Operation Manual

Let erop dat er geen water in de
elektronica terechtkomt.
Gebruik geen stoomreiniger.
Stoom kan in aanraking komen met
delen van het apparaat die onder
spanning staan en zo kortsluiting
veroorzaken.
Het typeplaatje in de binnenruimte
van het apparaat mag niet worden
verwijderd. De gegevens zijn nodig
in het geval er een storing optreedt.
Om beschadigingen aan het opper-
vlak te voorkomen, mag u de volgen-
de producten bij het reinigen niet ge-
bruiken:
zuur-, soda-, ammoniak- of chloride-
houdende reinigingsmiddelen;
kalkoplossende reinigingsmiddelen;
schurende reinigingsmiddelen zoals
schuurpoeder;
oplosmiddelhoudende reinigingsmid
-
delen;
reinigingsmiddelen voor roestvrij
staal;
reinigingsmiddelen voor afwasauto
-
maten;
ovensprays;
glasreinigers;
schurende artikelen zoals schuur
-
sponsjes, borsteltjes of
puimsteentjes;
scherpe schrapers.
Voor het reinigen
^
Schakel het apparaat uit.
^
Haal de stekker uit het stopcontact of
schakel de hoofdschakelaar uit.
^
Haal de ingevroren producten uit het
apparaat en sla deze op een koele
plaats op.
^
Haal alle diepvriesladen en glaspla
-
ten uit het apparaat.
^
Laat de vrieskast ontdooien.
Het reinigen van de binnen-
ruimte en de toebehoren
^ Reinig de binnenruimte en de toebe-
horen met lauwwarm water met reini-
gingsmiddel.
Reinig de toebehoren met de hand,
niet in de afwasautomaat.
^ Neem binnenruimte en toebehoren
daarna met helder water af en wrijf
alles met een doek droog.
^
Laat de deur van de vrieskast korte
tijd openstaan.
Het reinigen van de deurdich
-
ting
Behandel de deurdichting niet met
olie of vet.
Daardoor wordt de deurdichting in
de loop van de tijd poreus.
^
Reinig de deurdichting regelmatig al
-
leen met helder water en wrijf deze
daarna met een doek grondig droog.
Het reinigen van de vrieskast
25