Operation Manual

66
BRANDSTOFMETER KOELVLOEISTOFTEMPERATUUR
In het navigatiesysteem
Ook de aanwijzingen in het vorige
hoofdstuk in acht nemen.<
Wisselt de controlelamp 1 van oranje naar
rood, is er nog ca. 8 liter brandstof in de
tank.
Koelvloeistoftemperatuurmeter
Naargelang de uitvoering bevindt zich een
koelvloeistoftemperatuurmeter in de snel-
heidsmeter of het Cockpit Chrono Pack.
Lage temperatuur:
Koude motor. Met een matig motortoeren-
tal en lage snelheid rijden.
Middenstand:
Normale bedrijfstemperatuur van de
motor.
Hoge temperatuur:
Zodra de naald zich vanuit de middenstand
naar boven of naar links beweegt:
Rustig en met een laag toerental rijden of
de motor afzetten en laten afkoelen.
Koelvloeistofpeil controleren, zie
pagina 111.
Temperatuurwaarschuwing
1 Rode waarschuwingslamp
Voor een controle op de werking gaat de
controlelamp 1 bij het inschakelen van het
contact korte tijd branden.
Als deze lamp gaat branden tijdens het rij-
den:
Motor te warm. De motor direct afzetten
en laten afkoelen.
Uitvoering met navigatiesysteem* of
Cockpit Chrono Pack*
Koelvloeistoftemperatuur-waar-
schuwingslamp in het navigatiesy-
steem of het Cockpit Chrono Pack.
Als deze lamp gaat branden tijdens het rij-
den:
Motor te warm. De motor direct afzetten
en laten afkoelen.