Operation Manual

Bediening
28
Aankookautomaat
Als de aankookautomaat geactiveerd is,
wordt de betreffende kookzone een be-
paalde tijd op het hoogste vermogen in-
geschakeld (aankoken). Daarna wordt
naar de ingestelde vermogensstand
(doorkookstand) teruggeschakeld. De
aankooktijd hangt af van de ingestelde
doorkookstand (zie tabel).
Aankookautomaat activeren
Raak de sensortoets van de ge-
wenste doorkookstand zo lang aan,
tot er een signaal klinkt en de sensor-
toets begint te knipperen.
Gedurende de aankooktijd (zie tabel)
knippert de ingestelde doorkookstand.
Als het aantal vermogensstanden is uit-
gebreid (zie hoofdstuk “Programme-
ring”) en er een tussenstand is geselec-
teerd, knipperen de sensortoetsen voor
en na de tussenstand.
Als u tijdens de aankooktijd de door-
kookstand wijzigt, deactiveert u de
aankookautomaat.
Aankookautomaat deactiveren
Raak de sensortoets van de inge-
stelde doorkookstand aan
of
stel een andere vermogensstand in.
Doorkookstand* Ankooktijd
[min:sec]
1 ca. 0:15
1. ca. 0:15
2 ca. 0:15
2. ca. 0:15
3 ca. 0:25
3. ca. 0:25
4 ca. 0:50
4. ca. 0:50
5 ca. 2:00
5. ca. 5:50
6 ca. 5:50
6. ca. 2:50
7 ca. 2:50
7. ca. 2:50
8 ca. 2:50
8. ca. 2:50
9
* De doorkookstanden met punt zijn alleen
beschikbaar als u het aantal vermogens-
standen heeft vergroot (zie hoofdstuk: “Pro-
grammering”).