Magellan eXplorist XL Referentiehandleiding
***WAARSCHUWINGEN*** GEBRUIK UIT VEILIGHEIDSOVERWEGINGEN GEEN NAVIGATIETOESTEL ALS U EEN VOERTUIG BESTUURT. Probeer geen instellingen van de Magellan eXplorist te wijzigen terwijl u een voertuig bestuurt. Breng het voertuig volledig tot stilstand of laat een medepassagier de wijzigingen uitvoeren. Uw blik van de weg af richten is gevaarlijk en kan leiden tot een ongeval, waarin u of anderen gewond kunnen raken.
Inhoud eXplorist XL GPS-ontvanger 1 Functies van de Magellan eXplorist Knoppenbeschrijving 1 2 Beginnen De eXplorist inschakelen De eXplorist uitschakelen De achtergrondverlichting in/uitschakelen.
Inhoud Magellan Geocache Manager Magellan Geocache Manager Magellan Geocache Manager gebruiken. Met geocachebestanden werken. De eXplorist met MapSend gebruiken De eXplorist met MapSend gebruiken Overzicht van uploaddetails van MapSend naar de eXplorist. POI’s, routes en tracks tussen MapSend en de eXplorist uitwisselen.
eXplorist XL GPS-ontvanger 1 Functies van de Magellan eXplorist • Superieur volggedrag met 14 parallelle kanalen Kant en klaar geladen bezienswaardigheden (POI’s) • TrueFix(tm) GPS-technologie • precisie tot 3 meter (WAAS/EGNOS) • Robuust ontwerp, rubberen bescherming • Meervoudige tracklogs • 28 MB effectief geheugen • Zakformaat en waterbestendig • Onbeperkte opslag van gegevens met SD cards • Interne Achtergrondkaart (28 MB) • Kleurenscherm met hoge resolutie • Antenne Knop POWER
eXplorist XL GPS-ontvanger 2 Knoppenbeschrijving: POWER (Aan/Uit) Schakelt de eXplorist in of uit. LIGHT (Achtergrondverlichting) Schakelt de achtergrondverlichting in Rouleert tussen de standen achtergrondverlichting uit, lage sterkte en hoge sterkte. ENTER Wordt gebruikt om gemarkeerde menu-onderdelen te openen of gemarkeerde knoppen te accepteren. ESC Annuleert gegevensinvoer De geopende functie sluiten en teruggaan naar het laatste scherm.
eXplorist XL GPS-ontvanger 3 Batterijen installeren Verwijder het deksel van het batterijcompartiment door de zilveren vergrendeling op de achterkant van het toestel een kwartslag te draaien. De eXplorist XL maakt gebruik van vier AAbatterijen die worden geplaatst volgens bijgaande tekening. Let bij het plaatsen van de batterijen op de juiste polariteit. Nieuwe batterijen hebben bij normaal gebruik een verwachte levensduur van maximaal 19 uur.
eXplorist XL GPS-ontvanger 4 Verbinden met een Personal Computer Schakel de eXplorist uit en sluit de connector van de eXplorist gegevenskabel aan op de achterkant van de eXplorist en draai de vergrendelingsschroef vast. Er bevinden zich geleidingsranden op de connector, zodat deze alleen op de goede manier kan worden bevestigd. Sluit de eXplorist met de externe voedingsadapter aan op de netstroom.
Beginnen 5 De eXplorist inschakelen Druk op de knop POWER rechtsboven. De eXplorist uitschakelen Druk op de knop POWER rechtsboven om de eXplorist uit te schakelen. Na het indrukken van POWER wordt er 5 seconden afgeteld. Als u bij nader inzien de eXplorist toch niet wilt uitschakelen, druk dan op de knop ESC. Als u tijdens het aftellen nogmaals op de knop POWER drukt, schakelt de eXplorist zichzelf onmiddellijk uit. De achtergrondverlichting in/uitschakelen.
6 Beginnen De eXplorist voor de eerste keer gebruiken De eXplorist inschakelen. Druk op de knop POWER. Druk als het Openingsscherm verschijnt op ENTER. Taal kiezen. Als u de eXplorist voor het eerst gebruikt, kunt u een keus maken uit de tien talen die het toestel ondersteunt. U kunt de gebruikte taal later ook altijd weer wijzigen via Menu > Voorkeuren > Talen.
Beginnen Het Satellietstatusscherm wordt voortdurend bijgewerkt en u kunt grafisch volgen hoe goed de eXplorist zijn werk doet. Als de eXplorist voldoende gegevens heeft om een positiefix uit te voeren, wordt het Satellietstatusscherm vervangen door een schermkaart. De pijlcursor in het midden van de schermkaart geeft uw positie aan. Als u zich voortbeweegt, verplaatst de pijl zich in de richting waarin u koerst.
Beginnen 8 De eXplorist kan uw aanvangspositiefix niet uitvoeren. Als de eXplorist na twee minuten geen satellieten heeft gevonden, verschijnen de volgende schermen in een poging de positie van het toestel beter te bepalen. Regio selecteren. Markeer met de joystick de regio waar u zich bevindt. Druk op ENTER als uw regio is gemarkeerd. Gebied selecteren. Hiermee kunt u een lijst met gebieden binnen de door u geselecteerde regio weergeven.
Beginnen Datum invoeren. Voer met de joystick de huidige datum in. Joystick omhoog: het gemarkeerde getal verhogen Joystick omlaag: het gemarkeerde getal verlagen Joystick naar rechts: verplaatst de markering één karakter naar rechts Joystick naar links: verplaatst de markering één karakter naar links Als Maand is gemarkeerd, kunt u met de joystick door de lijst met maanden scrollen. Druk op ENTER als u de juiste datum hebt ingevoerd. Gegevens accepteren. Onderin het scherm is de knop Klaar gemarkeerd.
Beginnen 10 Koude versus warme start. Als de eXplorist wordt ingeschakeld controleert het toestel eerst welke satellieten het boven zich heeft en op welke relatieve posities deze zich bevinden. De eXplorist gebruikt hiervoor een interne satellietalmanak. In deze almanak bevinden zich gegevens over welke satellieten zich op een gegeven tijdstip boven specifieke delen van de aarde bevinden en wat bij benadering hun positie t.o.v. de eXplorist is.
De eXplorist XL gebruiken 11 De eXplorist XL maakt gebruik van gegevens afkomstig van GPS-satellieten, die – draaiend in een baan om de aarde –gedetailleerde informatie over uw exacte locatie kunnen doorgeven. Dit is het fundament voor de eXplorist, waarmee het toestel u van de noodzakelijke gegevens voorziet om uw bestemming te bereiken. Naar een bestemming gaan U zult de eXplorist waarschijnlijk het meest gebruiken als navigatiegereedschap om op een gekozen bestemming te arriveren.
De eXplorist XL gebruiken 12 Stap twee: Waar wilt u naartoe? De eXplorist weet nu waar u bent. Vervolgens kunt u vertellen waar u naartoe wilt. Er zijn veel verschillende manieren waarop dit kan, maar de meest eenvoudige en meest gebruikte manier is via een GOTO-route. Dit is een route in één etappe met een startpunt (waar u nu bent) en een bestemming (waar u naartoe wilt). De bestemming wordt gekozen met behulp van de databaseBezienswaardigheden.
De eXplorist XL gebruiken 13 Het spoor terug volgen Trekkers, mountainbikers en buitenliefhebbers willen vaak een ’spoor van broodkruimels’ achterlaten om later de weg terug naar het startpunt te kunnen vinden. De eXplorist heeft een functie genaamd Terugweg die dat mogelijk maakt. U hebt al kunnen lezen dat de eXplorist uw huidige positie voortdurend berekent en dat u deze kunt opslaan met de knop MARK.
Navigatieschermen 14 Navigatieschermen openen De eXplorist heeft drie navigatieschermen en een Satellietstatusscherm. Deze schermen worden één voor één opgeroepen met de knop NAV. Alle schermen bevatten dezelfde informatie, alleen op verschillende manieren gepresenteerd. U kiest het scherm dat het best bij uw toepassing past. NAV ESC NAV ESC ESC NAV ESC NAV Tip: Met de toets ESC bladert u ook door de navigatieschermen, net als met de knop NAV, maar dan in omgekeerde richting.
15 Navigatieschermen Overzicht schermkaart Routemarkering Cursorpositie Track-indicator Schaal kaart Panoramacursor (verschijnt in cursormodus) Zandloper (verschijnt als positie onbekend is en eXplorist de positie uitrekent) Gegevensveld 1 Gegevensveld 2 Schaal kaart wijzigen Druk op de knop Inzoomen of Uitzoomen om het zichtbare deel van de schermkaart in te stellen. De schaalindicator linksonder in de kaart geeft de relatieve afstand tussen de twee eindpunten van de schaal aan.
16 Navigatieschermen In cursormodus wordt er een cursoricoon weergegeven, waarmee u zich over de kaart kunt verplaatsen. Onderin het scherm ziet u informatie over de koers en afstand van de cursor tot uw huidige positie.
Navigatieschermen 17 De kaartgegevens aan uw wensen aanpassen U kunt de aard van de gegevens die in de twee velden onderin het scherm wordt weergegeven aan uw wensen aanpassen.
Navigatieschermen 18 Straatgegevens weergeven Op de plaats van de twee gegevensvelden onderin het scherm kunt u ook gegevens over de straat waar u zich bevindt laten weergeven. Zo geeft u straatinfo weer: 1. Druk vanuit de schermkaart op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Pag. aanpassen. 3. Druk op ENTER. 4. Markeer met de joystick Straatinfo. 5. Druk op ENTER. Kaartoriëntatie wijzigen De standaard oriëntatie voor de schermkaart is Noord up.
Navigatieschermen 19 Primair gebruik wijzigen De schermkaart kan worden ingesteld voor primair gebruik op land (standaard) of op zee (marine). Bij instelling op primair landgebruik worden landgebieden weergegeven in wit en wordt water weergegeven in blauw. Wanneer ingesteld voor zeegebruik, wordt water weergegeven in het blauw en land in het geel. Deze optie maakt het mogelijk om tekst en kaartdetails makkelijker te lezen, afhankelijk van waar u navigeert. Zo wijzigt u het primair gebruik: 1.
Navigatieschermen 20 Wijzigen van de trackopname-intervallen Als u zich verplaatst, neemt de eXplorist uw reis (track) op. U kunt kiezen hoe frequent trackpoints worden opgenomen. In de modus Auto neemt de eXplorist geen trackpoints op als u in een rechte lijn reist en bij het nemen van afslagen worden slechts enkele trackpoints opgenomen. Dit bespaart geheugen en produceert een tracklog die weliswaar wat minder vloeiend verloopt, maar die voor de meeste toepassingen bruikbaar is.
21 Navigatieschermen Het scherm Kompas In het scherm Kompas vindt u een eenvoudig te gebruiken kompas, waarvan het gebruik de meeste GPSgebruikers bekend zal zijn. Belangrijkste functies van het scherm Kompas: • Bij een actieve route geeft de bovenkant van het kompasscherm de naam van de bestemming weer. • Druk op MENU en kies Pag. aanpassen om de weergegeven informatie bovenin het scherm aan te passen.
Navigatieschermen 22 De gegevensvelden aan uw wensen aanpassen U kunt de gegevens die bovenin het scherm worden weergegeven zo aanpassen dat ze voor u het nuttigst zijn.
23 Navigatieschermen Scherm Positie Het scherm Positie geeft gedetailleerde positiegegevens weer in een tekstindeling die doorgewinterde navigators bekend zal voorkomen. Belangrijkste functies van het scherm Positie: • De positie wordt in tekstindeling weergeven volgens het gewenste coördinatensysteem. (Zie Coördinatensysteem instellen voor meer informatie over het instellen van het coördinatensysteem.) • Hoogtegegevens worden weergegeven.
24 Navigatieschermen De tripteller op nul zetten Bij elke nieuwe trip wilt u waarschijnlijk bijhouden hoever u hebt gereisd. Hiervoor kan de tripteller op nul worden gezet. Zo zet u de tripteller op nul: 1. Druk vanuit het scherm Positie op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Reset trip. 3. Druk op ENTER. 4. Markeer met de joystick de optie Ja. 5. Druk op ENTER. In het waarschuwingsscherm kunt u zich nog bedenken.
Bestandsstructuur eXplorist XL GPS 25 Primaire bestandsstructuur De eXplorist heeft een unieke bestandsstructuur, zoals nog nooit eerder gebruikt in een GPS-ontvanger. Deze is gebaseerd op het bestandssysteem waarmee u waarschijnlijk bekend bent als u een personal computer gebruikt. Overzicht bestandsstructuur Deze afbeelding geeft de basisindeling van de interne bestandsstructuur van de eXplorist weer.
Bestandsstructuur eXplorist XL GPS 26 Het bestandssysteem met POI’s gebruiken • Bij het oproepen of opslaan van een POI, slaat de eXplorist de POI automatisch op in het standaard POI-bestand. U kunt de locatie selecteren waar u de POI wilt opslaan, door Opslaan als te kiezen tijdens het aanmaken van een bestand. NB: Het standaardbestand wordt in de fabriek ingesteld maar u kunt dit wijzigen bij Voorkeuren > Actieve setup.
Bestandsstructuur eXplorist XL GPS 27 Het bestandssysteem met tracklogs gebruiken • Tracklogs worden op een andere manier opgeslagen dan POI’s en routes: elke tracklog is een apart bestand. Er kan voor tracklogs ook geen standaardbestand worden ingesteld. De eXplorist opent automatisch de interne tracklogmap. • Een nieuw tracklogbestand aanmaken: Markeer met de joystick de optie Actieve track en druk op ENTER. Markeer met de joystick de optie Opslaan en druk op ENTER.
Bezienswaardigheden (POI’s) 28 Of u nu in de auto rijdt, een wandeling maakt of een middag aan het zeilen bent, u zult altijd plaatsen waar u bent geweest willen opslaan in uw eXplorist om er later terug te keren. Dit is een basisfunctie van elke GPS-navigator. Het opslaan van deze plaatsen heet "Uw positie markeren" of afgekort MARK. De opgeslagen posities worden bezienswaardigheden of kortweg POI’s (Points of Interest) genoemd.
Bezienswaardigheden (POI’s) 29 Uw positie opslaan (geïndividualiseerd) Normaliter is het markeren van uw positie een kwestie van twee knoppen indrukken: MARK en ENTER. Er zijn echter situaties waar u het POI dat u opslaat wilt individualiseren, om latere identificatie makkelijker te maken. U kunt het icoon en de naam wijzigen en een bericht toevoegen. U kunt ook de positiecoördinaten en de hoogte wijzigen. Hiermee wordt de positie die wordt opgeslagen gewijzigd.
Bezienswaardigheden (POI’s) 30 POI’s aanmaken voor andere locaties dan uw huidige positie Soms wilt u een andere positie opslaan dan uw huidige positie. Dit kan in de eXplorist op twee manieren. U kunt de coördinaten van uw huidige positie wijzingen of u kunt in de cursormodus over de schermkaart pannen en de positie lokaliseren die u wilt markeren. Een positie markeren door coördinaten in te voeren.
Bezienswaardigheden (POI’s) 31 Een positie markeren met behulp van de kaartcursor Hiermee kunt u een andere dan uw huidige positie op de kaart markeren, door de cursor te verplaatsen over de kaart naar een locatie die u als POI wilt opslaan. 1. Schakel de eXplorist in cursormodus door vanuit de schermkaart de joystick te bewegen. 2. Verplaats de draadkruiscursor naar de positie die u als POI wilt opslaan. 3. Druk op MARK. 4. Optioneel: Markeer met de joystick velden (icoon, naam, etc.
32 Bezienswaardigheden (POI’s) De POI-database Alle POI’s die u hebt opgeslagen en de achtergrond-POI’s die bij de eXplorist werden geleverd kunnen vanuit de POI-database worden geopend. Zodra u vanuit de database een POI hebt geselecteerd kunt u dit bekijken of bewerken. Belangrijke functies van de POI-database zijn: • Zoeken naar door u opgeslagen POI’s, vanaf uw positie gerekend of in alfabetische volgorde.
Bezienswaardigheden (POI’s) 33 Een kant en klaar geladen POI zoeken met de functie Dichtstbij Zoeken naar kant en klaar geladen POI’s met de optie Dichtstbij is vrijwel identiek aan het zoeken naar gebruikers-POI’s, met één verschil. Kant en klaar geladen POI’s zijn onderverdeeld in vijf categorieën (Steden, Hoofdwegen, Luchthavens, Waterwegen en Parken) en u moet de categorie selecteren waarin dit POI kan worden gevonden. 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie POI-lijst. 3.
34 Bezienswaardigheden (POI’s) Een gebruikers-POI bewerken Van door u opgeslagen POI’s kan het icoon, de naam, de hoogte en het bijgevoegde bericht worden bewerkt. U kunt ook de positie wijzingen, maar bedenk dat u hiermee eigenlijk een nieuw POI op een andere locatie aanmaakt. 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie POI-lijst. 3. Druk op ENTER. 4. Markeer met een op-/neerbeweging van de joystick de optie POI’s. 5.
Bezienswaardigheden (POI’s) 35 Een gebruikers-POI verwijderen Hiermee kunnen door u opgeslagen POI’s worden verwijderd. Als u veel POI’s hebt opgeslagen kan het handig zijn er een selectief aantal te wissen om beter te kunnen zoeken in de overgebleven POI’s. POI’s die eenmaal zijn verwijderd kunnen niet meer worden hersteld. Als u een verwijderde POI wilt herstellen moet u de gegevens opnieuw invoeren.
Bezienswaardigheden (POI’s) 36 Een kant en klaar geladen POI kopiëren Kant en klaar geladen POI’s, die als onderdeel van de achtergrondkaart zijn geladen, kunnen worden opgeslagen als gebruikers-POI’s. Het standaard geladen POI wordt hiermee niet verwijderd (standaard geladen POI’s kunnen niet worden verwijderd) maar wordt naar het databaseonderdeel POI’s gekopieerd. 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie POI-lijst. 3. Druk op ENTER. 4.
Bezienswaardigheden (POI’s) 37 Een gebruikers-POI op de schermkaart bekijken POI’s die zijn geladen als onderdeel van de achtergrondkaart kunnen op de schermkaart worden bekeken om het lokaliseren van het POI eenvoudiger te maken. 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie POI-lijst. 3. Druk op ENTER. 4. Markeer met een op/neer beweging van de joystick de optie Achtergrondkaart. 5. Selecteer met links/rechtsbeweging van de joystick Dichtstbij of Alfabetisch. 6. Druk op ENTER. 7.
Bezienswaardigheden (POI’s) 38 Een gebruikers-POI op de schermkaart weergeven of verbergen U kunt kiezen of gebruikers-POI’s op de schermkaart worden weergegeven of worden verborgen. In de linker bovenhoek van het scherm POI opslaan (naast het icoonveld) bevindt zich een aankruisvakje waarin kan worden bepaald of het POI op de kaart zichtbaar moet zijn. Als dit vakje is aangekruist is het POI zichtbaar.
Routes 39 Routes worden het minst begrepen maar vormen wel één van de belangrijkste functies van een GPS-ontvanger. Hoe beter u het concept Routes begrijpt, des te meer plezier zult u beleven aan uw eXplorist. De eenvoudigste en meest gebruikte routevorm is een GOTO-route. Een GOTO-route is een route van één etappe met een startpunt (uw huidige locatie) en een bestemming (een POI dat u selecteert). Deze route gebruikt u om naar een specifieke kant en klaar geladen of gebruikers-POI te gaan.
Routes 40 Een GOTO-route aanmaken vanaf de kaartcursor Hiermee wordt een GOTO-route aangemaakt naar het punt dat u met de draadkruiscursor hebt aangegeven in de schermkaart. 1. Schakel de eXplorist in cursormodus door vanuit de schermkaart de joystick te bewegen. 2. Beweeg met de joystick de draadkruiscursor naar een punt op de kaart waar u naartoe wilt. 3. Druk op GOTO. 4. Als er een GOTO-route actief is, wordt u gevraagd of u deze wilt annuleren en een nieuwe GOTO-route wilt aanmaken.
41 Routes Multi-etapperoutes Met multi-etapperoutes kan via meerdere etappes naar een uiteindelijke bestemming worden genavigeerd. Zo kunt u bijvoorbeeld eerst de haven verlaten, naar boei 1 varen, vervolgens de aasboot aandoen en tenslotte naar de visplek gaan. Deze route loopt dan van Haven naar Boei 1, boei 1 naar aas en van aas naar vis. Functies van een multi-etapperoute: • Multi-etapperoutes kunnen worden opgeslagen in het interne geheugen of op een SD-card.
Routes 14. 42 Druk op ENTER. Een route activeren/inactiveren Een actieve route is de route waarop u op dit moment navigeert. Als u een route activeert, blijft dit de actieve route tot u deze uitschakelt (inactiveert) of totdat u een andere route kiest. GOTO’s worden automatisch geactiveerd zodra deze worden gecreëerd terwijl multi-etapperoutes handmatig moeten worden geactiveerd. 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Routes. 3. Druk op ENTER. 4.
Routes 43 De bestemmingsetappe van een actieve route wijzigen Een gecreëerde route kan een groot aantal verschillende etappes hebben, allemaal met een eigen bestemming. Als u tijdens de reis één of meerdere etappes wilt overslaan, kunt u de etappe selecteren waarmee u wilt verdergaan. Uw geplande route begint op uw kampement. De eerste etappe leidt naar de brug. De tweede etappe loopt van de brug naar het stenen baken. Etappe 3 loopt van het stenen baken naar het rangerkwartier.
Routes 44 Een opgeslagen route bewerken. Opgeslagen routes kunnen op de volgende manieren worden bewerkt: een nieuwe etappe aan het eind van de route toevoegen (< POI toevoegen>), een route verwijderen (POI verwijderen), een nieuwe etappe invoegen (POI invoegen) of de bestemming van het ene POI naar het andere wijzigen (POI vervangen). 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Routes. 3. Druk op ENTER. 4. Navigeer naar het bestand dat de route bevat die u wilt bewerken.
Routes 45 Een route omkeren Met Route omkeren kunt u een opgeslagen route in omgekeerde volgorde opnieuw aanmaken. De eerder besproken voorbeeldroute, Kamp > Brug > Baken > Ranger > Zwemmen, wordt dan Zwemmen > Ranger > Baken > Brug > Kamp. 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Routes. 3. Druk op ENTER. 4. Navigeer naar het bestand dat de route bevat die u wilt omkeren. (De eXplorist opent het standaardbestand automatisch.) 5. Druk op ENTER. 6.
Routes 46 Een route verplaatsen Hiermee kunt u een route tussen twee bestanden verplaatsen. 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Routes. 3. Druk op ENTER. 4. Navigeer naar het bestand dat de route bevat die u wilt verplaatsen. (De eXplorist opent het standaardbestand automatisch.) 5. Druk op ENTER. 6. Markeer de naam van de route. 7. Druk op ENTER. 8. Markeer met de joystick de optie POI verplaatsen. 9. Druk op ENTER. 10.
Routes 47 Een route op de kaart bekijken Als u een route op de kaart bekijkt, kunt u de verschillende etappes van de route eenvoudiger onderscheiden. 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Routes. 3. Druk op ENTER. 4. Navigeer naar het bestand dat de route bevat. Navigeer naar het bestand dat de route bevat die u wilt kopiëren. 5. Druk op ENTER. 6. Markeer de naam van de route. 7. Druk op ENTER. 8. Markeer met de joystick de optie Zien op kaart. 9. Druk op ENTER.
Tracklogs 48 Als u reist, legt de eXplorist uw afgelegde weg continu vast. Net als het achterlaten van broodkruimels om later de weg terug te vinden kan de eXplorist "elektronische broodkruimels" op de kaart achterlaten. U hoeft zich hier echter geen zorgen te maken over dieren die uw routemarkeringen voor de terugweg opeten. Deze functie geeft de eXplorist een meerwaarde, zowel op het land als op het water.
Tracklogs 49 Een nieuw actief tracklog starten. Voordat u een nieuw actief tracklog kunt starten, moet u eerst het tracklog dat op dat moment wordt vastgelegd stoppen. 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Tracklog. 3. Druk op ENTER. 4. Markeer met de joystick de optie Actieve track. 5. Druk op ENTER. 6. Markeer Loggen stoppen. (Als Loggen hervatten wordt weergegeven is het vastleggen reeds gestopt. Ga naar stap 10.) 7. Druk op ENTER. 8.
Tracklogs 50 Een Terugwegroute creëren Een terugwegroute maakt gebruik van uw actieve track om een route te creëren die u terugbrengt naar uw startpunt en maakt hierbij gebruik van het spoor elektronische broodkruimels dat de eXplorist heeft achtergelaten. 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Tracklog. 3. Druk op ENTER. 4. Markeer met de joystick de optie Actieve track. 5. Druk op ENTER. 6. Markeer Terugweg. 7. Druk op ENTER. 8.
Tracklogs 51 De tracklog naar een route converteren Deze functie converteert de tracklog naar een multi-etapperoute die in uw routelijst wordt opgeslagen. Vanuit deze lijst kunt u de route eventueel bewerken. NB: Naar rout conv is beschikbaar voor actieve tracklogs en opgeslagen tracklogs. 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Tracklog. 3. Druk op ENTER. 4. Markeer met de joystick Actieve track of een eerder opgeslagen track. 5. Druk op ENTER. 6. Markeer Naar rout conv. 7.
Tracklogs 52 Werken met opgeslagen tracklogs Zoals eerder werd genoemd kunt u opgeslagen tracklogs naar een route converteren en kunt u opgeslagen tracklogs op de kaart bekijken. Er zijn drie specifieke functies die u alleen voor tracklogs kunt uitvoeren; volgen, omkeren en verwijderen van de track. Opgeslagen tracklogs volgen Met deze functie kunt u een opgeslagen track als multi-etapperoute opslaan.
Tracklogs 53 Een opgeslagen tracklog verwijderen Gebruik deze functie om eerder opgeslagen trackslogs te verwijderen, als u deze niet meer nodig hebt. 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Tracklog. 3. Druk op ENTER. 4. Markeer met de joystick een eerder opgeslagen tracklog. 5. Druk op ENTER. 6. Markeer Track verwijd. 7. Druk op ENTER. De opgeslagen tracklog wordt verwijderd en u gaat terug naar het scherm tracklog.
Geavanceerde functies 54 De eXplorist heeft een aantal geavanceerde functies die het gebruik van het toestel zeer veelzijdig maken. Deze geavanceerde functies worden geopend vanuit het hoofdmenu en bestaan uit: • Berek.terrein: Deze functie berekent de oppervlakte en de omtrek van een door u gedefinieerde regio. • Vissen/jag: Deze functie geeft de beste jacht- en vistijden weer voor een door u opgegeven positie en datum.
Geavanceerde functies 55 Alle POI’s uit de oppervlakteberekeningslijst verwijderen 1. Druk vanuit het scherm Berek.terrein op MENU. 2. Markeer Alle punten wiss. 3. Druk op ENTER. 4. Alle POI’s worden uit de lijst verwijderd en u kunt een nieuw te berekenen regio aanmaken. De POI-lijst bewerken in Oppervlakteberekening. U kunt in de lijst POI’s invoegen, verwijderen of Vervangen. 1. Markeer met de joystick het POI in de lijst waarvóór u een nieuw POI wilt invoegen, verwijderen of vervangen. 2.
Geavanceerde functies 56 De positie wijzigen 1. Markeer in het actieve scherm Vissen/jag. het veld Op. 2. Druk op ENTER. 3. Kies een POI uit de database. De datum wijzigen 1. Markeer in het actieve scherm Vissen/jag. het veld Op. 2. Druk op ENTER. 3. Wijzig met de joystick de datum. Omhoog/omlaag wijzigt de datum op de cursorpositie en links/rechts verplaatst de cursor. 4. Druk op ENTER als de datum juist is. Zon- en maangegevens weergeven.
Geavanceerde functies 57 De datum wijzigen 1. Markeer in het actieve scherm Zon/Maan het veld Op. 2. Druk op ENTER. 3. Wijzig met de joystick de datum. Omhoog/omlaag wijzigt de datum op de cursorpositie en links/rechts verplaatst de cursor. 4. Druk op ENTER als de datum juist is. Het verticale profiel bekijken Verticaal profiel geeft het hoogteverloop van een door u geselecteerde tracklog weer. Dit kan de actieve tracklog of een opgeslagen tracklog zijn.
Geavanceerde functies 58 De simulator gebruiken Als de eXplorist zich in simulatormodus bevindt, simuleert het toestel het volgen van een vooringestelde of opgeslagen route. 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Geav.functies. 3. Druk op ENTER. 4. Markeer met de joystick de optie Simuleren. 5. Druk op ENTER. 6. De gewenste optie markeren: Uit - De simulator uitschakelen Auto - Een vooringestelde route gebruiken.
Geavanceerde functies 59 Communiceren met een personal computer Deze functie werk alleen als de eXplorist via de USB-poort op een personal computer is aangesloten. Verbinden met een Personal Computer 1. Schakel de eXplorist uit. 2. Sluit de pc-interfacekabel eerst aan op de aansluiting op de achterkant van de eXplorist. 3. Sluit de USB-connector aan de interfacekabel aan op één van de USB-poorten van de personal computer. 4. De eXplorist inschakelen. 5.
Geavanceerde functies 60 Werken met bestanden op de personal computer U kunt met de bestanden werken die zijn opgeslagen in de eXplorist of met bestanden die zich op een SD card in de eXplorist bevinden (optioneel). Met de personal computer kunt u al deze bestanden verplaatsen, hernoemen, wijzigen of verwijderen. Bij het werken met opgeslagen bestanden moet voorzichtigheid worden betracht om ongewenste resultaten te voorkomen.
Magellan Geocache Manager 61 Magellan Geocache Manager Wat is Geocaching? Eenvoudig gezegd is geocaching een plezierig recreatief spel dat u met de eXplorist-ontvanger kunt spelen. Het wordt ook wel eens "elektronisch schatgraven" genoemd en dat is precies wat het is. Caches worden overal ter wereld verborgen en het is uw taak deze te vinden, gewapend met alleen de coördinaten van de cache en uw Magellan eXplorist.
Magellan Geocache Manager Magellan Geocache Manager gebruiken. 1. Open Magellan Geocache Manager met de Startknop in de Windows taakbalk. 2. Ga naar Programma’s en selecteer ‘Magellan > eXplorist XL > Magellan Geocache Manager’. 3. Magellan Geocache Manager wordt geopend en er wordt een lege lijst geocachepunten weergegeven. 4. Bovenin het scherm worden de hoofdgereedschappen als pictogrammen weergegeven.
63 Magellan Geocache Manager Magellan Geocache Manager gereedschappen De pictogrammen boven in het scherm vormen de meest eenvoudige manier om de belangrijkste functies te gebruiken. Hieronder vindt u een lijst van de pictogrammen, de bijbehorende sneltoets en de functies. Pictogram Naam Sneltoets Beschrijving Nieuw Ctrl+N Een nieuwe database aanmaken om geocachepunten op te slaan. Hiermee wordt de actieve database afgesloten, waarbij u eventuele wijzigingen kunt opslaan.
Magellan Geocache Manager 64 Met geocachebestanden werken. Dit is een afbeelding van een voorbeeldgeocachebestand met een lijst geocachingpunten. U kunt de lijst wijzigen door punten te bewerken, te verwijderen of toe te voegen. U kunt ook andere gedownloade geocachepunten aan de lijst toevoegen maar volg daarbij de onderstaande aanwijzingen op. Als laatste worden er aanwijzingen gegeven over het selecteren van bestanden en het uploaden van deze bestanden naar de eXplorist.
Magellan Geocache Manager 65 Naar de Magellan eXplorist uploaden 1. Schakel de eXplorist uit en sluit deze aan op de USB-poort van uw computer. 2. De eXplorist inschakelen. Als deze juist is aangesloten verschijnt het scherm USB-bestandsoverdracht of wordt het menu Communicatie weergegeven. (Als het menu Communicatie wordt weergegeven, kies dan USB best. overdr. en druk op ENTER.) Als geen van deze schermen wordt weergeven is de aansluiting wellicht niet juist.
De eXplorist met MapSend gebruiken 66 De eXplorist met MapSend gebruiken Wat is MapSend? MapSend® is het assortiment detailkaarten voor Magellan handheld GPS-ontvangers. Het hart van de MapSend productlijn wordt gevormd door straatkaarten voor het rijden, topografische kaarten voor trekken, kamperen en jagen en zoet- en zoutwaterkaarten voor vissen en varen. MapSend-kaarten maken van uw eXplorist een krachtige oplossing voor reizen en recreatie buiten de deur.
De eXplorist met MapSend gebruiken 67 Merk op dat in de rechter onderhoek de grootte van de regio wordt weergegeven. U kunt grote regio’s op een SD card opslaan om intern geheugen te besparen. Kaartregio’s opslaan. Lees voor het opslaan van de regio de bij MapSend geleverde documentatie om in te stellen welke gegevens met de regio moeten worden opgeslagen. In dit voorbeeld zijn Topogegevens en POI’s gewenst, dus zorg dat in de regiolijst de T en P-vakjes links naast de regionaam vet worden weergegeven.
De eXplorist met MapSend gebruiken 68 Verzend de bestanden met behulp van Magellan Conversion Manager: Start Magellan Conversion Manager (geïnstalleerd vanuit de Magellan Wizard). U vindt dit programma in het Startmenu - Start > Alle Programma’s > Magellan > eXplorist XL > Magellan Conversion Manager. Selecteer als het programma voor het eerst wordt geopend in het Welkom-scherm "Kaartregio’s verzenden" en klik op Volgende.
De eXplorist met MapSend gebruiken 69 POI’s, routes en tracks tussen MapSend en de eXplorist uitwisselen. U kunt POI’s, routes en tracklogs met Magellan Conversion Manager tussen MapSend en de eXplorist uitwisselen. Omdat de eXplorist deze gegevens in een toegankelijker indeling opslaat dan in eerdere GPS-ontvangers, moet u voor verzending Magellan Conversion Manager gebruiken, in plaats van de bestanden direct vanuit MapSend te verzenden.
De eXplorist met MapSend gebruiken 70 Waypoints, routes en tracks vanuit MapSend verzenden De procedure voor het verzenden vanuit MapSend naar de eXplorist is vergelijkbaar met de hierboven beschreven procedure. 1. Open het MapSend-programma. Deze procedure beschrijft het verzenden van waypoints naar de eXplorist. Gebruik dezelfde stappen voor het verzenden van routes en tracks. 2. Klik op het pictogram Waypoint plaatsen bovenin het MapSend venster om de lijst met waypoints weer te geven. 3.
Voorkeuren 71 Bij Voorkeuren kunt u de eXplorist aan uw eigen wensen en behoeften aanpassen. Er zijn functies om het gebruik flexibeler te maken en functies om - indien nodig - het interne geheugen te beheren. Functies in Voorkeuren: • GPS herstarten (initialiseren) om de eXplorist zijn globale positie te geven, als het toestel uitgeschakeld is geweest en over een grote afstand is vervoerd. • Een manier om standaard mappen in te stellen voor het opslaan van POI’s, routes etc.
Voorkeuren 72 Wanneer gebruikt u GPS herstarten?: • Als de eXplorist meer dan 800 km in uitgeschakelde toestand is verplaatst. • Als de eXplorist traag is en meerdere minuten nodig heeft om na inschakelen een eerste poisitiefix te berekenen. (U hoeft zich hier echter geen zorgen over te maken. De eXplorist heeft een ingebouwde functie die bij problemen met het berekenen van de eerste positiefix automatisch vraagt om invoer van een globale positie.) GPS herstarten: 1. Druk op MENU. 2.
Voorkeuren 12. 73 Datum. Voer met de joystick de huidige tijd in. Door verticale beweging van de joystick wijzigt u de waarde en door horizontale beweging verplaatst u de cursor. NB: De datum wordt ook door de satellieten verzonden en is wellicht al gecorrigeerd. 13. Druk op ENTER. 14. Markeer met de joystick de optie Klaar. 15. Druk op ENTER. 16. Het laatste navigatiescherm wordt weergegeven en de eXplorist begint met het volgen van satellieten.
Voorkeuren 74 Achtergrondkaart of detailkaart selecteren De eXplorist wordt geleverd met een standaard geïnstalleerde basiskaart maar u kunt met MapSend-software (optioneel leverbaar) uw eigen basiskaart definiëren. U kunt Actieve setup gebruiken om de achtergrondkaart te kiezen die u wilt gebruiken. Ook kunt u één van de andere MapSend softwarepakketten gebruiken om detailkaarten te definiëren en op te slaan in de eXplorist.
75 Voorkeuren De noordreferentie kiezen U kunt de door de eXplorist gebruikte noordreferentie instellen op Magnetisch noorden of Ware noorden. 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Voorkeuren. 3. Druk op ENTER. 4. Markeer met de joystick de optie Eenheden kaart. 5. Druk op ENTER. 6. Markeer met de joystick het gegevensveld voor Noordref. 7. Druk op ENTER. 8. Markeer met de joystick Magnetisch of Waar. 9. Druk op ENTER.
Voorkeuren 76 De kaartdatum kiezen Als de eXplorist wordt gebruikt in combinatie met een landkaart of zeekaart, moet u ervoor zorgen dat de kaartdatum van de eXplorist overeenkomt met de kaartdatum van de gebruikte land- of zeekaart. Deze informatie vindt u meestal in de legendasectie van de land- of zeekaart. De standaard kaartdatum van de eXplorist is WGS84 en moet in geval van twijfel worden gebruikt. 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Voorkeuren. 3. Druk op ENTER. 4.
Voorkeuren 77 De lichttimer instellen Zoals eerder vermeld maakt de achtergrondverlichting het aflezen van het scherm in lichtarme situaties comfortabeler, maar onttrekt dit ook meer vermogen aan de batterijen. 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Voorkeuren. 3. Druk op ENTER. 4. Markeer met de joystick de optie Energiebeheer. 5. Druk op ENTER. 6. Markeer met de joystick het gegevensveld voor Lichttimer. 7. Druk op ENTER. 8.
Voorkeuren 78 Talen kiezen De eXplorist kan gegevens weergeven in tien verschillende talen. U kunt kiezen uit English (Engels), Français (Frans), Deutsch (Duits), Nederlands, Suomi (Fins), Español (Spaans), Italiano (Italiaans), Português (Portugees), Svenska (Zweeds) and Norsk (Noors). De taal voor uw eXplorist kiezen 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Voorkeuren. 3. Druk op ENTER. 4. Markeer met de joystick de optie Taal. 5. Druk op ENTER. 6.
Voorkeuren 79 Gebruikers-POI’s en routes 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Voorkeuren. 3. Druk op ENTER. 4. Markeer met de joystick de optie Geheugen wissen. 5. Druk op ENTER. 6. Markeer met de joystick de optie POI’s/Routes. 7. Bevestig. Markeer met de joystick Ja om te bevestigen of Nee om te annuleren. 8. Druk op ENTER. Routes wissen Hierdoor worden alle door u aangemaakte routes in de intern door de eXplorist gebruikte standaardbestanden verwijderd.
Voorkeuren 80 De fabrieksinstellingen van de eXplorist herstellen 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Voorkeuren. 3. Druk op ENTER. 4. Markeer met de joystick de optie Stand. reset. 5. Druk op ENTER. 6. Markeer met de joystick de optie Alles. 7. Bevestig. Markeer met de joystick Ja om te bevestigen of Nee om te annuleren. 8. Druk op ENTER.
Voorkeuren 81 Alarmen instellen 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Voorkeuren. 3. Druk op ENTER. 4. Markeer met de joystick de optie Alarmsign. 5. Druk op ENTER. 6. Markeer met de joystick het alarmveld dat u wilt uitschakelen of instellen. 7. Druk op ENTER. 8. Kies uit de lijst beschikbare afstanden de afstand waarop u het alarm wilt activeren of kies de optie Uit om het alarm uit te schakelen.
Voorkeuren 82 Zomertijd instellen 1. Druk op MENU. 2. Markeer met de joystick de optie Voorkeuren. 3. Druk op ENTER. 4. Markeer met de joystick de optie Klok. 5. Druk op ENTER. 6. Markeer met de joystick het veld Locatie. 7. Druk op ENTER. 8. Markeer met de joystick het veld Locatie. 9. Druk op ENTER. Kies Verenigde Staten, Europese Unie, Aanpassen of Uitschakelen. Druk op ENTER. 10. Bij Aanpassen: U moet de gegevens voor start en einddatum van de zomertijd invoeren.
Specificaties 83 . Prestatie Ontvanger 14 parallelle kanalen, volgt maximaal 14 satellieten om gegevens te berekenen en bij te werken Antenne Via plugaansluiting Acquisitietijd (optimale condities) Verversingssnelheid Warm minder dan 1 minuut Koud minder dan 2 minuten 1 maal per seconde Precisie Positie 7 meter, 95% 2D RMS w/WAAS/EGNOS <3 meter, 95% 2D RMS Snelheid 0,1 knopen RMS in stabiele toestand Snelheid 951 MPH - 1530,5 km/u Hoogte 60.000 voet - 18.
Specificaties Voeding Bron 4 AA-batterijen Levensduur batterijen Tot 19 uur met lage achtergrondverlichting Geheugen 64 MB intern geheugen Coördinatensystemen Beschikbaar 11 en 1 gebruikersgrid Lat/Lon, UTM, OSGB, Iers, Zwitsers, Zweeds, Fins, Duits, Frans, USNG en MGRS Routes Totaal Onbeperkt (bij gebruik van SD cards) GOTO-route Terugwegroute Lengte naam 10 karakters (inclusief spaties) Tracklogs Totaal Onbeperkte opslag van tracklogs plus actieve tracklog (met SD-cards) 84
Specificaties Bezienswaardigheden (POI’s) Door gebruiker ingevoerd Totaal Onbeperkt aantal opgeslagen Points of Interest (met SD-cards) Lengte naam 20 karakters (inclusief spaties) Intern (geïntegreerd in achtergrondkaart) Categorieën Steden, hoofdwegen, luchthavens, waterwegen en parken Navigatieschermen Kaart Met achtergrondkaart en 2 gegevensvelden (configureerbaar) Kompas Met grafisch kompas en 2 gegevensvelden (configureerbaar) Positie Met positie, hoogte, precisie, datum en tijd, triptell
Accessoires 86 Verbreed het gebruik van uw Magellan eXplorist tijdens uw reizen met de accessoires uit de Magellan Online Store. Draagtas Draaikogelhouder Fietsmontagebeugel Fietsmontage Deze speciaal voor de Magellan eXplorist ontworpen robuuste zwarte canvas draagtas is eenvoudig te bevestigen aan onze gordel of pakriem. Deze tas heeft handige vakken voor het meenemen van extra batterijen. Bescherm uw Magellan eXplorist onderweg of bij het opbergen.
Contact opnemen met Magellan Support 87 Contact opnemen met Magellan Support De nu volgende informatie is belangrijk in het geval u ondersteuning voor uw Magellan eXplorist nodig hebt. U kunt uw vragen of opmerkingen dan direct aan de juiste persoon bij Thales Navigation richten.