User Manual
Verklarende woordenlijst 265
L
LAN
Local Area Network of lokaal netwerk. Een computernetwerk dat een relatief klein gebied
omvat (bijvoorbeeld één gebouw). Computers in een LAN kunnen met elkaar
communiceren en bronnen zoals printers en bestanden delen.
Launchpad (platform)
Een U3-interfacecomponent die fungeert als startpunt voor het starten en beheren van
USB-programma's via het U3-platform.
Lijsten met vertrouwde items
Bevat items die u als vertrouwd hebt aangeduid en die niet worden gescand. Als u een item
per ongeluk als vertrouwd hebt aangemerkt (bijvoorbeeld een mogelijk ongewenst
programma) of als u wilt dat het weer wordt gescand, moet u het uit deze lijst verwijderen.
M
MAC (Message Authentication Code)
Een beveiligingscode die wordt gebruikt voor het coderen van berichten die tussen
computers worden verzonden. Het bericht wordt geaccepteerd als de computer de
gedecodeerde code als geldig aanmerkt.
MAC-adres
Media Access Control-adres. Een uniek serienummer dat wordt toegewezen aan elk fysiek
apparaat, zoals een netwerkkaart (NIC), met toegang tot het netwerk.
Man-in-het-midden-aanval
Een methode voor het onderscheppen en mogelijk wijzigen van berichten tussen twee
partijen zonder dat een van de partijen op de hoogte is van het doorbreken van de
communicatieverbinding.
MAPI
Messaging Application Programming Interface. Een Microsoft-interfacespecificatie
waarmee verschillende bericht- en werkgroepprogramma's (e-mail, voicemail en fax) via
één enkele client kunnen werken, zoals de Exchange-client.
Mogelijk ongewenst programma (MOP)
Een programma dat mogelijk ongewenst is, ook al heeft de gebruiker het misschien zelf
gedownload, omdat het de beveiligings- of privacyinstellingen kan veranderen op de
computer waarop het wordt geïnstalleerd. MOP's kunnen (dit is niet altijd zo) spyware,
adware en inbelprogramma's bevatten en worden soms ongemerkt, samen met gewenste
programma's, gedownload.
MSN
Microsoft Network. Een verzameling internetservices die door Microsoft worden geboden,
waaronder een zoekprogramma, e-mail, expresberichten en een portaal.