Operation Manual
1.8
HC 260 M/ HC 260 K
7. De vandiktetafel voorzichtig naar boven
draaien om de schaafselafzuigplaat vast te zet-
ten.
8. De afzuigtuit van de schaafselafzuigplaat op
een geschikt afzuigsysteem aansluiten.
A
Gevaar!
Het inademen van sommige soorten schaaf-
selstof is kankerverwekkend (dit is bijvoor-
beeld het geval bij eiken- en essenhout). Als
er in gesloten ruimtes gewerkt moet worden,
dan moet er met een geschikt schaafselafzuig-
systeem gewerkt worden:
− dat op de buitendiameter van de afzuigtuit
past (100 mm)
− met een luchtdebiet van ≥ 550 m
3
/h;
− met een onderdruk in de afzuigtuit van de
schaafmachine van ≥ 740 Pa;
− bij een luchtsnelheid in de afzuigtuit van
de schaafmachine van ≥ 20 m/s;
A
Oppassen! Het werken zonder afzuigsys-
teem is alleen toegestaan:
− in openlucht;
− als er slechts weinig schaafselkrullen
gemaakt worden (bij kleine werkstukken
en bij geringe afname;
− met stofmasker.
Vlakschaven van werkstukken
A
Gevaar!
− Aan een vrij toegankelijke, draaiende
schaafas kan men zware verwondingen
oplopen! Dek daarom steeds het gedeelte
van de schaafas af dat niet door het werk-
stuk afgedekt wordt. Doe dit met het
beschermingsprofiel voor de schaafassen.
Het beschermingsprofiel voor de
schaafassen moet daartoe precies aan de
breedte van het werkstuk aangepast wor-
den.
− Bij het invoeren van het werkstuk in de
schaafbank mogen de handen nooit onder
het beschermingsprofiel voor de
schaafassen komen.
− Als er kleine werkstukken, waarbij de vei-
ligheidsafstand tot de schaafas onvol-
doende is, vlakgeschaafd moeten worden,
dan moet er met een duwhout (hulpstuk
om te schuiven) gewerkt worden.
− Werkstukken die aan de smalle zijde vlak-
geschaafd moeten worden, moeten
omwille van de veiligheid goed aanslui-
tend aan de aanslag ingevoerd worden.
Om de handen, tijdens het vlakschaven
van dunne of kleine werkstukken, op een
voldoende veiligheidsafstand van de
schaafas te houden, is het gebruik van
een tweede aanslag verplicht.
− Om te voorkomen dat het werkstuk op het
ogenblik van het aanzetten tegen de
schaafasmessen tegen het aanvoerme-
chanisme teruggeslagen wordt, moet u,
tussen werkstuk en aanvoermechanisme,
een houtblok plaatsen.
− Om te voorkomen dat grote werkstukken
tijdens het schaven stabiliteitssproblemen
veroorzaken, wordt het gebruik van een
verlengde invoertafel (bijvoorbeeld een
raamwerk met rollen) ten zeerste aange-
raden.
− Het over de nog draaiende schaafas
terugvoeren van een geschaafd werkstuk
is verboden!
− Naargelang de omstandigheden moet er
gebruik gemaakt worden van:
een schaafselafzuigsysteem (accessoire);
glijwas om de werkstukbeweging op de
aan- en afvoertafels te bevorderen.
1. Zorg steeds voor een juiste houding en plaats,
nl:
− aan de kant van de schakelaar;
− aan de voorkant van de machine;
2. met de aanslag in de gewenste positie.
3. De schaafdiepte, met de kruiskopschroef (62)
op de aanvoertafel, instellen.










