Operation Manual

Tabel vermogensstanden
27
Vermogens-
stand
Boter smelten
Gelatine oplossen
1–2
Rijstepap, havermoutpap maken 2
Kleine hoeveelheden vloeistof opwarmen
Rijst wellen
Groente ontdooien (in een blok)
Graan wellen
3
Verwarmen van vloeibare en halfvaste gerechten
Bereiden van een omelet en van spiegeleieren zonder
korst Stoven van vruchten
Deegwaren wellen
4
Groente, vis stoven Diepvriesproducten ontdooien en verwar-
men
5
Aankoken van grote hoeveelheden, bijv. eenpansgerechten
Gebonden saus of roomsaus maken, bijv. witte-wijnsaus
of sauce hollandaise
Eieren behoedzaam bakken (zonder oververhitting van het vet)
6
Behoedzaam braden (zonder oververhitten van het vet) van vis,
schnitzel, braadworst
Bakken van aardappelpannenkoekjes, pannenkoeken, eierkoe-
ken
7
Aanbraden van stoofgerechten 8
Grote hoeveelheden water koken
Aankoken
9
De gegevens zijn richtwaarden. Het vermogen van de inductiespoel varieert naargelang de
grootte en het materiaal van de bodem van de pan. Voor uw pannen kunnen de vermogens-
standen dus enigszins afwijken. Bepaal door praktisch gebruik de optimale instellingen voor
uw pannen. Stel voor nieuwe pannen waarvan u de gebruikseigenschappen niet kent de
vermogensstand één stand lager in dan aangegeven.