Operation Manual
Dranken bereiden
181
NEDERLANDS
6 Dranken bereiden
Voor de bereiding van dranken bestaan er twee mogelijkheden:
ū bereiding van koespecialiteiten met de uitloop voor
koespecialiteiten of
ū bereiding van heet water, warme melk en melkschuim met de
Cappuccinatore.
Opgelet:
ū In de watertank moet zich altijd voldoende water bevinden. Als het
vulpeil te laag is, vraagt het apparaat u om bij te vullen.
ū Ook in het bonenreservoir moeten zich altijd voldoende koebonen
bevinden. Als er geen koebonen meer zijn, breekt het apparaat de
bereiding van een koespecialiteit af.
ū Ontbrekende melk wordt door het apparaat niet gemeld.
ū De kopjes of glazen voor de dranken moeten groot genoeg zijn (zie
tabel Fabrieksinstellingen op pagina209).
6.1 Koesterkte instellen
Zodra het apparaat klaar is voor gebruik geeft het de actuele instelling van
de koesterkte weer. De volgende instellingen van de koesterkte zijn
mogelijk:
Weergave Koesterkte
zeer mild (zonder voorbesprenkeling)
mild
normaal
sterk
zeer sterk
Voorwaarde: het apparaat is klaar voor gebruik.
1. Druk meermaals op de bedieningstoets „Koesterkte“ om de gewenste
koesterkte in te stellen.
» Het apparaat geeft de geselecteerde koesterkte weer.
Informatie
Bij het uitschakelen van het apparaat wordt de als laatste ingestelde
koesterkte opgeslagen.