Operation Manual

21
3. Markering
Markeringen verwijzen naar uw huidige locatie (blauw), uw thuislocatie (geel) en uw
bestemming (rood). De markering toont de afstand naar de locatie.
Raak een markering aan om de kaart te centreren op de locatie die door de markering
wordt aangewezen.
U kunt ook uw eigen markering instellen. Raak de cursorknop aan, raak vervolgens Set
marker position aan om een groene markering bij de cursorpositie te plaatsen.
Raak om de markeringen uit te schakelen Options aan, raak vervolgens Advanced aan
en schakel het Markers selectievakje uit.
4. Opties knop
5. De cursor met de straatnaamballon
Raak de knop in de straatnaamballon aan om het cursormenu te openen. U kunt naar de
cursorpositie navigeren, van de cursorpositie een Favoriet te maken of een Nuttige plaats
in de buurt van de cursorpositie zoeken.
6. De knop Zoeken
Raak deze knop aan als u bepaalde adressen, Favorieten of Nuttige plaatsen wilt zoeken.
7. De zoombalk
U kunt in- en uitzoomen door de schuifknop te verplaatsen.