Operation Manual

34
NEDERLANDS
Diagram voor de exacte berekening
van de vereiste hoeveelheid
beschermgas
3. Lasstroom (spanning) instellen.
A
Oppassen!
Bedien de niveauschakelaars voor de
instelling van de lasstroom (span-
ning) nooit gedurende het lopende
lasproces.
Schakel onder last overbelast en
beschadigt de schakelaars.
4. Gewenst bedrijfssoort kiezen.
5. Draadaanvoersnelheid instellen.
6. Met de hoofdschakelaar het toestel
inschakelen. Het lasapparaat is nu
gebruiksklaar.
2-takt-bedrijf (handlassen)
1. Brandersschakelaar bedienen
lasproces start.
2. Brandersschakelaar loslaten
lasproces eindigt.
4-takt-bedrijf (continu lassen)
1. Brandersschakelaar bedienen en
loslassen
lasproces start.
2. Brandersschakelaar opnieuw bedie-
nen en loslassen
lasproces eindigt.
Bedrijfssoort puntlassen
1. Lastijd instellen.
2. Brandersschakelaar bedienen.
Het puntlassen start.
Het lasproces eindigt automatisch
na afloop van de ingestelde lastijd.
3
Opmerking:
wordt de brandersschakelaar
vóór afloop van de ingestelde lastijd los-
gelaten, eindigt het lasproces eveneens.
6.5 Het apparaat uitschake-
len
1. Sluit de hoofdafsluitkraan op de
gasfles.
2. Toestel aan de hoofdschakelaar uit-
schakelen.
3. Massakabel van het werkstuk schei-
den.
4. De stekker uit het stopcontact trek-
ken.
Het lasapparaat is in hoge mate onder-
houdsvrij.
Al naar stofbelasting dient alle 4 tot 6
maanden met watervrije perslucht te
worden uitgeblazen.
Controleer in regelmatige afstanden de
toestellen op zichtbare gebrekken.
In geval van schade aan de snoeren
neemt u contact op met een elektromon-
teur.
Voor deze MIG/MAG-toestellen advise-
ren wij de volgende genoemde toebeho-
ren. Deze toebehoren zijn met de toe-
stellen getest en garanderen een
probleemloos werken.
A Lasbrander voor 150/20 XT,
SB 14 (vast)
1) met 3 m aansluitlengte
B Lasbrander voor 165 SP,
SB 14 KZ-2
1) met 3 m aansluitlengte
C Lasbrander voor 170/30 XTC,
SB 15 KZ-2
1) met 3 m aansluitlengte
2) met 4 m aansluitlengte
3) met 5 m aansluitlengte
D Lasbrander voor 200/40 XT en
250/60 XT, SB 25 KZ-2
1) met 3 m aansluitlengte
2) met 4 m aansluitlengte
3) met 5 m aansluitlengte
E Lasbrander voor 300/45 XT,
SB 36 KZ-2
1) met 3 m aansluitlengte
2) met 4 m aansluitlengte
3) met 5 m aansluitlengte
F Massakabel voor 150/20 XT
1) 3 m, 16 mm
2
(vast)
G Massakabel voor 165 SP
1) 3 m, 16 mm
2
H Massakabel voor 170/30 XTC,
200/40 XT en 250/60 XT
1) 3 m, 25 mm
2
I Massakabel voor 300/45 XT
1) 5 m, 35 mm
2
J Drukverlager met 2 manometers.
1) zonder blokkeerklep
2) met blokkeerklep
K Adapter voor lasdraadrollen
1) 5 kg rollen staal/roestvrij staal
en 2 kg rollen aluminium
2) 15 kg korfspoelen staal/roest-
vrij staal en
7 kg korfspoelen alu
L Lasplaatje
1) Automatiek-veiligheidsscherm,
DIN11 vast
2) Automatiek-veiligheidsscherm,
DIN 9-13 instelbaar
3) met glas, DIN 11
4) met voorzetglas en vrijzicht,
DIN 11
M Brandersspray
1) 150 ml
2) 400 ml
A
Gevaar!
Reparaties van elektrische machines
mogen uitsluitend door een elektro-
monteur uitgevoerd worden!
De lasapparaten kunnen voor reparatie
verzonden worden naar de Service-ves-
tiging in uw land. Het adres vindt u bij de
lijst met onderdelen.
Geef bij inzending voor reparatie een
omschrijving van het vastgestelde
defect.
Het verpakkingsmateriaal van de
machine is 100 % recycleerbaar.
Afgedankte elektronische machines en
accessoires bevatten grote hoeveelhe-
den waardevolle grond- en kunststoffen
die eveneens gerecycleerd kunnen wor-
den.
De gebruiksaanwijzing werd op chloor-
vrij gebleekt papier gedrukt.
Het toestel is met meerdere onafhanke-
lijk van elkaar werkende veiligheidsvoor-
zieningen tegen overbelasting gezekerd.
Tot deze veiligheidsvoorzieningen beho-
ren ook fijnzekeringen die op de platines
zijn gemonteerd. Brandt een van deze
zekeringen door, is dat een indicatie
voor een grotere storing van het toestel.
B
Gevaar! Elektrische spanning!
Vervang nooit eigenmachtig een fijn-
zekering in het binnenste van het toe-
stel.
Richt u zich aan een electricien!
Vóór het inzetten van een nieuwe
zekering moet het toestel geheel
gekeurd en een eventuele schade zijn
verholpen!
11.1 Algemene storingen
Onregelmatige draadaanvoer
Aanpersdruk aan rolaanvoer?
Correcte druk instellen.
Draadgeleiding aan aanvoer-motor niet
in één lijn?
Aanvoerrol en draadgeleiding in lijn
brengen.
Geleidingsspiraal verstopt of voor draad-
sterkte niet passend?
Hoeveelheid beschermgas in l/min
Aluminium
Staal
Stroomsterkte in A
Doorsnede van de gassproeiers
in mm
7. Onderhoud
8. Beschikbare accessoires
9. Reparatie
10. Milieubescherming
11. Storingen