Operation Manual
140
AUTO IN GANG TREKKEN EN WEGSLEPEN
Sleepoog gebruiken
Het sleepoog, dat van schroefdraad is voor-
zien, bevindt zich in het boordgereedschap,
zie pagina 122 en moet steeds in de auto
aanwezig zijn. Het kan vooraan of achter-
aan uw auto worden ingeschroefd.
Om te voorkomen dat sleepoog en
auto worden beschadigd zijn de vol-
gende regels in acht te nemen:
Gebruik alleen het met de auto meegele-
verde sleepoog en schroef het tot de aan-
slag stevig vast. Gebruik het sleepoog
alleen voor het slepen op de rijbaan. Belas-
tingen van het sleepoog in dwarse richting
vermijden, bv. de auto niet aan het sleep-
oog optillen.<
Toegang tot de schroefdraad
De afbeelding toont als voorbeeld de MINI
ONE en de MINI ONE Cabrio.
De afdekking in de bumper vooraan of ach-
teraan met een schroevendraaier aan de
uitsparing naar buiten drukken.
Gesleept worden
Erop letten dat de contactsleutel in
stand 1 staat, om te voorkomen dat
het stuurslot blokkeert en de auto onbe-
stuurbaar wordt. Bij niet-draaiende motor
is geen rem- en stuurbekrachtiging aanwe-
zig. Hierdoor is voor het remmen en het
sturen meer kracht nodig.<
Volgens de regels van het land de
waarschuwingsknipperlichtinstallatie
inschakelen. Bij storingen aan de elektri-
sche installatie de weg te slepen auto dui-
delijk markeren, bv. met een bord of een
gevarendriehoek achter de achterruit.
MINI of MINI Cabrio met handgeschakelde
versnellingsbak:
Versnellingshendel in de neutraalstand.
MINI of MINI Cabrio met automatische
transmissie:
Auto's met automatische transmis-
sie alleen transporteren met een
takelwagen, omdat de versnellingsbak
anders kan worden beschadigd, zie
pagina 141.<
Wegsleepmethoden
In sommige landen is het slepen met sleep-
stang of wegsleepkabel op openbare
wegen niet toegestaan.
Informeer u over de voorschriften voor het
wegslepen in het betreffende land.
Met sleepstang:
Het trekkend voertuig mag niet lich-
ter zijn dan het weg te slepen voer-
tuig, anders is het rijgedrag niet meer te
beheersen.<