NL Gebruiksaanwijzing 9224-27311-15 M-A306/KME 0312
Aan de slag Lees voor gebruik deze gebruiksaanwijzing goed door. • Testopnamen Gaat u iets belangrijks fotograferen (bruiloft, opnamen voor uw werk) maak dan eerst een paar testopnamen om er zeker van te zijn dat de camera goed functioneert. • Resultaten worden niet gegarandeerd In het onwaarschijnlijke geval dat er zich met de camera of de geheugenkaart een probleem voordoet bij het opnemen of weergeven kan er geen schadeloosstelling plaatsvinden.
Inhoud Belangrijke veiligheidsmaatregelen..................................................6 Voorbereiding Accessoires.......................................................................................11 Benaming van de onderdelen .........................................................14 Camera-body....................................................................................14 Bedieningstoetsen.............................................................................
Inhoud (vervolg) Geavanceerd Gebruik van het REC-menu.............................................................44 Instellingen met het REC-menu (DETAILS) .......................................44 Selectie van Beeldgrootte/Compressieverhouding.............................46 Films opnemen .................................................................................49 Belichtingscorrectie gebruiken...........................................................51 Witbalans instellen .........................
Inhoud (vervolg) Beveiliging van belangrijke opnamen.................................................91 Beeldbestanden naar een andere geheugenkaart overspelen ...........94 Diashow afspelen..............................................................................97 Gesproken commentaar toevoegen ..................................................97 Setup-menu selecteren .....................................................................97 Geavanceerd Setup-menu gebruiken .............................
Belangrijke veiligheidsmaatregelen Bij de ontwikkeling van dit product is optimaal rekening gehouden met de factor veiligheid; neem voor correct gebruik echter de volgende opmerkingen waarschuwingen en adviezen goed door. De volgende symbolen zijn bedoeld om de gebruiker, andere personen en eigendommen te behoeden voor schade/letsel.
Belangrijke veiligheidsmaatregelen (Vervolg) Ernstige waarschuwing Stop het gebruikt van het product onmiddellijk indien zich een van de onderstaande verschijnselen voordoet. Verwijder de batterijen en ontkoppel de netstroomadapter. Gebruikt u de netstroomadapter, trek dan de stekker uit het stopcontact. Overleg met de handelaar waar u het product kocht wat er verder dient te gebeuren. Voortgaand gebruik van het product kan mogelijk leiden tot brand of elektrische schokken.
Belangrijke veiligheidsmaatregelen (vervolg) Ernstige waarschuwing Kijk niet met de zoeker rechtstreeks in de zon. Verlies of vermindering gezichtsvermogen kan het gevolg zijn. Raak bij onweer en bliksem de metalen delen van de camera niet aan. Blikseminslag op de camera kan overlijden tot gevolg hebben. Gebruik alleen de opgegeven netstroomadapter. Gebruik van een andere adapter kan tot brand leiden. Demonteer of kortsluit batterijen niet, breng er geen andere laag op aan (soldeer bijv.
Belangrijke veiligheidsmaatregelen (Vervolg) Waarschuwing Houd het oppervlak van de flitser schoon en pas op dat u de flitser tijdens de opname niet afdekt. Is het oppervlak van de flitser vuil of maakt u een opname terwijl de flitser is afgedekt, dan kan het flitser-oppervlak of de kleur veranderen door de hoge temperatuur van de flitser. Let goed op dat de polen van de batterijen goed zijn geplaatst.
Belangrijke veiligheidsmaatregelen (vervolg) Waarschuwing Verwijder de batterijen wanneer de camera voor langere tijd niet zal worden gebruikt. Gebruik bij de camerabediening geen extra kracht. De camera kan erdoor beschadigd raken, wat kan leiden tot persoonlijk letsel. Draai bij statiefbevestiging niet aan de camera. Over lekkage van batterijvloeistof • Komt er batterijvloeistof in contact met uw handen of kleding, was de vervuilde plek dan onmiddellijk schoon met water.
Voorbereiding Accessoires Inhoud van de verpakking controleren Bij uw camera behoren de volgende accessoires te zijn verpakt; controleer na openen van de verpakking of alles aanwezig is. Mocht het onwaarschijnlijke geval zich voordoen dat er iets ontbreekt, neem dan contact op met uw handelaar.
Accessoires (vervolg) Compatible opslagmedia Deze camera is standaard voorzien van circa 2 MB opslagruimte; wilt u over extra opslagruimte beschikken, dan zijn de volgende geheugenkaarten te gebruiken: • SD-Geheugenkaart • MultiMedia-kaart • Memory Stick Over SD-Geheugenkaart/MultiMedia-kaart/Memory Stick Waarschuwing SD-Geheugenkaarten, MultiMedia-kaarten en Memory Stick zijn uitgerust met met elektronische precisiecomponenten. Neem deze voorzorgen in acht, anders kan er storing/beschadiging optreden.
Accessoires (Vervolg) Belangrijk • Bij storing of schade bestaat de mogelijkheid dat er beeldinformatie verloren gaat. Konica Minolta kan daarvoor geen aansprakelijkheid aanvaarden. • Maak altijd back-ups van uw fotobestanden. • Gebruikt u SD-Geheugenkaarten/MultiMedia-kaarten/Memory Sticks op een PC, verander dan niet de status (Alleen Lezen, enz.) van de bestanden op de kaart. Anders kan het voorkomen dat de camera niet correct werkt bij handelingen als wissen, enz.
Benaming van de onderdelen Camerahuis Microfoon Flitser Ontspanknop Zoeker-venster Lichtgevoelige sensor Bevestigingsoog draagkoord Objectiefschuif (hoofdschakelaar) USBaansluiting Zelfontspanner-LED 14 Objectief
Benaming van de onderdelen (vervolg) Zoekeroculair Wistoets (blz. 16) Display-toets (blz. 16) Weergavetoets (blz. 16) Groene LED Rode LED Zoomtoetsen (blz. 16) Luidspreker LCD-monitor Vierwegtoets (blz. 16) Batterijkapje Statiefaansluiting Deksel batterij/kaartruimte Menu/Set-toets (blz. 16) Vierwegtoets Zeer veel camera-instellingen lopen via de vierwegtoets. Het gebruik van deze toets wordt in deze gebruiksaanwijzing verkort aangegeven.
Benaming van de onderdelen (vervolg) Bedieningstoetsen 1 2 3 4 LCD-monitor 5 6 1 Weergavetoets ( ) Gebruik deze toets voor het weergeven van beelden of instellen van het Play-menu. Deze toets kan altijd worden gebruikt, ook als de camera uit staat (blz. 26). 2 Display-toets Voor in- en uitschakelen van de LCD-monitor en voor in- en uitschakelen van de opname-informatie. Wordt de camera ingeschakeld, dan gaat de LCD-monitor automatisch aan; zet de LCD-monitor uit als u via de zoeker fotografeert.
Draagkoord bevestigen 1 2 1. Steek de lus van het smalle eind van het koord door het oogje. 2. Steek het andere eind van het koord door de lus die door het oogje heen steekt. Ernstige waarschuwing Gebruikt u de camera met draagkoord, draag dan niet het koord om uw nek. Hang de camera in geen geval om de nek van kinderen. Verstikking kan plaatsvinden wanneer het koord rond de nek verstrengeld raakt. Hangt de camera aan het koord, pas dan op dat u er niet per ongeluk personen of voorwerpen mee raakt.
Stroomvoorziening gereed maken Batterij (meegeleverd) opladen - Laad de batterij op voordat u hem voor het eerst gebruikt en wanneer op de LCD-monitor de aanduiding “NO MORE POWER” verschijnt. LED laadaanduiding 3 2 1 naar stopcontact 1. Sluit de voedingskabel op de lader aan. 2. Steek de voedingskabel in het stopcontact. 3. Plaats de batterij in de lader. • Als de batterij wordt opgeladen, is de LED van de laadaanduiding rood; is de batterij geheel geladen, dan wordt de laadaanduiding groen. 4.
Stroomvoorziening gereed maken Batterij (meegeleverd) plaatsen Voordat u de batterij plaatst of verwisselt dient u erop te letten dat de camera uit staat (blz. 26). 1. Open het deksel van de batterij/kaartruimte door hem in de richting van de pijl te schuiven. 1 Verwissel de batterij niet met natte handen; anders loopt u kans op een elektrische schok. 2. Installeer de batterij met de contactpunten naar de camera toe.
Stroomvoorziening gereed maken (vervolg) Richtlijn gebruiksduur batterij Aantal foto’s Met LCD-monitor aan Met LCD-monitor uit Continu-weergavetijd (minuten) Circa 100 Circa 200 Circa 90 * Onze testomstandigheden: normale vochtigheid en temperatuur, flitsintensiteit 50%, elke 30 sec. één opname. Zoom in één richting, eenmaal, 2592 x 1944 pixels. * Gebruiksduur batterij varieert met omgeving, opname-stand en -omstandigheden. * Bovenstaande waarden zijn een richtlijn en worden niet gegarandeerd.
Stroomvoorziening gereed maken (vervolg) Werk mee aan recyclingsmogelijkheden van de lithiumbatterij. • Dit product werkt met een lithiumbatterij. • Deze batterij kan worden gerecycled en bevat waardevolle grondstoffen.
Stroomvoorziening gereed maken (vervolg) Netstroomadapter (apart verkrijgbaar) aansluiten - Wilt u zich niet hoeven te bekommeren om het stroomgebruik, gebruik dan de opgegeven netstroomadapter (apart leverbaar, AC-8U/AC-8E/AC-8GB; zie blz. 11 voor meer informatie) wanneer u foto’s maakt, opnamen afspeelt of opnamen overspeelt (USB-aansluiting).
Stroomvoorziening gereed maken (vervolg) 3 3. Open het deksel van de batterij/kaartruimte en verwijder het batterijkapje. Plaats de batterij-adapter in de baterijruimte en sluit het deksel van de baterij/kaartruimte. • Bent u klaar met het gebruik van de camera, zet dan de camera uit en ontkoppel vervolgens de aansluitstekker van de batterijvormige adapter van de netstroomadapter. Gebruik de netstroomadapter nooit met natte handen. Het kan een elektrische schok ten gevolge hebben.
Kaarten plaatsen/verwijderen - Deze camera beschikt over 2 MB vast ingebouwd geheugen voor opslag van opnamen en andere informatie, zoals datum en tijd; in geval van nood kunt u dus ook zonder geheugenkaart in de camera opnamen maken. Wilt u een geheugenkaart in de camera gebruiken, dan hebt u keuze uit: SDGeheugenkaart, MultiMedia-kaart, Memory Stick. (Hierna verder aangeduid als “geheugenkaart”) - Zet altijd eerst de camera uit (objectiefschuif dicht); let op of de LCD-monitor uit is.
Kaarten plaatsen/verwijderen (vervolg) Geheugenkaart verwijderen 1. Open het batterij/kaartdeksel. 2. Drukt u zachtjes op de kaart, dan wordt hij ontgrendeld en komt hij een stukje naar buiten. Neem hem voorzichtig uit de sleuf. 3. Sluit het batterij/kaartdeksel. Ernstige waarschuwing Plaats of verwijder een kaart uitsluitend als u er zeker van bent dat alle stroomtoevoer is uitgeschakeld. Dat is het geval als de zoeker-LED uit is.
Camera inschakelen/uitschakelen 1 2 1. Schuif de objectiefschuif (hoofdschakelaar) in de richting van de pijl totdat hij niet verder gaat. 2. Als het objectief is uitgeschoven tot de opnamestand (groothoekstand), dan is de camera ingeschakeld. • Als de camera is ingeschakeld, kunt u foto’s maken. De LCD-monitor wordt geactiveerd. 3 26 3. Wilt u de camera uitschakelen, schuif dan de objectiefschuif een klein stukje in de richting van de pijl.
Menu-taal/Datum en tijd instellen - De eerste maal dat u uw camera gebruikt verschijnt automatisch een scherm waarin u de mogelijkheid hebt tijd, datum en taal in te stellen. Volg onderstaande stappen. U kunt kiezen uit vier talen: Japans, Engels, Frans en Duits. Controleer of de batterijcapaciteit in orde is of gebruik de netstroomadapter (apart leverbaar). - 1 1. Schakel de camera in door de objectiefschuif te openen of door op de weergavetoets te drukken.
Menu-taal/Datum en tijd instellen (vervolg) 4 4. (1) Is “YEAR” ingesteld, druk dan omlaag om naar de instelling “MONTH” te gaan. (2) Druk links of rechts om de maand in te stellen op dezelfde wijze als Stap 3 op blz. 27. • Door de procedures (1) en (2) van hierboven te herhalen stelt u datum en tijd in, en vervolgens de datumweergave. • Voor de datumweergave kunt u kiezen uit: yy/mm/dd (jaar/maand/dag), dd/mm/yy en mm/dd/yy.
Basishandelingen Foto’s maken Vasthouden van de camera - Houd de camera goed met beide handen vast, met uw ellebogen tegen uw lichaam voor een stabiele houding. - Houd voor een verticale oponame de camera zo dat de flitser boven het objecief zit. Let goed op dat uw vingers, haar of het draagkoord niet voor het objectief, de flitser of de lichtgevoelige sensor komen. Zoeker en LED-informatie • In de macrostand (blz. 42) is het aan te raden het beeld te bepalen via de LCD-monitor (blz. 35).
Foto’s maken (vervolg) LED-informatie zoeker De LED’s van de zoeker geven de volgende informatie: • Groene LED: (Brandt) Camera is klaar om foto te maken (Flitser wordt niet gebruikt) (Knippert) Waarschuwing dat de camera niet kan scherpstellen • Rode LED: (Brandt) Flitser wordt opgeladen, Formatteren van de geheugenkaart (Knippert) Waarschuwing voor cameratrilling. • Rode en groene LED: (Branden) Camera is klaar om foto te maken (Flitser zal worden gebruikt).
Foto’s maken (vervolg) Foto’s maken via de zoeker 1. Door de objectiefschuif te openen schakelt u de camera in. Wordt de camera ingeschakeld, dan treedt de LCD-monitor in werking. Gaat u via de zoeker fotograferen, druk dan om stroom te sparen op de DISPLAY-toets; de LCD-monitor wordt dan uitgeschakeld 1 • Is het oppervlak van het objectief vuil, veeg het dan voorzichtig schoon met een zachte, droge doek. 2 W T 2.
Foto’s maken (vervolg) 4. Maak de foto door de ontspanknop verder in te drukken. Er klinkt een opnamegeluid om aan te geven dat de foto wordt gemaakt; het beeld wordt opgeslagen op de kaart (of in het ingebouwde geheugen). 4 • Het ontspangeluid klinkt niet als het werd uitgeschakeld (blz. 102). 5. Tijdens opslag op de kaart zullen de rode LED en de zelfontspanner-LED voorop de camera branden, en de groene LED zal knipperen. • Hebt u het geluid uitgeschakeld (blz.
Foto’s maken (vervolg) U drukt de ontspanknop half in en de groene LED knippert… Dit kan betekenen dat het moeilijk is op het onderwerp scherp te stellen en/of dat het onderwerp te donker is. Is dit het geval, doe dan het volgende: • Controleer of u niet te dicht bij het onderwerp fotografeert; richt vervolgens de autofocus-markering op het onderwerp. (Zie blz. 32 voor informatie over de opname-afstanden.) • Is het onderwerp te donker (bijvoorbeeld een persoon in de schaduw), gebruik dan de flitser (blz.
Foto’s maken (vervolg) Foto’s maken met scherpstelvergrendeling - Bevindt het onderwerp waarop u wilt scherpstellen zich niet in het midden van het beeld, maak dan gebruik van de scherpstelvergrendeling. 1. Richt de autofocusmarkering op het onderwerp en druk de ontspanknop half in. De groene LED licht op om aan te geven dat de scherpstelling is vergrendeld. • De belichting wordt samen met de scherpstelling vergrendeld.
Foto’s maken (vervolg) Foto’s maken via de LCD-monitor - U kunt foto’s maken via de LCD-monitor in plaats van de zoeker. - Gebruik van de LCD-monitor leidt tot een duidelijk hoger stroomverbruik; het is aan te raden een reserve batterij bij de hand te hebben (apart leverbaar, Lithium-ion Batterij NP-500), of gebruik de netstroomadapter (apart leverbaar, AC-8U/AC-8E/AC-8GB; zie blz. 11 voor meer informatie). 1 1.
Foto’s maken (vervolg) Informatie in beeld Bij de opname verschijnt de volgende informatie in het beeld van de LCD-monitor: • U kunt de informatie uit beeld laten verdwijnen (blz. 101). 1 2 3 9 4 4m 2m 1m 5 6 7 10 8 11 1 Opnamemedium Hier verschijnt het gebruikte medium. • SD-Geheugenkaart of MultiMedia-kaart : SD* • Memory Stick : MS • Intern geheugen : IN * Bij gebruik van een MultiMediakaart verschijnt de aanduiding SD.
Foto’s maken (vervolg) 8 Teller Hier verschijnt het resterend aantal foto’s dat u kunt maken. 9 Datum en tijd/diafragmawaarde/sluitertijd 1) Datum en tijd verschijnen wanneer de camera wordt ingeschakeld en wanneer van het opnamemenu (blz. 44) of weergavebeeld (blz. 70) plaats maakt voor het live-beeld. Datum en tijd verdwijnen na circa 5 seconden. 2) Diafragmawaarde en sluitertijd verschijnen bij half indrukken van de ontspanknop.
Opnamestand selecteren - Door een keuze te maken uit de verschillende opnamestanden kunt u de optimale instellingen voor uw onderwerp realiseren. - Is een stand eenmaal gekozen (afgezien van de zelfontspanner), dan kunt u ermee blijven werken. Het is aan te bevelen de stand na het maken van de opnamen terug te zetten op AUTO (geen aanduiding op LCD-monitor).
Opnamestand selecteren (vervolg) Naar links drukken geeft keuze uit de volgende standen. 1) 2) 3) 4) 5) 6) 7) 8) 9) AUTO-stand (geen aanduiding op LCD-monitor) Macrostand (blz. 42) Vergezicht-stand (blz. 42) Zelfontspannerstand (blz. 43) Zelfontspanner + Macro Zelfontspanner + vergezicht 4m Vaste afstandinstelling (blz. 43) 2m Vaste afstandinstelling (blz. 43) 1m Vaste afstandinstelling (blz. 43) • Elke keer dat u naar links drukt verschijnt de icoon van de volgende stand.
Opnamestand selecteren (vervolg) Flitsstand kiezen AUTO (Automatisch flitsen) - Dit is de normale stand. Wordt de camera aangezet, dan gebruikt hij de stand Auto (automatisch flitsen). Er verschijnt geen symbool op de monitor. - Als er te weinig licht is wordt de flitser ontstoken. • De rode LED die na een flitsopname oplicht geeft aan dat de flitser zich oplaadt. Er kan geen foto worden gemaakt voordat de flitser is geladen. • De sluitertijd is langer dan 1/60 sec.
Opnamestand selecteren (vervolg) Invulflits - Gebruik deze stand wanneer een gezicht in de schaduw ligt of wanneer u een persoon tegen het licht in fotografeert. - De flitser zal bij elke opname worden ontstoken, ongeacht de aanwezige hoeveelheid licht. Flitsen met lange sluitertijd - Gebruik deze stand wanneer u bij avond of nacht een foto van een persoon maakt die voor een interessante achtergrond staat. - De camera maakt gebruikt een lange sluitertijd, gecombineerd met flitslicht.
Opnamestand selecteren (vervolg) Macro-opnamen/Vergezichten Macro-opnamen - Gebruik deze stand wanneer u een onderwerp van zeer dichtbij wilt fotograferen. - Is de afstand tussen de camera en het onderwerp klein, dan is er een verschil tussen het beeld in de zoeker en de opname die werkelijk wordt gemaakt. Gebruik voor de beeldcompositie daarom de LCDmonitor. • Gebruik een statief om trilling te voorkomen; bij close ups is trilling een zeer kritische factor.
Opnamestand selecteren (vervolg) Zelfontspanner gebruiken Zelfontspannerstand - Gebruik een statief. - Na indrukken van de ontspanknop gaat de zelfontspanner-LED aan; na 10 seconden wordt de opname gemaakt. • Wilt u de zelfontspanner stoppen, sluit dat de objectiefschuif. • Na het maken van de opname wordt de zelfontspannerstand (10 seconden vertraging) opgeheven. Wilt u de zelfontspanner herhaald gebruiken, activeer dan de zelfontspannerstand voor elke opname opnieuw.
Geavanceerd Gebruik van het REC-menu - Met het REC-menu (opnamemenu) kunt u foto’s maken met de instellingen die uw wenst. U kunt de camera instellen met het menu “REC (DETAILS)” (standaardinstelling), of “REC (BASIC)” (blz. 67). - De instelling die met elk menu worden gemaakt blijven behouden, ook wanneer de camera wordt uitgeschakeld, totdat de instellingen worden veranderd are changed, tenzij anders aangegeven. Instellingen met het REC-menu (DETAILS) 1.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) 3. Na selecteren van het menu drukt u naar rechts om het Setup-scherm (scherm 3) van het menu te laten verschijnen. Na selectie van de gewenste inhoud beëindigt u de Setup door op de MENU/SET-toets te drukken en keert u terug naar scherm 1. 4. U kunt de stand REC menu stoppen in Stap 1 (REC menu scherm) op de linker bladzijde door naar links te drukken, of door rechts te drukken of op de MENU/SET-toets na selecteren van “RETURN”.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Selectie van Beeldgrootte/Compressieverhouding (RESOLUTION) - U kunt kiezen uit vier beeldgrootten en twee compressieverhoudingen. - U kunt de instellingen op elk moment veranderen. Elke keer als u een instellingen verandert, wijzigt de ruimte voor resterende opnamen, zichtbaar in de teller op de LCD-monitor. - Is kwaliteit het voornaamste, selecteer dan “FINE”; is een groot aantal foto’s belangrijk, selecteer dan “NORMAL”. 1 1. Selecteer “RESOLUTION” druk naar rechts.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) 4 4. Selecteren van de compressieverhouding Druk omhoog of omlaag om de gewenste compressieverhouding te selecteren, druk dan naar rechts of op de MENU/SET-toets. Daarna keert u terug naar scherm 2 waarin de gekozen compressieverhouding wordt weergegeven. • Drukt u links, dan wordt de instelling opgeheven en keert u terug naar scherm 2.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Beeldgrootte een aantal pixels (breedte) X (hoogte) 1) 2592 x 1944 pixels (circa 5.040.000 pixels) Dit is de hoogste beeldkwaliteit. Gebruik deze stand voor belangrijke foto’s, foto’s die u op uw computer wilt bewerken, enz. Omdat dit het grootste formaat is kunt u deze stand het beste gebruiken als u grote afdrukken wilt. 2) 2048 x 1536 pixels (circa 3.140.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Films opnemen (MOVIE ON) - Zet uw camera in deze stand om films op te nemen. U kunt films met geluid opnamen van circa 30 seconden lang. Uw camera maakt beelden van 320 x 240 pixels. Als u een film gaat opnemen blijft de LCD-monitor actief. Zelfs als u op de DISPLAY-toets drukt zal de LCD-monitor niet uit gaan. Gebruik voor filmopnamen de LCD-monitor. - 1 1. Selecteer “MOVIE ON” en druk de vierwegtoets naar rechts. 2 2.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) 2 3. Druk op de ontspanknop om de filmopname te starten. U kunt circa 30 seconden lang opnemen. • U hoeft de ontspanknop niet ingedrukt te houden. • Wanneer de opnametijd verstreken is stopt de camera automatisch. Wilt u het filmen eerder stoppen, druk dan opnieuw op de ontspanknop. • De verstreken tijd wordt rechtsboven in het scherm weergegeven.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Belichtingscorrectie gebruiken (EXPOSURE) - Gebruik de belichtingscorrectietoets als u het beeld donkerder of lichter wilt maken. - U kunt de belichting corrigeren over ±1,5 LW in stappen van 0,3 LW. - De correctiewaarde verschijnt op de monitor. 1 2 1. Selecteer “EXPOSURE” en druk de rechts. 2. Het live-beeld verschijnt, samen met de balk voor belichtingscorrectie.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Witbalans instellen (WHITE BALANCE) - De kleuren in een foto zijn afhankelijk van het type lichtbron. De AUTO stand is geschikt voor de meeste situaties. U kunt de witbalansinstelling ook zelf regelen, om zo uw eigen afstemming op de lichtomstandigheden te realiseren. - Welke stand actief is wordt op de LCD-monitor weergegeven. 1 1. Selecteer “WHITE BALANCE” en druk rechts op de vierwegtoets. 2 2.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Beschikbare standen Witbalans •AUTO (standaard): De camera stelt de witbalans automatisch in. • DAY LIGHT: Daglicht: ideaal voor foto’s bij sterk zonlicht. • CLOUDY: Bewolkt: ideaal voor foto’s in de schaduw of bij bewolkt weer. • FLUO: Ideaal voor foto’s binnenshuis bij TL-licht. • TUNGSTEN: Ideaal voor foto’s bij normaal fluorescentielicht (TL-licht).
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Lichtmeetmethode kiezen (AE) - Uw camera gebruikt standaard centrumgerichte lichtmeting, maar hij kan ook worden ingesteld op spotmeting. - Met spotmeting stemt u de belichting af op een klein deel van het onderwerp. 1 1. Selecteer “AE” en druk rechts. 2 2. Wilt u overgaan op spotmeting, druk dan omhoog of omlaag om “SPOT” te selecteren, druk dan naar rechts of op de MENU/SETtoets. Wanneer de instelling is voltooid keert u terug naar scherm 1.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Monochroom-opnamen maken (MONOCHROME) - U kunt monochroom-opnamen maken: zwart-wit en sepia. 1 1. Selecteer “MONOCHROME” en druk vierwegtoets naar rechts. 2 2. Druk omhoog of omlaag om te kiezen tussen “SEPIA” en “B&W” (zwart-wit), druk dan naar rechts of op de MENU/SET-toets. Wanneer de instelling is voltooid keert u terug naar scherm 1. • Drukt u de vierwegtoets naar links, dan wordt de selectie ongedaan gemaakt en keert u terug naar scherm 1.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Digitale zoom gebruiken (DIGITAL ZOOM) - Digitale zoom kan het zoombereik van de optische zoom vertwee- of drievoudigen. - Bij gebruik van de digitale zoom dient u te fotograferen via de LCDmonitor. Doordat de extra zoom langs elektronische weg wordt verkregen kan de zoeker geen juiste uitkadering laten zien. - Voor filmopnamen is de digitale zoom niet beschikbaar. 1. Selecteer “DIGITAL ZOOM” en druk 1 rechts. 2 2.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Helderheid en kleur van de LCD-Monitor corrigeren (MONITOR ADJ.) - U kunt de helderheid van de LCD-monitor corrigeren, voor aanpassing aan de omgeving waarin uw fotografeert. De kleur van de LCDmonitor (rood, groen, blauw) is ook instelbaar. 1 2 Instellingen Helderheid Kleur (Rood) Kleur (Groen) Kleur (Blauw) 1. Selecteer “MONITOR ADJ.” en druk rechts. 2. U krijgt het live-beeld te zien en het correctiescherm voor monitor verschijnt.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Spraakmemo’s opnemen (VOICE) - De maximale duur van een spraakmemo is ongeveer 30 seconden. - Let op dat u de microfoon bovenop de camera niet afdekt. 1 1. Selecteer “VOICE” en druk rechts. 2 2. Scherm 2 verschijnt en de camera komt in de spraakmemo-stand. Druk op de ontspanknop; de spraakopname begint. • Drukt u niet op de ontspanknop, dan kunt u teruggaan naar scherm 1 zonder een opname te maken door op de MENU/SET-toets te drukken.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Commentaar toevoegen (ADD REC) - U kunt gesproken commentaar (Na-opname) toevoegen van foto’s die u hebt gemaakt. U kunt ook eerder ingesproken teksten wissen of er een nieuwe tekst overheen opnemen. - De maximale tijdsduur per foto is ongeveer 30 seconden. 1 2 1. Selecteer “ADD REC” en druk rechts. 2. De gemaakte foto’s verschijnen. Selecteer de foto waaraan u commentaar wilt toevoegen door de vierwegtoets links of rechts te drukken.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Commentaar wissen 1 1. Bent u op scherm 2 op blz. 59, selecteer dan de foto waarvan u het commentaar wilt wissen en druk op de wistoets. • Foto’s met gesproken commentaar zijn voorzien van een 2 icoon. 2. Wilt u alleen het gesproken commentaar wissen, selecteer dan “THIS”; wilt u alle Gesproken commentaren in een keer wissen, selecteer dan “ALL”. Kies met links en rechts drukken de gewenste instelling en druk op de MENU/SETtoets.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Lange sluitertijden mogelijk maken (SLOW SHUTTER) - Het is mogelijk bij flitsopnamen lange sluitertijden toe te passen. - Hij opnamen onder donkere omstandigheden kan de camera een lange sluitertijd kiezen; gebruik een statief tegen trilling. 1 1. Selecteer “SLOW SHUTTER” en druk rechts. 2. Selecteer “ON” door rechts te drukken. 2 3. Selecteer flitsstand met omhoog of omlaag drukken en links of rechts om sluitertijd in te stellen.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Handmatige belichtingsregeling (MAN EXPOSURE ON) - Sluitertijd en diafragma kunnen naar eigen smaak op omstandigheden en gewenste efect worden afgestemd. - De sluitertijd kan worden ingesteld van 15 tot 1/1000 seconde. Het diafragma verandert met de zoominstelling en biedt twee instellingen, afhankelijk van de zoomstand. 1 2 1. Selecteer “MAN EXPOSURE ON” en druk rechts. 2.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) - Bij het gebruik van handmatige belichtingsregeling kan de functie van naar beneden, links en rechts drukken van de vierwegtoets elke keer dat de knop omhoog wordt gedrukt worden veranderd. Handmatige belichtingsinstelling is mogelijk wanneer diafragmawaarde en sluitertijd in blauw worden weergegeven. Druk de vierwegtoets omhoog om de functie te veranderen van omlaag, naar links en naar rechts drukken. Elke stand van Flitsen (blz. 38), Opnamestand (blz.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Kwaliteitsinstellingen (QUALITY) - Het is mogelijk de gevoeligheid, flitsintensiteit, contrast en kleur van de foto’s naar eigen voorkeur te regelen. - Per functie kan worden gekozen voor een eigen instelling of de standaardinstelling. 1 1. Selecteer “QUALITY” en druk rechts. 2. Selecteer “1” (of 2) in “SET” door vierwegtoets rechts te drukken. 2 3 • Beeldkwaliteit kan worden ingesteld op “1” of op “2”. (2 verschillende instellingen beschikbaar.) 3.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Deze instellingen zijn mogelijk: ISO De gevoeligheidinstelling kan worden gekozen. AUTO Normale gevoeligheid is equivalent aan ISO100. Gevoeligheid wordt automatisch aangepast aan omstandigheden. 50/100/200/400 Hoge gevoeligheid is geschikt voor donkere of snel bewegende onderwerpen. Hoe hoger echter de gevoeligheid, des te meer ruis zal het beeld vertonen. Een lage gevoeligheid is geschikt voor heldere onderwerpen en geeft de hoogste beeldkwaliteit.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Setup-menu selecteren (SETUP) - Door elk onderdeel van het setup-menu naar eigen voorkeur in te stellen, kunt u de werking van de camera naar uw hand zetten. 1 1. Selecteer “SETUP” en druk rechts. 2 2. U komt in het SETUP-menu. Meer informatie bij “Gebruik van het Setup-menu” op blz. 98. • Versie van de camera camera verschijnt na indrukken van de DISPLAY-toets bij scherm 2.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Instellingen met het REC-menu (BASIC) - Met dit menu hebt u snel toegang tot basisstanden. Kijk voor informatie over de instellingen van het REC-menu (BASIC) op blz. 100. - Hoe u de REC-menu schermen opent en de menu’s selecteert vindt u bij “Instellingen met het REC-menu (DETAILS)” op blz. 44. - In de stand REC-menu (BASIC) gaat u elke keer dat u de vierwegtoets omhoog of omlaag drukt door de volgende schermen: RESOLUTION MOVIE ON omlaag MONITOR ADJ.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Beeldgrootte selecteren - U kunt kiezen uit vier beeldgrootten. - De beeldgrootte-instellingen kunnen per opname worden bepaald. Elke keer dat u de beeldgrootte verandert wordt het resterend aantal opnamen gewijzigd, wat is te zien in de teller van de LCD-monitor. 1 1. Selecteer “RESOLUTION” en druk rechts op de vierwegtoets. 2 2.
Gebruik van het REC-menu (vervolg) Standaard aantal beelden per grootte (zonder geluid, geen film) Beeldgrootte 64 MB SD-Geheugenkaart Intern geheugen 2592 x 1944 Circa 51 foto’s - 2048 x 1536 Circa 85 foto’s - 1600 x 1200 Circa 160 foto’s - 640 x 480 Circa 640 foto’s Circa 20 Photos • Hoeveel foto’s u kunt maken is mede afhankelijk van de beeldinhoud. • Zijn er ook andere bestanden dan beelden, of werd de beeldgrootte en/of de opnamestand veranderd, dan gaan bovenvermelde waarden niet op.
Weergave/Wissen Weergave Opgenomen beelden afspelen - U kunt eerder gemaakte opnamen afspelen op de LCD-monitor. - Voor het weergeven van foto’s maakt het niet uit of de camera aan of uit staat. - Houd een reserve batterij (apart leverbaar, Lithium-ion Batterij NP-500) bij de hand voor geval de batterij leeg raakt. Gebruik van de netstroomadapter is ook een goede oplossing (apart leverbaar AC8U/AC-8E/AC-8GB; zie blz. 11 voor meer informatie). 1 1.
Weergave (vervolg) Weergave-informatie Naast de gemaakte opname is de volgende informatie te zien. • U kunt de camera zo instellen dat de informatie niet verschijnt (blz. 101). 1 2 3 4 7 5 8 6 9 1 Opname-medium Hier verschijnt het mediatype. • SD-Geheugenkaart of Multimediakaart* :SD • Memory Stick :MS • Intern geheugen :IN * “SD” verschijnt ook bij een SDGeheugenkaart. 2 Bestandsnummer Hier verschijnen nummers van bestand en directory op de kaart.
Weergave (vervolg) Films afspelen 1 1. Gebruik na indrukken van de weergavetoets de links of rechts op de vierwegtoets om de filmclip te selecteren die u wilt zien. • 2 verschijnt in het filmbeeld. 2. Druk op de ontspanknop om de geselecteerde filmclip af te spelen. Is de film geheel vertoond, dan keert de weergave terug naar scherm 1. • Tijdens weergave verschijn in beeld: opnamemedium, bestandsnummer, verstreken tijd. • Wilt u de weergave stoppen, druk dan opnieuw op de ontspanknop.
Weergave (vervolg) Spraakmemo’s afspelen - Hier leest u hoe u spraakmemo’s (blz. 58) afspeelt. 1 1. Druk op de Weergavetoets en druk links en rechts op de weergavetoets om een spraakmemo te selecteren. • De duur van de spraakmemo verschijnt in de rechter bovenhoek van het scherm. 2. Druk op de ontspanknop om de spraakmemo af te spelen. Als de memo is afgespeeld wordt teruggekeerd naar scherm 1. • De weergavetijd (verstreken) verschijnt in de rechter bovenhoek van het scherm.
Weergave (vervolg) Zoomweergave (Digital Zoom) - U kunt bij het weergave het beeld vergroten. 1 2 1. Druk op de weergavetoets en druk daarna links of rechts op de vierwegtoets om de foto te selecteren die u wilt zien. Gebruik vervolgens de TELE zoomtoets om op het beeld in te zoomen; elke keer dat u op de TELE zoomtoets drukt wordt het beeld verder vergroot. • De zoomfactor verschijnt op de LCDmonitor. • Druk op de WIDE zoomtoets om terug te zoomen.
Weergave (vervolg) Snelweergave (Quick view) - Is snelweergave (Quick-view) in de camera geactiveerd (blz. 100), dan kunt u de foto’s direct na de opname op de LCD-monitor zien. Wanneer u bij het fotograferen de zoeker gebruikt en de LCD-monitor uit staat: Nadat de LCD-monitor de laatst gemaakte opname heeft weergegeven gaat hij automatisch weer uit. Wanneer u bij het fotograferen de LCD-monitor gebruikt: 1) De de opname verschijnt de foto automatisch op de LCD-monitor.
Weergegeven beeld wissen - U kunt ongewenste foto’s, filmclips, enz. wissen (U kunt één beeld selecteren, een aantal of alle beelden.) - Beveiligde beelden kunnen niet worden gewist. - Gewiste beelden kunnen niet worden teruggehaald. 1 1. Na indrukken van de weergavetoets drukt u links of rechts om het beeld te selecteren dat u wilt wissen. • Wilt u alle beelden of een aantal beelden wissen, dan maakt het niet uit welk beeld er wordt weergegeven. 2 2.
Geavanceerde weergave PLAY-menu gebruiken - Met het PLAY-menu (weergavemenu) kunt u beelden afspelen, ongewenste beelden wissen en beelden bewerken. Het maakt niet uit of de camera aan of uit staat. 1. Druk na drukken op de weergavetoets op de MENU/SET-toets; het PLAY-menu scherm verschijnt. 2. Selecteer door de vierwegtoets omhoog of omlaag te drukken de gewenste instelling.
PLAY-menu gebruiken (vervolg) Een aantal beelden tegelijk weergeven (INDEX) - Op de LCD-monitor kunnen maximaal negen beeldjes tegelijk worden weergegeven. Zo kunt u snel een bepaald beeld opzoeken om het te vertonen. Ook kunt via deze methode foto’s wissen. 1 2 1. Selecteer “INDEX” en druk op E. 2. De negenbeelds-index verschijnt. De foto die was geselecteerd toen u het menu opende is omlijnd door een rood kader.
PLAY-menu gebruiken (vervolg) Beeld kopiëren (COPY) - U kunt een foto of een film naar een andere geheugenkaart kopiëren. (U kunt kiezen tussen één beeld, een aantal beelden of alle beelden.) 1 1. Selecteer “COPY” en druk rechts. 2 2. Selecteer in het scherm dat verschijnt “FROM” (van) en druk daarna naar rechts. • Druk omhoog of omlaag om een ander onderdeel te kiezen. 3 3. De mediatypen verschijnen.
PLAY-menu gebruiken (vervolg) 4 5 6 4. Terug in scherm 2, selecteert u “TO” (naar). Dan verschijnt het links afgebeelde scherm (screen 4). Na rechts drukken drukt u omlaag of omhoog om het bestemmingsmedium te kiezen door rechts of op de MENU/SET-toets te drukken. De instelling is voltooid en u keert terug naar scherm 2. • Drukt u links, dan wordt de instelling ongedaan gemaakt en keert u terug naar scherm 2. • Is er niet voldoende vrije ruimte, dan gaat u terug naar scherm 4. 5.
PLAY-menu gebruiken (vervolg) 7 7. De achtbeelds-index verschijnt. Plaats met de vierwegtoets het rode kader om het beeld dat u wilt selecteren en druk op de MENU/SET-toets. • Druk links wanneer het eerste beeld is geselecteerd of rechts wanneer het laatste beeld is geselecteerd om de vorige/volgende acht beelden te zien. 8 8. Beelden die in Stap 7 werden geselecteerd hebben een geel kader. Bent u klaar met het selecteren van beelden, kies dan met de vierwegtoets “END” en druk op de MENU/SET-toets.
PLAY-menu gebruiken (vervolg) Ongewenste beelden wissen (DELETE) - U kunt ongewenste foto’s, filmclips, enz. wissen (U kunt één beeld selecteren, een aantal of alle beelden.) - Beveiligde beelden kunnen niet worden gewist. - Gewiste beelden kunnen niet worden teruggehaald. 1 2 1. Selecteer “DELETE” en druk rechts. 2. Er verschijnt een scherm met daarin de mogelijke instellingen. Eerst is “MEDIA” geselecteerd, dus druk rechts. • Druk omlaag of omhoog om een ander onderdeel te selecteren. 3 3.
PLAY-menu gebruiken (vervolg) 4 5 4. Terug in scherm 2, selecteert u “UNIT” (eenheid). Dan verschijnt het links afgebeeld scherm (scherm 4). Na recht gedrukt te hebben drukt u omlaag of omhoog om “SELECT” (als er een of meer beelden geselecteerd moeten worden) te kiezen of “ALL ON” (alle aan). Druk vervolgens naar rechts of op de MENU/SET-toets. De instellingen zijn voltooid en u keert terug naar scherm 2. • Drukt u links, dan wordt de instelling ongedaan gemaakt en keert u terug naar scherm 2. 5.
PLAY-menu gebruiken (vervolg) 7 7. Beelden die in Stap 7 werden geselecteerd hebben een geel kader. Bent u klaar met het selecteren van beelden, kies dan met de vierwegtoets “END” en druk op de MENU/SET-toets. (Ga naar Stap 9) Herhaal de selectieprocedure (terug naar Stap 7) om andere beelden te selecteren. 8 • Wilt u meerdere beelden selecteren, herhaal dan Stap 6 en 7. 8. Er verschijnt een bevestigingsscherm. Selecteer “YES” om het kopiëren uit te voeren en druk op de MENU/SET-toets.
PLAY-menu gebruiken (vervolg) Helderheid en kleur LCD-monitor instellen (MONITOR ADJ) - U kunt de helderheid van de LCD-monitor aanpassen aan de omgeving waar u uw opnamen wilt terugzien. De kleuren van de LCD-monitor (rood, groen, blauw) zijn ook regelbaar. De instelling voor helderheid en kleur worden niet veranderd door de camera uit te zetten; ze blijven gelden totdat u ze verandert. - 1 1. Selecteer “MONITOR ADJ.” en druk rechts op de vierwegtoets. 2 2.
PLAY-menu gebruiken (vervolg) Beelden voor printen selecteren/deselecteren (DPOF) - DPOF staat voor Digital Print Order Format. DPOF is een formaat voor het optekenen van print-informatie op geheugenkaarten. DPOF printorders kunnen worden verwerkt door DPOF compatible printers en digitale fotolab-apparaten, voor het printen van foto’s die met uw camera zijn gemaakt. - U kunt een selectie maken (een beeld, een aantal beelden of alle beelden) van de beelden die u wilt printen.
PLAY-menu gebruiken (vervolg) 4 5 4. Terug in scherm 2 selecteert u “UNIT” (eenheid). Dan verschijnt het links afgebeelde scherm (scherm 4). Na rechts te hebben gedrukt, drukt u als u een of meerdere beelden wilt printen (of deselecteren) omhoog of omlaag om “SELECT” te kiezen. Wilt u alle beelden printen, kies dan “ALL ON” (alle aan), wilt u alle beelden deselecteren, kies dan “ALL OFF” (alle uit). Druk na het maken van uw selectie rechts of op de MENU/SET-toets.
PLAY-menu gebruiken (vervolg) 7 7. De achtbeelds-index verschijnt. Plaats met de vierwegtoets het rode kader om het beeld dat u wilt selecteren (of deselecteren) en druk op de MENU/SET-toets. • Druk links wanneer het eerste beeld is geselecteerd of rechts wanneer het laatste beeld is geselecteerd om de vorige/volgende acht beelden te zien. 8 8. Beelden die in Stap 7 werden geselecteerd zijn omgeven door een geel kader. Geeft voor de autostand het aantal prints op met de zoom-toetsen (T, W).
PLAY-menu gebruiken (vervolg) 9 9. Er verschijnt een bevestigingsscherm. Koos u “SELECT”: selecteer “YES” door links of rechts te drukken en druk op de MENU/SET-toets. Koos u “ALL ON”: stel het aantal prints in door omhoog/omlaag te drukken, of met de zoomtoetsen (T of W). Selecteer vervolgens “YES” door links of rechts te drukken en druk op de MENU/SET-toets. • U kunt 1 tot 999 foto’s printen.
PLAY-menu gebruiken (vervolg) Beelden verkleinen (RESIZE) - U kunt de grootte van gemaakte opnamen verminderen. Verkleint u een beeld, dan ontstaat er een kleiner beeldbestand. Gebruik deze functie wanneer u beelden als e-mail attachment wilt versturen of wanneer u om andere redenen een kleiner beeldbestand wilt. Bij filmbestanden is verkleinen niet mogelijk. - - 1 2 3 1. Selecteer “RESIZE” en druk rechts op de vierwegtoets. 2.
PLAY-menu gebruiken (vervolg) Beveiliging van belangrijke opnamen (PROTECT) - U kunt belangrijke foto’s en filmclips tegen wissen beveiligen. (U kunt enkele of alle beelden beveiligen). De beveiliging kan worden opgeheven. Formateert u een kaart (blz. 99), dan worden ook beveiligde bestanden gewist. - 1 2 1. Selecteer “PROTECT” en druk rechts op de vierwegtoets. 2. Er verschijnt een scherm met daarop elk opslagmedium. “MEDIA” is eerste geselecteerd, dus druk rechts.
PLAY-menu gebruiken (vervolg) 4 5 4. Terug in scherm 2 selecteert u “UNIT” (eenheid). Dan verschijnt het links afgebeelde scherm (scherm 4). Na rechts te hebben gedrukt, drukt u als u een of meerdere beelden wilt beveiligen (of er de beveiliging van wilt opheffen) omhoog of omlaag om “SELECT” te kiezen. Wilt u alle beelden beveiligen, kies dan “ALL ON” (alle aan), wilt u van alle beelden de beveiliging opheffen, kies dan “ALL OFF” (alle uit). Druk na het maken van uw selectie op de MENU/SET-toets.
PLAY-menu gebruiken (vervolg) 7 7. Beelden die in Stap 7 werden geselecteerd hebben een geel kader. Bent u klaar met het selecteren van beelden, kies dan met de vierwegtoets “END” en druk op de MENU/SET-toets. (Ga naar Stap 8) Herhaal de selectieprocedure (terug naar Stap 6) om andere beelden te selecteren. 8 • Wilt u meerdere beelden selecteren, herhaal dan Stap 6 en 7. 8. Het bevestigingsscherm verschijnt, met “YES” geselecteerd.
PLAY-menu gebruiken (vervolg) Beeldbestanden naar een andere geheugenkaart overspelen (MOVE) - U kunt foto- en filmbestanden overspelen naar een andere geheugenkaart. Bij beveiligde opnamen moet u eerst de beveiliging opheffen voordat u ze kunt verplaatsen - 1 1. Selecteer “MOVE” en druk rechts. 2. Er verschijnt een scherm met de instellingen. “FROM” (van) is geselecteerd, dus druk rechts. 2 3 • Druk omhoog/omlaag als u een ander onderdeel wilt kiezen. 3.
PLAY-menu gebruiken (vervolg) 4 5 6 4. Terug in scherm 2, selecteert u “TO” (naar). Dan verschijnt het links afgebeelde scherm (screen 4). Na rechts drukken drukt u omlaag of omhoog om het bestemmingsmedium te kiezen; druk dan rechts of op de MENU/SET-toets. De instelling is voltooid en u keert terug naar scherm 2. • Drukt u links, dan wordt de instelling ongedaan gemaakt en keert u terug naar scherm 2. • Is er niet voldoende vrije ruimte, dan gaat u terug naar scherm 4. 5.
PLAY-menu gebruiken (vervolg) 7 7. De achtbeelds-index verschijnt. Plaats met de vierwegtoets het rode kader om het beeld dat u wilt selecteren en druk op de MENU/SET-toets. • Druk links wanneer het eerste beeld is geselecteerd of rechts wanneer het laatste beeld is geselecteerd om de vorige/volgende acht beelden te zien. 8 8. Beelden die in Stap 7 werden geselecteerd hebben een geel kader. Bent u klaar met het selecteren van beelden, kies dan met de vierwegtoets “END” en druk op de MENU/SET-toets.
PLAY-menu gebruiken (vervolg) Diashow afspelen (SLIDE SHOW) - De beelden worden automatisch na een bepaalde interval gewisseld. 1 1. Selecteer “SLIDE SHOW” en druk rechts. 2. De beelden worden in volgorde vertoond, beginnend met het eerste beeld, met intervals van circa 2 seconden. De diashow stopt na het laatste beeld. Wilt u een diashow stoppen, druk dan op de MENU/SET-toets. • Na stoppen blijft het laatst weergegeven beeld zichtbaar. Gesproken commentaar toevoegen(ADD REC) 1 1.
Geavanceerd - Setup-menu gebruiken Door elk onderdeel van het setup-menu naar eigen voorkeur in te stellen, kunt u de camera naar uw hand zetten. Het maakt niet uit of de camera uit of aan staat; de instellingen worden in de camera opgeslagen totdat ze worden veranderd. 1. Wilt u het “SET UP” menu oproepen, selecteer dan SETUP-menu vanuit het REC-menu (blz. 66) of het PLAY-menu (blz. 97). 2. Selecteer de menu-instellingen door omhoog/omlaag te drukken; elke keer scrollt het menu een onderdeel verder.
Setup-menu gebruiken (vervolg) Geheugenkaart formatteren (FORMAT) - Met formatteren brengt u de kaart in z’n beginstatus (status na aankoop). - Let op: Formatteren wist alle informatie, ook beveiligde bestanden (blz. 101). - Formatteer kaarten altijd in de camera. Wordt een kaart vanuit de computer geformatteerd, dan levert hij mogelijk geen optimale prestaties. 1 1. Selecteer “FORMAT”en druk rechts; u wordt gevraagd het mediatype te kiezen.
Setup-menu gebruiken (vervolg) Instellingen REC-menu (REC MENU) - U kunt de inhoud van het REC-menu veranderen van “DETAILS” (standaard) in “BASIC” en vice versa. Kijk op blz. 44 en 67 voor meer informatie over deze functie. - 1 1. Selecteer “REC MENU”, druk naar rechts; het scherm met instellingen verschijnt. Druk omhoog/omlaag om “BASIC” te selecteren en druk rechts of druk op MENU/SET-toets. De instelling is voltooid en u keert terug naar het Setup-menu.
Setup-menu gebruiken (vervolg) Beeldinformatie verbergen (INFO DISP) - De beeldinformatie kan tijden opname of weergave worden verborgen (blz. 36, 71). De standaardinstelling is “ON” (aan). - 1 1. Selecteer “INFO DISP” en druk rechts. Druk omhoog/omlaag om “OFF” te selecteren, en druk rechts of op de MENU/SET-toets. De instelling is voltooid en het scherm keert terug naar het Setup-menu. • Drukt u naar links, dan wordt de instelling ongedaan gemaakt en keert u terug naar het Setup -menu.
Setup-menu gebruiken (vervolg) Geluidsinstellingen (SOUND) - U kunt de geluidssignalen in- en uitschakelen (geluiden voor bepaalde acties, en waarschuwingen), sluitergeluid, or the geluidseffecten. Standaardinstelling is “ON”. - 1 2 1. Selecteer “SOUND”, druk rechts en het scherm met instellingen verschijnt. “BEEP” is geselecteerd, dus druk rechts. 2. Selecteer met omhoog/omlaag “OFF” of “ON” en druk rechts of druk op de MENU/SET-toets. U gaat terug naar scherm 1.
Setup-menu gebruiken (vervolg) Datum en tijd instellen (DATE) - Wordt de batterij 24 uur of langer verwijderd, dan gaan de datum-/ tijdinstellingen verloren. Stel in dat geval datum en tijd opnieuw in. 1 1. Selecteer “DATE SET”, druk rechts en het scherm voor datum- en tijdinstelling verschijnt. Zie Stappen 3 t/m 6 op blz. 27 en 28 over het uitvoeren van de instellingen. • Zijn de instellingen uitgevoerd, dan keert u terug naar het Setup-menu.
Setup-menu gebruiken (vervolg) Automatische uitschakeling (AUTO OFF) - De wachttijd voor automatische uitschakeling van de camera is instelbaar. Standaard is de tijd 3 minuten. 1. Selecteer “AUTO POWER OFF”, druk rechts, het scherm met instel1 lingen verschijnt. Druk omhoog/omlaag om “10 min” of “OFF” (uit) te selecteren, druk dan rechts of op de MENU/SETtoets. De instelling is voltooid en u keert terug naar het Setup-menu.
Setup-menu gebruiken (vervolg) Geheugenprioriteit instellen (MEMORY PRIORITY) - Hebt u twee kaarten tegelijk in de camera, een SD-geheugenkaart (of Multimedia-kaart) en een Memory Stick, dan kunt u bepalen op welke van de twee er het eerst moet worden opgenomen 1 1. Selecteer “MEMORY PRIORITY”, druk rechts; een scherm met instellingen verschijnt. Selecteer door omhoog/omlaag te drukken het mediatype dat voor gaat en druk rechts of op de MENU/SET-toets.
Setup-menu gebruiken (vervolg) Gesproken commentaar (ADD REC SET) 1 1. Selecteer “ADD REC SET”, druk rechts; het scherm met instellingen verschijnt. Selecteer met omhoog/omlaag drukken de gewenste instelling en druk rechts of op de MENU/SETtoets. De instelling is voltooid, u keert terug naar het Setup-menu. • Drukt u naar links, dan wordt de instelling ongedaan gemaakt en keert u terug naar het Setup-menu. Per opname besluiten (“IF SELECTED”) Dit is the normale stand (standaard).
Setup-menu gebruiken (vervolg) Persoonlijke instellingen (CUSTOM) 1) U kunt de opname- en flitsinstellingen (zie blz. 38-39) die zijn toegewezen aan links en rechts drukken in- en uitschakelen. * U kunt niet alle instellingen aan- en uitzetten. Probeert u alle instellingen uit te zetten, dan zet de camera de “AUTO” instelling in de flits- en opnamestand op “ON”. 2) U kunt een deel van de belichtingscorrectie toewijzen aan omhoog, en een deel van de witbalansfunctie aan omlaag.
Setup-menu gebruiken (vervolg) Belichtingsvergrendeling op “ON” zetten Drukt u omhoog terwijl u de scherpstelvergrendeling activeert (half indrukken ontspanknop, blz. 34), dan wordt de belichtingsinstelling vergrendeld; de icoon van de belichtingsvergrendeling verschijnt in de LCD-monitor. De instelling blijft ook na een opname effectief.
Setup-menu gebruiken (vervolg) 3 4 5 Selecteer de gewenste stand door de vierwegtoets omhoog of omlaag te drukken, en druk naar rechts of op de MENU-SET-toets om de instelling te veranderen. Druk als de instelling is voltooid links om terug te keren naar scherm 1. 4. Selecteer in scherm 1 “AF AE AWB” en druk rechts op de vierwegtoets. Het scherm met instellingen verschijnt.
Setup-menu gebruiken (vervolg) Terugkeen naar de standaardinstellingen (DEFAULT) - U kunt alle instellingen die in het REC-menu and het Setup-menu zijn uitgevoerd in één keer terugzetten op standaard. 1 1. Selecteer “DEFAULT”, druk rechts. Er verschijnt een bevestigingsscherm. Selecteer met omhoog/omlaag drukken “YES” en druk op de MENU/SET-toets. De instelling is voltooid en keert terug naar het Setup-menu.
Aansluiten op uw PC Systeemeisen - Opgenomen beelden kunnen naar een PC worden overgespeeld met behulp van de meegeleverde USB-kabel. 1. Windows OS: Voorgeïnstalleerde versies van Microsoft Windows 98, Windows 98 SE, Windows XP, Windows 2000 Professional of Windows Me Geheugen: 16 MB of meer beschikbaar RAM (32 MB of meer aanbevolen) Beeldscherm: 32.000 kleuren of meer, resolutie 640 x 480 pixels of meer Overige: CD-ROM drive, USB-aansluiting (standaard aanwezig) 2. Macintosh OS: Mac OS 9.0-9.
Aansluiten op uw PC (vervolg) USB-kabel aansluiten - Zet de camera uit of ontkoppel de netstroomadapter. U hoeft voor het aansluiten of loskoppelen van de USB-kabel uw PC niet uit te zetten. Naar USB-aansluiting op PC 1. Zet uw PC aan. 2. Als Mac OS of Windows is opgestart kunt u uw camera met de USB-kabel op de PC aansluiten. • Gebruik de USB-kabel die bij de camera werd geleverd. • Als de camera op de PC is aangesloten kunt u er niet mee werken.
Software downloaden en beelden overspelen USB Driver-software installeren - - Installeer vanaf de meegeleverde DiMAGE Viewer CD-ROM. Installeer de software uitsluitend bij gebruik van Windows 98 of Windows 98SE. Werkt u met een ander besturingssysteem (OS), dan is deze installatie niet nodig. Schakel de camera uit, ontkoppel de netstroomadapter. Gebruik van de netstroomadapter apart leverbaar (AC-8U/AC8E/AC-8GB; zie blz.11 voor meer informatie) wordt aanbevolen. 1) Zet de PC aan en start Windows.
Software downloaden en beelden overspelen (vervolg) 6) Klik op “Geef een locatie op:” en voer in: “D:\”. • Hier wordt ervan uitgegaan dat de CD-ROM drive drive D is. Voer indien nodig een andere letter in. • Het INF bestand dat nodig is voor de installatie is te vinden in “D:\”. • Klik voor het zoeken naar andere locatie op “Bladeren”. 7) Klik op “Volgende”. 8) Klik op “Voltooien”. De USB-driver is nu geïnstalleerd.
Software downloaden en beelden overspelen (vervolg) Beelden overspelen - Gebruik van de netstroomadapter (apart leverbaar, AC-8U/AC8E/AC-8GB; zie blz. 11 voor meer informatie) wordt aanbevolen. Werkt u met Windows 98 of Windows 98SE, installeer dan eerst de USB driver-software (meegeleverde DiMAGE Viewer CD-ROM) (blz.113-114). 1. Start uw PC op en verbind camera en PC via de USB-kabel (blz. 112). 2.
Software downloaden en beelden overspelen (vervolg) Opmerkingen • De camera kan niet op uw PC worden aangesloten als er geen beeldbestanden in het interne geheugen van de camera zitten of als er geen geheugenkaart met Beeldbestanden in de camera zit. • Zitten er twee geheugenkaarten in de camera, dan verschijnt de Geheugenprioriteit (blz. 25, blz. 105). • Beeldbestanden kunnen worden overgespeeld naar een harde schijf of andere media, en ze kunnen ook worden gewist.
Software downloaden en beelden overspelen (vervolg) Gebruikershandleiding Windows® – Apple® Macintosh™ 1. Zet de computer aan. 2. Doe de ”DiMAGE INSTRUCTION MANUALS” CD-ROM in de CDROM drive. 3. Open de map ”MANUAL”. 4. Dubbelklik op de taalmap van de CD-ROM. 5. Dubbelklik op de files ”D_G500_NL.pdf/DV_NL.pdf”. Adobe® Acrobat™ Reader Windows® 1. Zet de computer aan. 2. Doe de ”DiMAGE INSTRUCTION MANUALS“ CD-ROM in de CDROM drive. 3. Open ”AcroReader51_NLD_full.exe” van de CD-ROM. 4.
Overige Gebruik in het buitenland Gebruik van de netstroomadapter (AC-8U, AC-8E of AC-8GB) - Gebruik de netstroomadapter niet waar het voltage buiten het bereik ligt waarvoor de adapter geschikt is. Gebruik van de meegeleverde lader (BC-500) - 118 Gebruik de netstroomadapter niet waar het voltage buiten het bereik ligt waarvoor de lader geschikt is.
Verzorging en onderhoud Reinigen van de camera Gebruik voor het reinigen van de camera nooit oplosmiddelen als wasbenzine of verfverdunner. • Verwijder voordat u gaat reinigen de batterij uit de camera of ontkoppel de netstroomadapter. • Buiten op de camera zijn lakken en zeefdrukmaterialen gebruikt. Reinigen met wasbenzine of verfverdunner kan tot verkleuring of oplossing leiden. • Is de camera vuil, veeg hem dan schoon met een zachte, droge doek.
Verzorging en onderhoud (vervolg) Over beelddata • Gebruik een PC om beelden en andere bestanden te wissen die met andere modellen zijn opgenomen. • De opgenomen data kan verloren gaan wanneer u of iemand anders de SDGeheugenkaart/MultiMedia-kaart/Memory Stick verkeerd gebruikt, wanneer de kaart wordt blootgesteld aan sterke statische elektriciteit of een elektrische schok, of bij een reparatie of storing van de kaart.
Problemen oplossen - Kunt u met onderstaande suggesties niet tot een oplossing, neem dan contact op met uw handelaar of de Konica Minolta importeur. Symptoom Camera gaat niet aan Voeding Oorzaak Blz. Batterij leeg 19 Batterij verkeerd geplaatst 19 Netstr. adapt.
Problemen oplossen (vervolg) Symptoom Beelden worden niet afgespeeld Onnatuurlijke kleuren Weergave Beeld is te donker Oorzaak Weergavetoets niet gebruikt 70 Geen beeldbestanden aanwezig 70 Alle beeldbestanden gewist 52 Afstand te groot, flitslicht reikt niet ver genoeg 40 Niet genoeg licht 33 Flitsopname op te korte afstand Overige 122 76,82,99 Witbalans incorrect Belichtingscorrectie verkeerd ingesteld Beeld is te licht Blz Belichtingscorrectie verkeerd ingesteld 51,107 40 51,107 Aa
Belangrijkste specificaties Cameratype: Effectieve resolutie: Opnamemedia: Opnamecapaciteit: Opnamemethode: Gesproken commentaar Films Opname-element: Gevoeligheid: Objectief: Scherpstelling/lichtmeting: Scherpstelbereik: Normaal: Macrostand: Diafragma’s: Sluitertijden: Foto’s: Film: Belichtingsregeling: Witbalans: Zoeker: Digitale fotocamera met zoomobjectief 5,0 megapixels Intern opslagmedium: circa 2 MB flash geheugen ingebouwd Externe opslagmedia; SD-Geheugenkaart, MultiMedia-kaart, Memory Stick 2592
Belangrijkste specificaties (vervolg) Flitser: Flitsbereik (ISO: AUTO): Opnamestanden: LCD-monitor: Weergave: Wisfunctie: LED-aanduiding: Datumfunctie: Voeding: I/O-aansluitingen: Bedrijfstemperatuur: Afmetingen: Gewicht: Meegeleverde accessoires: 124 Ingebouwde flitser, automatische flitsdosering, flitsinterval circa 5 sec. groothoek circa 0,5 m tot 3,5 m tele circa 0,8 m tot 2,0 m.
Belangrijkste specificaties (vervolg) • De opgegeven eigenschappen en prestaties zijn gebaseerd op eigen testmethoden. • De specificaties en/of uitvoering van het product kunnen zonder aankondiging worden gewijzigd. 1) DCF (Design rule for Camera File system) is een standaard van JEITA, in de eerste plaats bedoeld voor het vereenvoudigen van het gebruik van beeldbestanden die zijn gemaakt met digitale camera’s of vergelijkbare apparaten. 2) DPOF (Digital Print Order Format), opgesteld door Canon, Inc.
24-uurs ondersteuning voor onze digitale producten vindt u op www.minoltasupport.com. Camerakennis, beeldcompositie, digitale beeldbewerking: ontdek Konica Minolta’s nieuwe internetwereld, bezoek www.konicaminoltaphotoworld.