Gebruiks- en montage-aanwijzing voor koelkasten Lees beslist de gebruiksaanwijzing voordat u uw apparaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt onnodige schade aan uw apparaat. T M.-Nr.
Inhoudsopgave Inhoudsopgave Algemeen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu Het verpakkingsmateriaal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Het afdanken van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Veiligheidsinstructies en waarschuwingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoudsopgave Het ontdooien van de koelkast Het ontdooien van de koelruimte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18 Het ontdooien van het diepvriesvak. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18 Het reinigen van de koelkast Het reinigen van de binnenruimte en de toebehoren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20 Het reinigen van de luchttoevoer- en luchtafvoeropeningen . . . . . . . . . . . . . . . . .
Algemeen Algemeen b Diepvriesvak c Plateau (van glas of met spijlen*) d Gootje voor het dooiwater en afvoeropening voor het dooiwater e Voorraadbakjes* f Groenten- en fruitladen g Boter- en kaasvak h Eierrekje i Deurvak j Temperatuurregelaar en binnenverlichting met lichtcontactschakelaar k Deurvak voor flessen l Fleshouder * Afhankelijk van het model 4
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu Het verpakkingsmateriaal Het afdanken van het apparaat De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen met het oog op de geringe belasting van het milieu en de mogelijkheden voor afvalverwerking. Afgedankte apparaten bevatten meestal nog waardevolle materialen.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Technische veiligheid Deze koelkast voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsmaatregelen. Deze koelkast bevat het koelmidDoor ondeskundig gebruik kunnen del Isobutan (R600a). personen echter letsel oplopen en Dit is een natuurlijk gas dat het milieu kan er materiële schade ontstaan. weinig belast, maar wel brandbaar is.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen De elektrische veiligheid van de koelkast is uitsluitend gegarandeerd als deze wordt aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de geldende veiligheidsbepalingen is geïnstalleerd. Het is zeer belangrijk dat aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan. Laat de huisinstallatie bij twijfel door een vakman controleren. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die is ontstaan door een ontbrekende of beschadigde aarddraad (bijv.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Bewaar geen blikjes en flessen in het diepvriesvak met koolzuurhoudende dranken of vloeistoffen die kunnen bevriezen. De blikjes en flessen kunnen in dat geval uit elkaar springen, u zou zich kunnen verwonden en er zou schade kunnen ontstaan. Haal flessen die u in het diepvriesvak hebt gelegd om snel te koelen er na maximaal één uur weer uit. Doet u dat niet dan kunnen ze uit elkaar springen, zou u zich kunnen verwonden en zou er schade kunnen ontstaan.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen en Wat te doen wanneer u het apparaat afdankt Voorkom dat kinderen zich bij het spelen insluiten en in levensgevaar komen. Wanneer de veiligheidsinstructies niet worden opgevolgd kan de fabrikant niet verantwoordelijk worden gesteld voor schade die daar eventueel het gevolg van is. Haal de stekker uit het stopcontact en maak de aansluitkabel onbruikbaar. Beschadig geen delen van het koelsysteem, bijv.
Het in- en uitschakelen van het apparaat Het in- en uitschakelen van het apparaat Voor het eerste gebruik Reinig de binnenkant van de koelkast en de toebehoren. Gebruik daarvoor lauwwarm water met een beetje reinigingsmiddel. Wrijf daarna alles met een doek droog.
De juiste temperatuur De juiste temperatuur . . . in de koelruimte . . . in het diepvriesvak Het is voor de houdbaarheid van de levensmiddelen zeer belangrijk dat de juiste temperatuur wordt ingesteld. Door micro-organismen bederven de levensmiddelen erg snel. De temperatuur beïnvloedt de snelheid waarmee de micro-organismen groeien. Hoe lager de temperatuur, des te langer het duurt voordat de levensmiddelen bederven.
Het inruimen van levensmiddelen Het inruimen van levensmiddelen Door de natuurlijke luchtcirculatie ontstaan er in de koelruimte zones met verschillende temperaturen. De koude, zware lucht zakt in het onderste gedeelte van het apparaat. Maak bij het inruimen van de levensmiddelen van deze verschillende koudezones gebruik. De koelste zones bevinden zich aan de achterwand en boven de groentenen fruitladen. Gebruik de koelzone boven de groentenladen voor levensmiddelen die makkelijk bederven, bijv.
Het indelen van de binnenruimte Het indelen van de binnenruimte Het verplaatsen van plateaus De plateaus kunt u in hoogte verstellen zodat er producten van verschillende hoogte kunnen worden neergelegd / neergezet. Trek het plateau naar voren totdat u weerstand voelt, til het aan de voorkant op en haal het eruit. Zet het plateau met de achterkant naar boven op de gewenste plek, haal de voorkant omhoog en schuif het plateau naar binnen.
Het koelen en bewaren van levensmiddelen Het koelen en bewaren van levensmiddelen – Wanneer u levensmiddelen in het apWaar u op moet letten bij het koelen paraat wilt leggen of uit het apparaat en bewaren van levensmiddelen wilt halen, doe de deur dan altijd maar even open, zodat de temperaMaak bij het koelen en bewaren van tuur in de koelzone niet stijgt. Daarde levensmiddelen gebruik van de door bespaart u energie. verschillende koudezones. Neem ook de tips voor het inruimen van levensmiddelen in acht.
Het gebruik van het diepvriesvak Het gebruik van het diepvriesvak Het gebruik van het diepvriesvak Het invriezen en bewaren van verse levensmiddelen Gebruik het diepvriesvak voor Gebruik voor het invriezen alleen verse levensmiddelen waar geen rotte plekken in zitten! – het bewaren van diepvriesproducten; – het invriezen en bewaren van kleine hoeveelheden verse levensmiddelen; – het bereiden van ijsblokjes en ijs.
Het gebruik van het diepvriesvak – Kruid en zout verse levensmiddelen en geblancheerde groente vóór het invriezen niet. Kruid en zout reeds bereide gerechten voor het invriezen slechts licht. Sommige kruiden veranderen de smaakintensiteit van de gerechten. – Laat warme gerechten en dranken eerst buiten het apparaat afkoelen. Doet u dat niet dan beginnen reeds ingevroren levensmiddelen te ontdooien en wordt er meer stroom verbruikt dan nodig is. Het verpakken Vries de levensmiddelen per portie in.
Het gebruik van het diepvriesvak Het ontdooien van ingevroren producten Dat kunt u doen – in de magnetron; – in de oven bij het verwarmingssysteem "Hetelucht" of "Ontdooien"; – bij kamertemperatuur; – in de koelruimte van de koelkast. Platte stukken vlees en vis kunnen gedeeltelijk ontdooid in een hete braadpan worden gelegd. Fruit kan bij kamertemperatuur zowel in de verpakking als ook in een afgedekte schaal ontdooien.
Het ontdooien van de koelkast Het ontdooien van de koelkast Het ontdooien van de koelruimte Het ontdooien van het diepvriesvak Terwijl de koelkast in werking is, kunnen zich aan de achterwand van de koelruimte rijp en waterpareltjes vormen. Deze hoeft u niet te verwijderen, want de koelruimte wordt automatisch ontdooid.
Het ontdooien van de koelkast Handel het ontdooien zo snel mogelijk af. Hoe langer de ingevroren producten bij kamertemperatuur worden bewaard, des te korter ze houdbaar zijn. Schakel het apparaat uit. Reinig het apparaat en droog het. Er mag geen reinigingswater in de afvoeropening voor het dooiwater terechtkomen. Schakel het apparaat in. Leg de ingevroren producten weer terug in het diepvriesvak. Laat de deur van het diepvriesvak open. Neem het dooiwater met een spons op.
Het reinigen van de koelkast Het reinigen van de koelkast Gebruik nooit zand-, soda-, zuur- of schuurmiddelhoudende reinigingsmiddelen of chemische oplosmiddelen. Ongeschikt zijn ook zogenaamde "schuurmiddelvrije" schuurmiddelen, daar deze doffe plekken veroorzaken. Let erop dat er geen water in de temperatuurregelaar of in de verlichting terechtkomt. Zorg ervoor dat er geen reinigingswater door de afvoeropening voor het dooiwater loopt. Gebruik geen stoomreiniger.
Het reinigen van de koelkast Het reinigen van de koelkast Na het reinigen Plaats alle toebehoren weer terug in de koelkast. Schakel het apparaat met behulp van de temperatuurregelaar in. Plaats de levensmiddelen weer terug in de koelkast. Sluit de deur van de koelkast.
Nuttige tips Nuttige tips Reparaties aan elektrische apparaten mogen alleen door vakmensen worden uitgevoerd. Wanneer dit niet gebeurt dan kan de gebruiker grote risico’s lopen. Een aantal storingen kunt u echter zelf verhelpen. Wat moet u doen, wanneer . . . . . .
Nuttige tips . . . de koelkast vaker en voor langere tijd aanslaat? . . . de ingevroren producten vastgevroren zijn? Controleer: Maak de ingevroren producten met een stomp voorwerp, bijv. met een lepelsteel los.
Nuttige tips . . . de binnenverlichting in de koelruimte niet meer functioneert? . . . de bodem van de koelruimte nat is? Controleer of de lichtschakelaar blijft steken. De afvoeropening voor het dooiwater is verstopt. Controleer of de temperatuurregelaar op een andere stand staat dan op "0". Is dat zo dan is het gloeilampje defect en moet het worden vervangen: Reinig het gootje en de afvoeropening voor het dooiwater.
Technische Dienst Technische Dienst Neem bij storingen die u niet zelf kunt verhelpen contact op met – uw Miele-handelaar of – met de Technische Dienst van Miele Nederland B.V. De telefoonnummers van diverse afdelingen en het adres van Miele Nederland B.V. vindt u op de achterzijde van deze gebruiksaanwijzing. Geef bij het inschakelen van de Technische Dienst altijd het type en het nummer van het apparaat door. Beide gegevens vindt u op het typeplaatje in de binnenruimte van het apparaat.
Elektrische aansluiting Elektrische aansluiting Dit apparaat mag alleen door een erkend elektricien op het elektriciteitsnet worden aangesloten. Dit apparaat is voorzien van een aansluitkabel en een stekker met randaarde, geschikt voor aansluiting op 50 Hz 220 – 240 V. Dit apparaat mag uitsluitend worden aangesloten op een contactdoos met randaarde. Het is het beste wanneer de contactdoos zich naast het apparaat bevindt en u er gemakkelijk bij kunt.
Montage-instructies Montage-instructies Een apparaat dat niet is ingebouwd kan kantelen! Plaats van opstelling Kies geen plaats direct naast een fornuis, een verwarming of in de buurt van een raam, waar de zon direct door heen kan schijnen. Hoe hoger de omgevingstemperatuur is, des te langer het apparaat staat te ronken en des te hoger het stroomverbruik is. Geschikt is een droge ruimte waar kan worden geventileerd. Klimaatklasse Het apparaat is geconstrueerd voor een bepaalde klimaatklasse.
Inbouwmaten Inbouwmaten 28 Hoogte van het apparaat [mm] Hoogte van de inbouwnis [mm] a 873 1220 b 874 – 885 1220 – 1235
Het veranderen van de draairichting van de deur Het veranderen van de draairichting van de deur Voordat u de koelkast inbouwt moet u bepalen aan welke kant de koelkastdeur moet worden geopend. Als de deur linksscharnierend moet zijn, moet u de draairichting van de deur veranderen. Deur van de koelkast Plaats de deur links op de scharnierbout. Schroef de lagerbout erin b en plaats de afdekking c op de rechter kant van de koelkast. Schroef de lagerbout b eruit.
Het veranderen van de draairichting van de deur Deurtje van het diepvriesvak Haal de stoppen b eruit. Schroef het sluitingsdeel c eraf. Schroef het deurtje van het diepvriesvak d eraf, draai het 180° en schroef het er aan de andere kant weer aan. Haal de stoppen e eruit en schroef op deze plek het sluitingsdeel c eraan. Sluit de vrijgekomen gaten met de bijgevoegde stoppen e af.
Het inbouwen van het apparaat Het inbouwen van het apparaat Alle stappen bij de montage worden gedemonstreerd met een apparaat met een rechtsscharnierende deur. Hebt u de deurscharnieren naar links verplaatst, houd daar dan bij de montage rekening mee. Voordat u het apparaat inbouwt Inbouw in een scheidingswand Wanneer het apparaat in een scheidingswand wordt ingebouwd moet de achterkant van de inbouwnis in het gedeelte van het apparaat van een front worden voorzien.
Het inbouwen van het apparaat Het inbouwen van het apparaat Schuif het apparaat in de inbouwnis. Let er daarbij op dat de aansluitkabel niet ergens tussen beklemd raakt. Plak de afdichtingsband aan die kant van het apparaat vast, waar de deur wordt geopend. Verwijder bij zeer geringe nishoogte de afdekking b. Schuif het apparaat zover naar binnen, totdat de voorste randen van de lagersteunen zowel onder als boven evenwijdig lopen met de voorste rand van de inbouwkast c.
Het inbouwen van het apparaat Stel de deurkoppeling zo dat de meubeldeur aan de kant van het handvat in gesloten toestand niet tegen de kastwand aankomt. Er moet minimaal een afstand van 1 mm worden aangehouden e. Sluit de vrijgekomen gaten in de deur van het apparaat met de bijgevoegde stoppen f af. Maak het apparaat zowel aan de boven- als aan de onderkant met schroeven b vast. Maak het deurkoppelingsdeel c ter hoogte van het handvat vast aan de deur van het apparaat.
Wijzigingen voorbehouden / 44 / 001 NL - 1099 K 621 i, K 622 i, K 641 i, K 642 i Dit papier bestaat uit 100 % chloorvrij gebleekte cellulose en is dus minder belastend voor het milieu.