Operation Manual
107
Werkt de camera niet naar behoren, schakel hem dan uit, verwijder en herplaats de batterijen of ver-
breek en herstel de netstroomverbinding. Schakel de camera altijd uit met het instelwiel (hoofdscha-
kelaar), anders kan de CompactFlash kaart beschadigd raken en worden de camera-instellingen op
de standaard instellingen teruggezet.
Bij langdurig gebruik stijgt de temperatuur van de camera. Houd daar rekening mee wanneer u de
camera, de batterijen of de CompactFlash kaart vastpakt.
Sluitertijd/diafragma-com-
binatie geeft extreme
onder- of overbelichting
van het live-beeld.
Verander de sluitertijd- en/of
diafragma-instelling totdat er
een beeld op de monitor ver-
schijnt (blz. 53).
Opname-
informatie
verschijnt,
maar het live-
beeld is
geheel wit of
zwart.
Camera staat
op handmatige
belichting (M).
Probleem Symptoom Oorzaak Oplossing
Gebruikt u Ni-MH batterijen, maak dan beide batterijcontacten schoon met een droge doek om vuil of
aanslag weg te vegen. Vanwege z’n geavanceerde computersysteem houdt de camera het batterij-
niveau scherp in de gaten. Zijn de batterijcontacten vuil, dan is het mogelijk dat de camera een
onterechte batterijwaarschuwing geeft. Zijn de batterijprestaties ongebruikelijk slecht, poets dan de
batterijcontacten schoon met een schone, droge doek.
De prestaties van Ni-MH batterijen nemen af wanneer ze regelmatig worden opgeladen als ze nog
niet volledig ontladen zijn. Maak Ni-MH batterijen bij voorkeur helemaal leeg voordat u ze oplaadt.
OVER NI-MH BATTERIJEN