Gebruiks- en montagehandleiding Diepvrieskast Lees beslist de gebruiks- en montagehandleiding voordat u uw apparaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan uw apparaat. nl-NL M.-Nr.
Inhoud Veiligheidsinstructies en waarschuwingen......................................................... 4 Een bijdrage aan de bescherming van het milieu ............................................ 13 Energie besparen ................................................................................................ 14 Beschrijving van het apparaat............................................................................ 16 Het apparaat in- en uitschakelen....................................................
Inhoud Montage-instructies............................................................................................ Plaats van opstelling ............................................................................................. Side-by-side .......................................................................................................... Luchttoevoer en luchtafvoer.................................................................................. Vóór het inbouwen van het apparaat ............
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Dit apparaat voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften. Onjuist gebruik echter kan persoonlijk letsel of beschadiging van het apparaat tot gevolg hebben. Lees deze gebruiks- en montageaanwijzing daarom aandachtig door, voordat u het apparaat in gebruik neemt. In de gebruiks- en montageaanwijzing vindt u belangrijke instructies met betrekking tot inbouw, veiligheid, gebruik en onderhoud.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Dit apparaat is niet geschikt voor het koelen en bewaren van medicijnen, bloedplasma, laboratoriumpreparaten en andere stoffen en producten die vallen onder de richtlijn voor medische hulpmiddelen. Wordt het apparaat daar wel voor gebruikt, dan kan dat tot kwaliteitsverlies en zelfs tot bederf van de opgeslagen producten leiden. Dit apparaat mag ook niet worden gebruikt in explosiegevoelige ruimtes.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Technische veiligheid Het koelsysteem is op lekken gecontroleerd. Het apparaat voldoet aan de desbetreffende veiligheidsvoorschriften en de geldende EUrichtlijnen. Dit apparaat bevat het koelmiddel isobutaan (R600a). Dit is een natuurlijk gas dat het milieu weinig belast, maar wel brandbaar is.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Vergelijk voordat u het apparaat aansluit de aansluitgegevens (zekering, spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van het elektriciteitsnet. Deze moeten beslist overeenkomen zodat het apparaat niet beschadigd raakt. Raadpleeg bij twijfel een elektricien. De elektrische veiligheid van het apparaat is uitsluitend gegarandeerd, als het wordt aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de geldende voorschriften is geïnstalleerd.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen – de zekeringen van de elektrische installatie zijn uitgeschakeld of – de schroefzekeringen van de elektrische aansluiting er geheel zijn uitgedraaid of – de stekker uit het stopcontact is getrokken. Trek daarbij aan de stekker en niet aan de aansluitkabel. Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden kan de gebruiker ernstig gevaar lopen.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Veilig gebruik Het apparaat is voor een bepaalde klimaatklasse (kamertemperatuur) geconstrueerd waarvan de grenzen niet mogen worden overschreden. De klimaatklasse staat aangegeven op het typeplaatje aan de binnenkant van uw apparaat. Een te lage kamertemperatuur heeft tot gevolg dat de compressor langer afslaat, zodat het apparaat de vereiste temperatuur niet kan aanhouden. Zorg dat de ventilatieopeningen niet afgedekt of afgesloten worden.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Raak ingevroren levensmiddelen en metalen onderdelen niet met natte handen aan om letsel aan uw handen te voorkomen. Nuttig ijsblokjes en ijslolly's, vooral waterijsjes, nooit meteen nadat u ze uit de diepvrieszone heeft gehaald om letsel aan lippen en tong te voorkomen. Vries geheel of gedeeltelijk ontdooide levensmiddelen niet opnieuw in. Gebruik deze levensmiddelen zo snel mogelijk omdat ze anders aan voedingswaarde verliezen en bederven.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Reiniging en onderhoud Behandel de deurdichting niet met olie of vet om te voorkomen dat deze in de loop van de tijd poreus wordt. Gebruik voor het ontdooien en reinigen van het apparaat nooit een stoomreiniger, aangezien stoom in aanraking kan komen met spanningsvoerende delen van het apparaat en zo kortsluiting kan veroorzaken. Spitse of scherpe voorwerpen beschadigen de koelelementen waardoor het apparaat niet meer functioneert.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Wat te doen wanneer u het apparaat afdankt Maak het slot onbruikbaar om te voorkomen dat kinderen in het apparaat ingesloten kunnen raken en in levensgevaar komen. Vrijkomend koelmiddel kan oogletsel veroorzaken. Beschadig daarom geen onderdelen van het koelsysteem, bijv. door – koelmiddelkanalen van de verdamper open te prikken, – buisleidingen om te buigen, – coatings af te krabben.
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu Verpakkingsmateriaal weggooien Het afdanken van het oude apparaat De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen met het oog op een zo gering mogelijke belasting van het milieu en de mogelijkheden voor recycling. Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten meestal nog waardevolle materialen.
Energie besparen Plaatsing en onderhoud Temperatuurinstelling 14 Normaal energieverbruik Te hoog energieverbruik Bij plaatsing in een geventileerde ruimte. In gesloten, niet geventileerde ruimtes. Niet direct blootgesteld aan zonnestralen. Direct blootgesteld aan zonnestralen. Niet naast een warmtebron (verwarming, fornuis). Naast een warmtebron (verwarming, fornuis) Bij een ideale omgevingstemperatuur van ca. 20 °C. Bij een hoge omgevingstemperatuur.
Energie besparen Normaal energieverbruik Gebruik Te hoog energieverbruik Plaats de laden en plateaus zoals bij levering. Open de deur alleen indien dat nodig is en zo kort mogelijk. Leg de levensmiddelen bij het inruimen meteen op de goede plek. De deur vaak en lang openen betekent koudeverlies en instroom van warme lucht in het apparaat. Het apparaat probeert af te koelen. De compressor moet langer werken. Neem een koeltas mee als u gaat winkelen en zet uw levensmiddelen snel in het apparaat.
Beschrijving van het apparaat a Aan/Uit-toets b Temperatuurtoets c Temperatuuraanduiding d Superfrost - toets met controlelampje e Toets voor het uitschakelen van de zoemer met controlelampje f Diepvriesladen g Ventilatie-opening 16
Het apparaat in- en uitschakelen Vóór het eerste gebruik Het apparaat uitschakelen Verpakkingsmateriaal Verwijder al het verpakkingsmateriaal uit het apparaat. Reiniging en onderhoud Neem daarbij de aanwijzingen uit het hoofdstuk "Reiniging en onderhoud" in acht. Reinig de binnenkant van het apparaat en de accessoires. Apparaat inschakelen Druk op de Aan/Uit-toets.
De juiste temperatuur Voor het bewaren van levensmiddelen is de juiste temperatuurinstelling heel belangrijk. Door micro-organismen bederven levensmiddelen heel snel, wat door de juiste bewaartemperatuur kan worden verhinderd of kan worden vertraagd. De temperatuur heeft invloed op de snelheid waarmee micro-organismen groeien. Met dalende temperatuur worden deze processen vertraagd. Om verse levensmiddelen in te vriezen en om levensmiddelen lange tijd te bewaren is een temperatuur nodig van -18 °C.
De juiste temperatuur Temperatuuraanduiding De temperatuuraanduiding op het bedieningspaneel geeft altijd de gewenste temperatuur aan. De temperatuuraanduiding knippert: – De temperatuur ligt niet in het mogelijke temperatuurbereik, bijv. als het apparaat net ingeschakeld is. – Er wordt een andere temperatuur ingesteld. – De temperatuur in het apparaat is een paar graden gestegen, wat wijst op een koudeverlies.
Deuralarm Dit apparaat heeft een waarschuwingssysteem, waarmee wordt voorkomen dat de temperatuur in het apparaat ongemerkt stijgt en dat er te veel energie verloren gaat, bijv. wanneer de deur openstaat. Het voortijdig uitschakelen van de zoemer Hindert de zoemer u, dan kunt u deze voortijdig uitschakelen. Temperatuuralarm Het alarmsysteem is automatisch klaar voor gebruik en hoeft niet apart te worden ingeschakeld. Als de diepvriestemperatuur te hoog wordt, klinkt er een zoemer.
Superfrost gebruiken Functie Superfrost Superfrost uitschakelen Om verse levensmiddelen optimaal in te vriezen, dient u eerst de functie Superfrost in te schakelen. De functie Superfrost wordt automatisch na ca. 65 uur uitgeschakeld. Hoe lang het duurt, is afhankelijk van de hoeveelheid verse levensmiddelen die in de diepvrieszone is gelegd. De koelcapaciteit is weer normaal.
Invriezen en bewaren Maximale vriescapaciteit Diepvriesproducten bewaren Om de levensmiddelen zo snel mogelijk tot in de kern in te vriezen, mag de maximale vriescapaciteit niet worden overschreden. De maximale vriescapaciteit binnen 24 uur staat op het typeplaatje "Vriescapaciteit ...kg/24 uur". Wilt u diepvriesproducten bewaren, controleer dan al tijdens de aankoop in de winkel: De maximale vriescapaciteit die vermeld staat op het typeplaatje is gebaseerd op de norm DIN EN ISO 15502.
Invriezen en bewaren Zelf levensmiddelen invriezen Vries uitsluitend verse levensmiddelen in perfecte staat in! Houd bij het invriezen rekening met het volgende – De volgende levensmiddelen zijn geschikt om in te vriezen: vers vlees, gevogelte, wild, vis, groenten, kruiden, onbewerkt fruit, zuivelproducten, bakproducten, voedselresten, eigeel, eiwit en talrijke kant-en-klaarproducten.
Invriezen en bewaren Doe een sticker op de verpakking met inhoud en invriesdatum. - maximale hoeveelheid in te vriezen levensmiddelen (zie typeplaatje) Vóór het inruimen Neem de onderste diepvrieslade uit het apparaat. Als u meer dan 1 kg verse levensmiddelen wilt invriezen, dient u enige tijd voor het inruimen de functie Superfrost in te schakelen (zie "Superfrost gebruiken"). De levensmiddelen die al zijn ingevroren krijgen zo een koudereserve.
Invriezen en bewaren Bewaartijd van ingevroren levensmiddelen Zelfs als de voorgeschreven temperatuur van -18 °C aangehouden wordt, is de houdbaarheid van levensmiddelen heel verschillend. Ook in ingevroren producten vinden sterk vertraagde afbraakprocessen plaats. Door zuurstof in de lucht kan bijv. vet ranzig worden. Mager vlees kan daarom ca. dubbel zo lang bewaard worden als vet vlees.
Invriezen en bewaren Het bereiden van ijsblokjes Vul het bakje voor ijsblokjes voor driekwart met water. Zet het bakje op de bodem van een diepvrieslade. Wanneer een bakje is vastgevroren, gebruik dan een stomp voorwerp, bijv. een lepelsteel om het los te maken. Tip: Houd het bakje even onder stromend water, dan laten de ijsblokjes gemakkelijk los. Dranken snel koelen Als u flessen snel in de diepvrieszone wilt koelen, dient u ze uiterlijk na één uur weer uit de diepvrieszone te halen.
Ontdooien De diepvrieszone ontdooit niet automatisch. Bij normale werking zetten er zich na verloop van tijd rijp en ijs in de diepvrieszone af, bijv. op de binnenwanden. Er vormt zich meer ijs en rijp als: – de deur van de diepvrieszone van het apparaat vaak en/of vrij lange tijd open is geweest, – grote hoeveelheden verse levensmiddelen zijn ingevroren, – de luchtvochtigheid in de ruimte hoger is geworden.
Ontdooien Het ontdooien Hoe langer de ingevroren levensmiddelen bij kamertemperatuur worden bewaard, hoe korter ze houdbaar zijn. Handel het ontdooien zo snel mogelijk af. De stoom van een stoomreiniger kan in aanraking komen met delen van het apparaat die onder spanning staan en zo kortsluiting veroorzaken. Gebruik geen stoomreiniger voor het ontdooien.
Ontdooien Na het ontdooien Reinig en droog de diepvrieszone. Sluit de deuren van het apparaat. Sluit het apparaat weer aan en schakel het weer in. Schakel de functie Superfrost in, zodat het in de diepvrieszone weer snel koud wordt. Leg de ingevroren levensmiddelen terug in de diepvriesladen en schuif deze weer in de diepvrieszone, zodra de temperatuur in deze zone laag genoeg is.
Reiniging en onderhoud Zorg ervoor dat er geen water komt in de elektronische besturing of de verlichting. De stoom van een stoomreiniger kan in aanraking komen met delen van het apparaat die onder spanning staan en zo kortsluiting veroorzaken. Gebruik geen stoomreiniger voor het reinigen van het apparaat. Het typeplaatje in het apparaat mag niet worden verwijderd.
Reiniging en onderhoud Het apparaat voor reiniging voorbereiden De volgende onderdelen zijn niet geschikt voor de afwasautomaat: Schakel het apparaat uit. – Diepvriesladen Trek de stekker uit het stopcontact of schakel de zekering van de huisinstallatie uit. – Glasplaten Neem de levensmiddelen uit het apparaat en bewaar ze op een koele plaats. Ontdooi het apparaat. Zie het hoofdstuk "Ontdooien". Neem alle overige onderdelen die kunnen worden verwijderd uit het apparaat.
Reiniging en onderhoud Na het reinigen Sluit de deur van het apparaat. Sluit het apparaat weer aan en schakel het weer in. Schakel de functie Superfrost in zodat het in het apparaat weer snel koud wordt. Het controlelampje gaat branden. Leg de ingevroren levensmiddelen weer in de diepvriesladen. Schuif de diepvriesladen in het apparaat zodra de temperatuur daar laag genoeg is. Schakel de functie Superfrost weer uit. Het controlelampje dooft.
Nuttige tips De meeste problemen waar u in het dagelijks gebruik mee te maken zou kunnen krijgen kunt u zelf oplossen. Het volgende overzicht helpt u daarbij. Neem contact op met Miele als u de oorzaak van een probleem niet kunt vinden of het probleem niet kunt verhelpen. Open de deur van het apparaat als het enigszins mogelijk is niet vóórdat de storing is verholpen. Op deze manier houdt u het koudeverlies zo gering mogelijk.
Nuttige tips Probleem Oorzaak en oplossing De compressor is voort- Dit is geen storing. Om energie te besparen, schakelt durend in werking. de compressor bij een geringere koel-/vriescapaciteit op een laag toerental over. Daardoor moet de compressor langer werken. De compressor schakelt steeds vaker in en werkt steeds langer. De luchttoevoer- en luchtafvoeropeningen zijn geblokkeerd of er zit veel stof in. Zorg ervoor dat de luchttoevoer- en luchtafvoeropeningen niet worden geblokkeerd.
Nuttige tips Probleem Oorzaak en oplossing De compressor slaat steeds vaker en steeds langer aan; de temperatuur in het apparaat is te laag. Er is een te lage temperatuur ingesteld. Corrigeer de temperatuur. De functie Superfrost is nog ingeschakeld. Om energie te besparen, kunt u de functie Superfrost zelf al eerder uitschakelen.
Nuttige tips Algemene problemen met het apparaat Probleem Oorzaak en oplossing De deur van de diepDat is geen storing! Door de zuigende werking kunt u vrieszone kan niet de deur pas na ca. 1 minuut zonder moeite openen. meerdere keren achter elkaar worden geopend. De diepvriesproducten zijn vastgevroren. De verpakking van de levensmiddelen was niet droog toen ze in het apparaat werden gelegd. Maak de ingevroren levensmiddelen met een stomp voorwerp los, bijv. met een lepelsteel.
Oorzaken van geluiden Vaak voorkomende geluiden Waardoor worden ze veroorzaakt? Brrrrr ... Dit brommende geluid komt van de motor (compressor). Wanneer de motor aanslaat, klinkt dit geluid nog iets sterker. Blub, blub ... Deze klotsende, gorgelende of snorrende geluiden komen van de koelvloeistof die door de leidingen stroomt. Klik ... Dit klikkende geluid is altijd te horen wanneer de thermostaat de motor in- of uitschakelt. Knak ...
Service en garantie Service Voor storingen die u niet zelf kunt verhelpen, waarschuwt u – uw Miele-vakhandelaar of – Miele. De gegevens van Miele vindt u achter in deze gebruiks- en montageaanwijzing. Voor een goede en vlotte afhandeling moet Miele weten welk type apparaat u heeft en welk fabricagenummer het heeft. Deze informatie vindt u op het typeplaatje in het apparaat. 38 Garantietermijn en garantievoorwaarden De garantietermijn voor dit apparaat bedraagt 2 jaar.
Elektrische aansluiting Het apparaat wordt aansluitklaar geleverd voor wisselstroom van 50Hz, 220– 240V. De zekering moet minstens 10 A bedragen. Het apparaat mag uitsluitend worden aangesloten op een contactdoos met randaarde en op een huisinstallatie die aan alle voorschriften voldoet (zoals NEN 1010). In geval van nood moet de stekker van het apparaat direct uit het stopcontact getrokken worden. Daarom mag de contactdoos zich niet achter het apparaat bevinden en moet ze makkelijk bereikbaar zijn.
Montage-instructies Een apparaat dat niet is inge- Bij hoge luchtvochtigheid kan bouwd kan kantelen! zich condens op de buitenkant van het apparaat vormen. Dit condenswater kan corrosie veroorzaken. Om dit te voorkomen, kunt u het apparaat het beste plaatsen in een droog vertrek of een vertrek met voldoende ventilatie. Controleer na de inbouw of de deur van het apparaat goed sluit, of de lucht ongehinderd kan worden toegevoerd en afgevoerd en of het apparaat op de beschreven wijze is ingebouwd.
Montage-instructies Klimaatklasse Luchttoevoer en luchtafvoer Het apparaat is geconstrueerd voor een bepaalde klimaatklasse. Een klimaatklasse is een kamertemperatuurbereik waar de temperatuur niet boven of onder mag liggen. Een te lage kamertemperatuur heeft tot gevolg dat de compressor langere tijd afslaat. Dat heeft weer tot gevolg dat de temperaturen in het apparaat te hoog zijn, wat ook weer schade kan veroorzaken.
Montage-instructies Vóór het inbouwen van het apparaat Verwijder de kabelhouder van de achterwand van het apparaat. Verwijder de rode transportbeveiliging en sluit het vrijgekomen gat met het bijgevoegde stopje af. Controleer of de onderdelen op de achterwand van het apparaat nergens tegenaan kunnen komen. Buig eventueel in de weg zittende onderdelen voorzichtig weg.
Inbouwmaten Sokkelhoogte B ontstaat door verschillende onderbouwhoogten: Bij een nishoogte van 820 mm is de sokkelhoogte 100 - 170 mm. De sokkelhoogte hangt af van de hoogte van de frontplaat van het meubel. Bij een nishoogte van 870 mm is de sokkelhoogte 150 - 220 mm. De sokkelhoogte hangt af van de stand van de stelvoeten onder het apparaat en de hoogte van de frontplaat van het meubel.
De openingshoek van de deur van het apparaat verkleinen De deurscharnieren zijn standaard zo ingesteld, dat de deur van het apparaat ver open kan. Als de deur eventueel niet zo ver open mag, kunnen de deurscharnieren worden aangepast. Wanneer de deur van het apparaat bij opening bijvoorbeeld tegen een aangrenzende muur slaat, moet de openingshoek tot 90° worden verkleind: Breng de deurbegrenzingsstiften aan voordat het apparaat wordt ingebouwd. Plaats de bijgevoegde stiften van boven in de scharnieren.
Draairichting van deur veranderen Zijn dit apparaat en een ander koelapparaat in aparte inbouwnissen in een "side-by-side"-opstelling naast elkaar geplaatst, dan kunt u de draairichting van de deur van dit apparaat niet veranderen. De vrieskast moet rechst naast het koelapparaat staan. Deur van het apparaat Open de deur van het apparaat. Bepaal voordat u het apparaat inbouwt, naar welke kant de deur open moet. Het apparaat wordt geleverd met een rechtsscharnierende deur.
Draairichting van deur veranderen Trek de stiften uit de scharnieren omhoog. Het losmaken van de deurdranger Pas op! De deurdranger trekt samen, als hij gedemonteerd is. Leg de losse deur op een stabiele ondergrond met de buitenkant naar beneden. Draai de schroeven eruit en sluit de vrijgekomen gaten af met de bijgevoegde stopjes . Pas op! Klap de scharnieren niet samen. Plaats de scharnieren diagonaal aan de andere kant .
Draairichting van deur veranderen Het vastzetten van de deurdranger Leg de deur opnieuw op een stabiele ondergrond met de buitenkant naar beneden. Schroef de kogelpen van de deursluitingsdemper in het nieuwe gat. Schroef de houder aan het scharnier vast. Schuif de deur van het apparaat op de voorgemonteerde schroeven en draai de schroeven stevig aan. Klik de afdekkingen , en erop. Trek de deurdranger uit elkaar en haak deze in de kogelpen .
Het apparaat inbouwen Gewicht van de meubeldeur Controleer voordat u de meubeldeur monteert of deze het maximaal toelaatbare gewicht niet overschrijdt. Apparaat Maximaal gewicht van de meubeldeur 20 kg Koelapparaat in de nis plaatsen De stelvoeten kunnen afbreken. Schuif het apparaat alleen als de stelvoeten bijna volledig erin geschroefd zijn in de inbouwnis.
Het apparaat inbouwen Stel het apparaat zo, dat de voorkanten van de scharnieren boven en onder evenwijdig lopen met de voorkant van de zijwand van de inbouwkast. Zo wordt over de gehele breedte tussen het apparaat en de voorkant van de zijwanden van de kast een afstand aangehouden van 42 mm. Het apparaat waterpas plaatsen Pak het sokkelpaneel aan de zijkanten vast en haal het er af. Bij een onderbouwhoogte van 820 mm hoeven de stelvoeten niet naar buiten gedraaid te worden.
Het apparaat inbouwen Heeft u een doorlopende meubelsokkel, dan moet u voor de luchtafvoer en luchttoevoer van het apparaat een uitsparing maken, afhankelijk van de sokkelhoogte: De luchtafvoer- en luchttoevoeropeningen mogen absoluut niet afgedekt worden! Draai de beide voorste stelvoeten met een zeskantige inbussleutel naar buiten. Tip: Zodra de stelvoeten iets naar buiten zijn gedraaid, kunnen ze ook met een schroevendraaier aan de onderkant worden versteld (zie detailtekening.
Het apparaat inbouwen Het apparaat in de nis bevestigen Voor onderbouw onder een granieten werkblad is via de afdeling Klantcontacten een set verkrijgbaar waarmee het apparaat aan de zijkanten kan worden bevestigd. Het monteren van de meubeldeur Let erop dat het sokkelpaneel weer is teruggeplaatst. Pas op! De deurdranger trekt in gedemonteerde toestand samen. Schroef de houder eraf en verwijder de deurdranger .
Het apparaat inbouwen Stel de afstand tussen de deur van het apparaat en de bevestigingstraverse in op 8 mm. Teken met een potlood een middellijn op de binnenkant van de meubeldeur . Schuif de montagehulpstukken ter hoogte van de meubeldeur: Daarbij moet de onderkant van de haken X van de montagehulpstukken zich op gelijke hoogte bevinden als de bovenrand van de te monteren meubeldeur, teken . Hang de bevestigingstraverse met de montagehulpstukken op de binnenkant van de meubeldeur.
Het apparaat inbouwen Draai de moeren aan de bovenkant van de deur van het apparaat vast. Houd de stelschroef daarbij met een schroevendraaier tegen. Hang de meubeldeur op de stelschroeven . Draai de moeren losjes op de stelschroeven. Sluit de deur en controleer de afstand van de deur tot de meubeldeuren daarnaast. Stel de meubeldeur ten opzichte van de meubeldeuren daarnaast: Zijkanten: De juiste afstand X krijgt u door de meubeldeur te verschuiven.
Het apparaat inbouwen Schroef de houder aan het scharnier vast. Schroef de deur van het apparaat met de bevestigingshaken als volgt aan de meubeldeur vast: Trek de deurdranger uit elkaar en haak deze in de kogelpen . – Boor de bevestigingspunten in de meubeldeur vóór. Markeer de punten eventueel eerst met een priem. – Draai de korte spaanplaatschroeven (4 x 14 mm) erin.
Het apparaat inbouwen U kunt er zeker van zijn dat het apparaat goed is ingebouwd, als: – De deur goed sluit. – De deur van het apparaat niet tegen de kast aan komt. – De dichting in de hoek aan de bovenkant waar het handvat zit stevig zit. Leg om dit te controleren een zaklamp in het apparaat en doe de deur van het apparaat dicht. Doe het licht in het vertrek uit. Controleer of het licht in het apparaat aan de zijkanten naar buiten dringt.
Plan nu zelf een serviceafspraak via www.miele.nl. Snel en gemakkelijk. Bezoek op www.miele.nl ook de Miele Shop voor een compleet overzicht van alle accessoires, toebehoren en reinigings- en onderhoudsproducten voor uw Miele-apparaat. U kunt ook bellen met onze afdeling Klantcontacten, bereikbaar via telefoonnummer (0347) 37 88 88. Miele Nederland B.V. Postbus 166 4130 ED VIANEN (0347) 37 88 88 Bezoek het Miele Experience Center: De Limiet 2 4131 NR VIANEN Duitsland - Miele & Cie.
F 9122 Ui-2 nl-NL M.-Nr.