Operation Manual
Geavanceerde functies
57
1. Markeer in het actieve scherm Zon/Maan het veld Op.
2. Druk op ENTER.
3. Wijzig met de joystick de datum.
Omhoog/omlaag wijzigt de datum op de cursorpositie en links/rechts verplaatst de cursor.
4. Druk op ENTER als de datum juist is.
Verticaal profiel geeft het hoogteverloop van een door u geselecteerde tracklog weer. Dit kan de actieve
tracklog of een opgeslagen tracklog zijn. Als u een detailkaart uit één van de MapSend Topgrafische
softwarepakketten hebt geladen, kunt u ook het verticale profiel voor door u gecreëerde routes bekijken.
1. Druk op MENU.
2. Markeer met de joystick de optie Geav.functies.
3. Druk op ENTER.
4. Markeer met de joystick de optie Verticaal profiel.
5. Druk op ENTER.
6. Markeer Trackgeschiedenis. (Als er een MapSend Topografische detailkaart is geladen, kunt u één van
de andere beschikbare opties kiezen.)
7. Druk op ENTER.
8. Markeer Actieve track of een opgeslagen track die u wilt bekijken.
9. Druk op ENTER.
Het verticale profiel voor het geselecteerde onderdeel wordt weergegeven. Met de joystick verplaatst u
het weergegeven profiel naar links of rechts. Tijdens het verplaatsen van het profiel geeft de centrale
markering de hoogte van het weergegeven punt aan.
De datum wijzigen
Het verticale profiel bekijken