, XP) of WINNT (2000) Twain.dll Twain32.dll Twunk_16.exe Twunk_32.exe System or System 32 Twain_32 MCMLDS.dll MFSBaseLib2891.dll MFSLib2891.dll MFSIFLib2891.dll MFS002.clp* Pfudsrv.dll PQueen20.
Lijst met Taakbestanden Door Taken te gebruiken krijgt u op eenvoudige wijze instellingen op basis van het beoogde gebruik. Kijk bij het maken van de defintieve scan op blz. 34.
Kleinbeeld (35 mm) 93
Problemen oplossen Op deze bladzijde vindt u oplossingen voor een aantal eenvoudige problemen. Neem bij een defect, of als de hier opgegeven oplossingen geen resultaat opleveren, contact op met uw handelaar of de Technische Dienst van Konica Minolta. SYMPTOOM of MELDING OPLOSSING Bij opstarten van de Utility software verschijnt de melding ‘could not confirm scanner-connection’. Controleer of de kabel tussen computer en scanner goed is aangesloten. Zet de computer uit en opnieuw aan.
Software-installatie controleren - Windows Werd de scanner op de computer aangesloten voordat de DiMAGE Scan Utility was geïnstalleerd, dan zal de computer de scanner mogelijk niet herkennen. Pas onderstaande instructies toe om de controleren of de driver goed was geïnstalleerd: 1. Windows 98, 2000, Me: klik met de rechter muisknop op Deze computer. Selecteer “Eigenschappen” in het drop-down menu. Windows XP: ga in het start-menu naar het configuratiescherm. Klik voor de categorie Prestaties en onderhoud.
Technische gegevens Scan-methode: Filmtype: Filmformaten: Scan-formaten: Optische input resolutie: Beeldsensor: A/D-conversie: Kleurdiepte: Dynamisch bereik: Lichtbron: Scherpstelling: Interface: Energieverbruik: Afmetingen (b x h x d): Gewicht (ca.): Werkomstandigheden: Opslagomstandigheden: Scantijden (benadering): Opmerking: Testomstandigheden: Enkelvoudige scan, bewegende film, vaste sensor Negatieven en dia’s, kleur en zwart/wit Kleinbeeld en APS film.
Technische ondersteuning Neem a.u.b. contact op met uw handelaar voor informatie betreffende de installatie, voor aanbevelingen t.a.v. de USB interface of voor compatibiliteit van de applicaties. Kan uw handelaar u daarbij niet helpen, neem dan contact op met Konica Minolta. Zorg ervoor dat u dan de volgende gegevens paraat hebt: 1. 2. 3. 4. Het merk en type van uw computer en het besturingssysteem. De beschikbare hoeveelheid RAM geheugen en de vrije ruimte op de harde schijf.
Scanformulier Beeld: Datum: Film: Belichting: Kleurfiltering: Beeldverwerking Beeldcorrectietaak: Helderheid, contrast, & Kleurbalans palet Helderheid: Kleurtoon, verzadiging & lichtsterkte palet Kleurtoon: Contrast: Rood: Onscherp masker Selectief kleurenpalet Sterkte: Cyaan: R/ G/ B/ C/ M/ Y/ Verzadiging: Radius: Magenta: R/ G/ B/ C/ M/ Y/ Lichtsterkte: Drempel: Geel R/ G/ B/ C/ M/ Y/ Schaduw: Zwart: R/ G/ B/ C/ M/ Y/ Groen: Blauw: Auto Dust Brush: Belichtingsregeling Exposure
Kleurtooncorrecties Kleurtoonveranderingen roteren de oorspronkelijke kleurwaarden door een kleurruimte, en wijzen een nieuwe kleurtoon toe op basis van een nieuwe positie in die ruimte. In dit voorbeeld werd het oorspronkelijke beeld 180° geroteerd. Meer over het kleurtoon, verzadiging en helderheid palet op blz. 70. Verzadiging Lichtsterkte Oorspronkelijke kleurruimte Kleur toon Nieuwe kleurruimte Onder aan het palet worden twee kleurruimten weergegeven.
© 2003 Konica Minolta Camera, Inc. under the Berne Convention and the Universal Copyright Convention.