Operation Manual
8. PTY (PROGRAMMATYPE) TOETS
Door op de PTY toets te drukken kunt u de PTY zoekmodus aan(het woord NONE van het PTY onderwerp op de
monitor verandert in het andere gekleurde onderwerp)/uitschakelen.
Wanneer de PTY zoekmodus is ingeschakeld, kunt u op de v of ^ toets drukken om het gewenste PTY onderwerp
te selecteren. Na selectie van het gewenste PTY onderwerp, drukt u op de OK toets om te zoeken naar het station
met het geselecteerde PTY onderwerp. Wanneer een station is gevonden, wordt de naam van het station
vertoond.
9. AF [ALTERNATIEVE FREQUENTIES] TOETS
Door op de AF toets te drukken, wordt de AF zoekmodus aan/uitgeschakeld.
Wanneer u naar een RDS station luistert, kunt u met de AF toets de AF zoekmodus activeren. De radio zal
vervolgens de signaalsterkte controleren van Alternatieve Frequenties die hetzelfde RDS station uitzenden als de
huidige frequentie altijd doet. Telkens dat een nieuwe AF sterker is dan het huidige station, schakelt de radio voor
een korte tijd over op die frequentie.
Tijdens FM modus en AF is ingeschakeld, kunnen de functies SEEK, (SCAN), AUTO-MEMORY het RDS station
alleen ontvangen en opslaan.
10. TA [VERKEERSINFORMATIE] TOETS
Door op de TA toets te drukken, kunt u de TA zoekmodus in/uitschakelen.
Druk in elke willekeurige modus op de TA toets om de TA zoekmodus te starten en de monitor zal de woorden
TA SEEK weergeven.
Wanneer verkeersinformatie wordt uitgezonden, zal het apparaat:
1) Automatisch van elke gegeven audiomodus omschakelen naar de verkeersinformatie;
2) De verkeersinformatie automatisch inschakelen wanneer de radio is afgestemd op een radiostation en het
audiosignaal gedempt;
3) Het volume verhogen tot op de drempelwaarde, indien het volumeniveau daaronder is
4) TA en TP vertonen op de LCD.
5) De naam van het station en van het PTY onderwerp waartoe het station behoort op de LCD weergeven.
* Wanneer de verkeersinformatie voorbij is, zal de vorige modus hersteld worden.
* Wanneer TA is ingeschakeld, kunnen de functies SEEK, (SCAN) en AUTO-MEMORY alleen ontvangen en
opgeslagen worden wanneer de identificatiecode van het verkeersprogramma is ontvangen.










