Operation Manual
54
De eXplorist heeft een aantal geavanceerde functies die het gebruik van het toestel zeer veelzijdig maken.
Deze geavanceerde functies worden geopend vanuit het hoofdmenu en bestaan uit:
• Berek.terrein: Deze functie berekent de oppervlakte en de omtrek van een door u gedefinieerde regio.
• Vissen/jag: Deze functie geeft de beste jacht- en vistijden weer voor een door u opgegeven positie en
datum.
• Zon/Maan: Deze functie geeft de tijden van opgaan en ondergang van de zon en maan weer voor een
door u opgegeven positie en datum. Ook wordt de maanstand voor de betreffende positie en datum
weergegeven.
• Verticaal profiel: Dit geeft een grafische weergave van het hoogteverloop van uw actieve track of van
een opgeslagen track. (Als u een MapSend Topo detailkaart hebt, kan er ook een verticaal profiel van
de door u opgeslagen routes worden gegeven.)
• Simuleren: Hiermee kan de eXplorist in een simulatiemodus worden geschakeld. Met ingeschakelde
simulator functioneert de eXplorist alsof deze zich verplaatst. Hiermee kunt u diverse functies
uitproberen terwijl u aan tafel of bij het kampvuur zit.
• Communicatie: Hiermee wordt de eXplorist in de gewenste modus geschakeld als deze via USB is
aangesloten op een personal computer. U kunt bestandsoverdracht uitvoeren, NMEA-gegevens
verzenden of de eXplorist alleen stroom geven door de USB-kabel.
Oppervlakteberekening gebruikt drie of meer door u geselecteerde POI’s om in een miniatuurkaartweergave
een regio aan te maken en weer te geven. Vervolgens wordt van deze regio de oppervlakte en omtrek berekend.
Oppervlakte berekenen
1. Druk op MENU.
2. Markeer met de joystick de optie Geav.functies.
3. Druk op ENTER.
4. Markeer Berek. terrein.
5. Druk op ENTER.
6. Markeer <Punt toevoeg>.
7. Druk op ENTER.
NB: Eerder uitgevoerde oppervlakteberekeningen zijn in het geheugen opgeslagen en worden weergegeven.
Om een nieuwe oppervlakteberekening te maken moeten eerst alle POI’s uit de lijst worden verwijderd.
Het verwijderen van alle POI’s wordt verderop behandeld.
8. Gebruik de POI-database om het gewenste POI te kiezen.
9. Herhaal stap 6 tot 8 tot u een regio hebt gedefinieerd.
10. De onderkant van het scherm vermeldt afwisselend de oppervlakte en de omtrek van de door u
gedefinieerde regio.
Terreinberekening gebruiken
Geavanceerde functies