Installation Instructions
GalaXy 16/16plus V3.00 
Installateurshandleiding 
Menuoptie 6: Parameters 
 16.225 / 24-5-2002 11:40-3 
48
informatie menuoptie 4.8 Codes.Reset 
(Paragraaf 8.4.4.6)  
Parameter 7 Reset kent 3 opties, en kan alleen 
worden ingesteld met de installateurscode. 
Optie  Alarmtype  Alarmreset door: 
(indien optie is 
ingeschakeld) 
Standaardinstellin
g 
1  Inbraak  Gebruiker (attribuut 8 Reset 
ingeschakeld) 
Ingeschakeld 
2  Paniek  Gebruiker (attribuut 8 Reset 
ingeschakeld) 
Ingeschakeld 
3  Sabotage  Ingeschakeld: Installateur 
Uitgeschakeld: Gebruiker 
(attribuut 8 Reset 
ingeschakeld) 
Uitgeschakeld 
Als Parameter 7 Reset is geselecteerd, dan 
verschijnt optie 1 Inbraak op de LC-display 
samen met de status. Druk op de [#]-toets of het 
nummer van de te wijzigen optie om de status 
van de optie te wijzigen.  
De optie is ingeschakeld als op de LC-display 
een zwart ingekleurd vierkantje is afgebeeld, en 
op de onderste regel van de LC-display de tekst 
“Aan” staat. 
Druk op de [A]-toets of de [B]-toets om de 
anderen opties te selecteren. 
NOOT:  Als op het nummer van de te 
wijzigen optie wordt gedrukt 
verandert de status van de optie 
direct. 
8.4.6.10  Systeemparameter 8: 
Sirenevertraging 
Parameter 8 bepaalt de tijd tussen het activeren 
van een alarm en het activeren van de 
uitgangen met de functies Sirene en Flitser. De 
parameter is van de fabriek uit ingesteld op 0 
seconden (Sirene en Flitser worden direkt 
geactiveerd) en is programmeerbaar tussen de 
0 en 900 seconden. 
NOOT:  Het activeren van een zone met de 
functie Paniek of Brand wordt niet 
beïnvloed door de sirene-
vertragingstijd. 
8.4.6.11  Systeemparameter 9: Koude start. 
Met parameter 9 Koude start verwijdert de 
installateur alle programmeringen in het GalaXy 
systeem en stelt deze in op de fabrieksinstelling.  
Als parameter 9 wordt geselecteerd dan 
verschijnt op de LC-display de volgende tekst: 
Druk op de [esc]-toets om de koude start niet uit 
te voeren.  
Druk op de [ent]-toets om de koude start uit te 
voeren en de gehele programmering in te stellen 
op de fabrieksinstelling.  
De Tekst “Waarschuwing !!!, ent=Verlies prog” 
blijft enkele seconden op de LC-display. Daarna 
verschijnt de banner. Het systeem is nu 
ingesteld met de fabriekswaarden. 
8.4.6.12  Systeemparameter 10: Remote 
reset 
Systeemparameter 10: Remote reset is in de 
Nederlandse software versie niet toegankelijk. 
Indien deze optie geselecteerd wordt, verschijnt 
er op het LC-display “Geen toegang, 
[esc]=stoppen”. 
8.4.6.13  Systeemparameter 11: Remote- 
versie 
Systeemparameter 11: Remote versie is in de 
Nederlandse software versie niet toegankelijk. 
Indien deze optie geselecteerd wordt, verschijnt 
er op het LC-display “Geen toegang, 
[esc]=stoppen 
8.4.6.14  Systeemparameter 12: Banner 
boven 
Met parameter 12 past de installateur de 
bovenste regel van de LC-display van LCD-
bediendelen aan. 
Als parameter 12 wordt geselecteerd verschijnt 
de huidige banner op bovenste regel van de LC-
display. Op de onderste regel verschijnt de 
tekenreeks waaruit de karakters gekozen 
worden. Als de bovenste regel blanco is dan 
bevat de huidige banner het type 
alarmmeldcentrale en de softwareversie. 
Het aanpassen van de bannertekst. 
De huidige bannertekst of foutief ingevoerde 
karakters worden gewist door op de [*]-toets te 
drukken. Steeds het laatste karakter van de 
bannertekst wordt dan gewist. 










