Gebruiksaanwijzing Inductiekookplaten KM 471 KM 474 Lees beslist de gebruiksaanwijzing voordat u uw apparaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt onnodige schade aan uw apparaat. T M.-Nr.
Inhoud Inhoud Algemeen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Modellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Sensortoetsen en info-displays . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Beschrijving van de kookzones . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Algemeen Algemeen Modellen Kookplaat KM 471 c d b d e Inductiekookzones Inductiekookzone c met boosterfunctie BOOSTER s b B f Bedieningspaneel a f e Kookplaat KM 474 c d b d e Inductiekookzones Inductiekookzone c met boosterfunctie BOOSTER B f s b e Bedieningspaneel a f 3
Algemeen Bedieningspaneel Sensortoetsen: g h i Sensortoets Aan/Uit j Boosterfunctie van de kookzone links achter (zie de rubriek ‘Boosterfunctie’) Vergrendeling Sensortoetsen en info-displays (zie de desbetreffende rubrieken) Controlelampjes: k l 4 Boosterfunctie Vergrendeling
Algemeen Sensortoetsen en info-displays m n o - / + toetsen voor het instellen van de gewenste vermogensstand Kookzone-indicator Weergave: 0 = 1 t/m 9 = H = A = De kookzone is klaar voor gebruik Vermogensstand Restwarmte De aankookautomaat is ingeschakeld (verschijnt afwisselend met de doorkookstand) = Geen pan of verkeerde pan (zie de rubriek ‘De juiste pannen’) = Foutmelding (zie het hoofdstuk ‘Nuttige tips’) ß F Beschrijving van de kookzones Kookzone y Ø in cm 14 w 21 x z 14 18 Totaal vermoge
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Het inbouwen en aansluiten van het apparaat Dit apparaat mag uitsluitend door een vakman worden ingebouwd en aangesloten. Deze is precies op de hoogte van de landelijke voorschriften en van de voorschriften van het gemeentelijke energiebedrijf en houdt zich daar strikt aan.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Efficiënt gebruik van het apparaat Lees de gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u uw apparaat voor het eerst gebruikt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt onnodige schade aan het apparaat. Gebruik het apparaat alleen als het is ingebouwd. Dit om te voorkomen dat u per ongeluk elektrische onderdelen aanraakt. Gebruik het apparaat alleen voor het bereiden van gerechten. Gebruik voor andere doeleinden is niet toegestaan en kan gevaarlijk zijn.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Het voorkomen van schade aan het apparaat Laat geen voorwerpen op de keramische plaat vallen. Zelfs een licht voorwerp als een zoutvaatje kan, als het verkeerd terechtkomt, scheuren of barsten veroorzaken. Gebruik geen pannen of schalen met een niet gepolijste bodem (bijvoorbeeld gietijzer) of met een scherpe bodemrand. Daardoor ontstaan krassen die niet meer te verwijderen zijn. Ook zandkorrels kunnen krassen veroorzaken.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Het voorkomen van brandwonden Wanneer u de kookzones gebruikt, worden deze zeer heet. Ook na het uitschakelen blijven ze dat nog enige tijd. De restwarmte-indicator geeft aan of een kookzone nog heet is. Zorg ervoor dat kinderen uit de buurt blijven wanneer de kookplaat in werking is. Bewaar geen voorwerpen die voor kinderen interessant zijn in kastjes boven of achter het apparaat. De kinderen klimmen dan misschien op het apparaat en kunnen zich er dan aan branden.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Als het apparaat defect is Wanneer u een defect aan het apparaat constateert, schakel dan eerst het apparaat uit en daarna de hoofdschakelaar van de huisinstallatie. Draai smeltveiligheden er volledig uit. Is het apparaat niet ingebouwd en heeft het geen vaste aansluiting, trek dan ook de aansluitkabel uit het stopcontact. Pak de aansluitkabel bij de stekker vast. Bel nu de Technische Dienst.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Het voorkomen van andere gevaren Personen met een pacemaker dienen er rekening mee te houden dat in de directe omgeving van het ingeschakelde apparaat een elektromagnetisch veld ontstaat dat de werking van de pacemaker nadelig kan beïnvloeden. Neem bij twijfel contact op met de fabrikant van de pacemaker of met uw arts. Zet pannen altijd midden op een kookzone. Zo voorkomt u onnodige blootstelling aan het elektromagnetische veld.
Vóór het eerste gebruik Vóór het eerste gebruik Informatie vooraf Wanneer u het apparaat voor het eerst aansluit of na een stroomstoring moet eerst de vergrendeling worden uitgeschakeld, voordat u het apparaat weer in gebruik kunt nemen (zie de rubriek ‘Vergrendeling’). Uw kookplaat werkt volgens het inductieprincipe, dat wil zeggen de kookzones functioneren alleen maar, wanneer op de kookzones pannen met een magnetiseerbare bodem staan (zie de rubriek ‘De juiste pannen’).
Vóór het eerste gebruik Het verpakkingsmateriaal Het afdanken van het apparaat De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen met het oog op een zo gering mogelijke belasting van het milieu en de mogelijkheden voor recycling. Van een afgedankt apparaat kunnen de onderdelen vaak nog waardevol zijn. Zorg er daarom voor dat uw oude apparaat via de dealer of de gemeente gerecycled kan worden.
Vóór het eerste gebruik Reiniging voor het eerste gebruik Wij raden u aan de kookplaat met een vochtige doek te reinigen en daarna weer droog te wrijven, voordat u het apparaat voor het eerst gebruikt. Gebruik voor het reinigen geen afwasmiddel, omdat daardoor blijvende blauwe vlekken op de plaat kunnen ontstaan. 14 De metalen delen van het apparaat zijn voorzien van een speciaal beschermlaagje, waardoor bij het eerste gebruik geurtjes kunnen ontstaan.
Bediening Bediening Het inductieprincipe Onder elke kookzone bevindt zich een inductiespoel. Wanneer u een kookzone inschakelt, genereert deze spoel een magneetveld. Wanneer de bodem van de gebruikte pan magnetiseerbaar is, produceert (‘induceert’) dit magneetveld wervelstromen. Hierdoor wordt de bodem van de pan heet. De kookzone zelf wordt alleen indirect verwarmd via de stralingswarmte van de pan.
Bediening De juiste pannen Let op! U kunt inductiekookzones alleen maar gebruiken, wanneer u pannen gebruikt met een magnetiseerbare bodem. Geschikt zijn pannen van: – roestvrij staal met een magnetiseerbare bodem – geëmailleerd staal – gietijzer Niet geschikt zijn pannen van: – roestvrij staal met een niet magnetiseerbare bodem – aluminium of koper – glas/keramiek, aardewerk Pannenformaat De pannen die u wilt gebruiken, dienen bij voorkeur dezelfde diameter te hebben als de kookzone.
Bediening Bedieningspaneel met sensortoetsen Het bedieningspaneel van uw inductiekookplaat is voorzien van elektronische sensortoetsen. Deze toetsen reageren op het contact met uw vingers. U bedient de kookzones door de desbetreffende sensortoetsen aan te tippen. Iedere reactie van de sensortoetsen wordt met een akoestisch signaal bevestigd. Bedien nooit meer dan één toets tegelijk en houd het bedieningspaneel altijd vrij en schoon, anders reageren de toetsen niet of u activeert onbedoeld functies.
Bediening Tabel vermogensstanden Deze standen gelden voor alle kookzones: Bereiding Vermogensstand boter, chocolade, etc. smelten gelatine oplossen yoghurt maken 1-2 saus maken van eigeel en boter kleine hoeveelheden vloeistof opwarmen gerechten warmhouden die snel aankoeken rijst wellen 1-3 gerechten verwarmen die veel vocht bevatten gebonden saus of roomsaus maken, bijv.
Bediening Aankookautomaat Als de aankookautomaat is geactiveerd, wordt het gerecht eerst op vol vermogen aan de kook gebracht. Daarna wordt naar de doorkookstand teruggeschakeld. De aankooktijd hangt af van de ingestelde doorkookstand (zie tabel). Het activeren van de aankookautomaat: Kies met de - of + toets vermogensstand 9. Doorkookstand 1 2 3 4 5 6 7 8 9 Aankooktijd in minuten en seconden (ca.) 1 : 15 1 : 40 2 : 10 3 : 00 5 : 05 7 : 40 1 : 40 2 : 10 - Tip nog eens de + toets aan.
Bediening Boosterfunctie De kookzone links achter heeft een boosterfunctie, waarmee een extra hoog vermogen kan worden geleverd. Is de booster ingeschakeld, dan werkt de kookzone 5 minuten lang met een verhoogd vermogen op vermogensstand 9. Met deze functie kunt u bijvoorbeeld grote hoeveelheden water snel verhitten. Het verhoogde vermogen voor de booster kan alleen worden geleverd, wanneer tegelijkertijd aan de kookzone links voor een deel van het vermogen wordt onttrokken.
Bediening Kookzones uitschakelen Zo schakelt u een kookzone uit: Druk gelijktijdig op de - en + toets . In het display verschijnt gedurende enige seconden een 0. Is de kookzone nog heet, dan wordt daarna de restwarmte aangegeven. Zo schakelt u de kookplaat uit: Druk op de Aan/Uit-toets s. Nu zijn alle kookzones uitgeschakeld. In de displays van de kookzones die nog heet zijn, wordt de restwarmte aangegeven.
Bediening Vergrendeling De vergrendeling voorkomt dat kookzones per ongeluk worden ingeschakeld of dat gekozen instellingen worden gewijzigd. U kunt de vergrendeling alleen activeren en opheffen als de kookplaat is ingeschakeld. Wanneer het apparaat voor het eerst wordt aangesloten of na een stroomstoring is de vergrendeling automatisch actief. Is de vergrendeling geactiveerd, dan kunnen – de instellingen van de kookzones niet meer worden gewijzigd.
Bediening Automatische uitschakeling ...als er iets op het bedieningspaneel ligt ...als een kookzone te lang aanstaat De kookplaat wordt automatisch uitgeschakeld als één of meer sensortoetsen langer dan 10 seconden bedekt zijn, bijvoorbeeld als u uw hand erop legt, een gerecht overkookt of als er voorwerpen op liggen. Tegelijk verschijnt in de displays van de nog warme kookzones de restwarmte-indicator.
Bediening Oververhittingsbeveiliging Voorkom dat de oververhittingsbeveiliging opnieuw geactiveerd wordt door: Oververhitting van de inductiespoel – pannen te gebruiken die de warmte beter geleiden. De inductiespoel van een kookzone kan oververhit raken, wanneer – de pan de warmte slecht geleidt. – vet of olie op een hoge vermogensstand verhit wordt.
Bediening Oververhitting van de koeleenheid De koeleenheid van de kookplaat kan oververhit raken als het apparaat niet voldoende geventileerd wordt. De oververhittingsbeveiliging leidt bij de kookplaat tot een van de volgende reacties: – De eventueel ingeschakelde boosterfunctie wordt uitgeschakeld. Ga als volgt te werk: Bevindt zich onder de kookplaat een lade, zorg dan dat tussen de inhoud van de lade en de onderkant van het apparaat voldoende afstand is.
Reiniging en onderhoud Reiniging en onderhoud Gebruik voor het reinigen van het apparaat nooit een stoomreiniger. Door de stoom kunnen de oppervlakken en onderdelen van het apparaat blijvend beschadigd raken, waarvoor de fabrikant niet aansprakelijk kan worden gesteld. Gebruik geen puntige voorwerpen, zodat de dichtingen tussen de glasplaat en de lijst dan wel tussen lijst en werkblad niet beschadigd raken.
Reiniging en onderhoud Reinig de keramische plaat bij voorkeur na ieder gebruik. Laat de plaat afkoelen en verwijder alle grove vervuilingen met een vochtige doek. Vastgekoekte vervuilingen verwijdert u met een schraper. Reinig de plaat vervolgens grondig met een speciaal reinigingsmiddel voor keramische platen en met keukenpapier of een schone doek. Ook kalkresten (van overgekookt water) en aluminiumvlekken worden zo verwijderd.
Nuttige tips Nuttige tips Elektrische apparaten mogen alleen door vakmensen worden geïnstalleerd en gerepareerd. Ondeskundig uitgevoerde installatie- en/of reparatiewerkzaamheden kunnen een groot gevaar voor de gebruiker opleveren. De volgende storingen kunt u zelf verhelpen. Wat moet u doen als... ... de kookplaat respectievelijk de kookzones niet kunnen worden ingeschakeld? Controleer of – de pannen geschikt zijn voor inductie. – de vergrendeling geactiveerd is.
Nuttige tips ... een van de volgende storingen optreedt: ... de ventilator na het uitschakelen doorwerkt? – De boosterfunctie wordt te vroeg uitgeschakeld. Dit is geen storing! De ventilator draait door totdat het apparaat is afgekoeld en wordt dan automatisch uitgeschakeld. – In het display knipperen afwisselend de vermogensstanden 9 en 8. – In de displays van alle kookzones knippert een 0. De oververhittingsbeveiliging is geactiveerd (zie de rubriek ‘Oververhittingsbeveiliging’). ...
Techniek Techniek Elektrische aansluiting Technische gegevens Dit apparaat mag alleen door een erkend elektricien op het elektriciteitsnet worden aangesloten. Hierbij moeten de landelijke voorschriften en de voorschriften van het plaatselijke energiebedrijf in acht genomen worden. Aansluitwaarde: Zie typeplaatje. Dit apparaat mag uitsluitend worden aangesloten op een huisinstallatie die volgens NEN 1010 is geïnstalleerd.
Techniek Technische Dienst Het adres en het telefoonnummer van de Technische Dienst vindt u op de achterkant van deze gebruiksaanwijzing. Voor een goede en vlotte afhandeling moet de Technische Dienst het type en het serienummer van het apparaat weten. Beide gegevens vindt u op het bijgevoegde typeplaatje. Typeplaatje Plak hier het bijgevoegde typeplaatje. Controleer of de gegevens op het typeplaatje overeenkomen met de gegevens op het titelblad van deze gebruiksaanwijzing.
Wijzigingen voorbehouden 06/4800 Dit papier bestaat uit 100% chloorvrij gebleekte cellulose en is dus minder belastend voor het milieu.