Operation Manual
Magellan eXplorist Instellingen
Magellan eXplorist 510 / 610 / 710 Handleiding 33
Tracks
Deze instelling stelt de interval in waarna
trajectpunten worden opgeslagen. Auto gebruikt een
interne formule die het aantal trjectpunten verhoogt
dat tijdens bochten wordt opgeslagen en verlaagt dat
tijdens het rechtuit rijden wordt opgeslagen.
De logboekmodus voor trajecten instellen
1. Open het menu Instellingen.
2. Tik op de knop Tracks.
3. Tik op de keuzelijst Logboekmodus en
stel de interval in voor het vastleggen van
trajectpunten.
Als u "Tijd" of "Afstand" instelt, moet u de
tijd- of afstandintervallen instellen in de
aanvullende keuzelijst.
Sensors (eXplorist 610/710)
De sensor voor het elektronische kompas
(aan/uit)
1. Open het menu Instellingen.
2. Tik op de knop Sensors.
3. Tik op de keuzeijst Elektronisch kompas en
selecteer Aan of Uit.
De sensor voor de barometer (aan/uit)
1. Open het menu Instellingen.
2. Tik op de knop Sensors.
3. Tik op de keuzeijst Barometer en selecteer Aan
of Uit.
Naar het GPS-kompas overschakelen
1. Open het menu Instellingen.
2. Tik op de knop Sensors.
3. Tik op de keuzelijst Switch to GPS Compass
(Overschakelen op GPS-kompas) en denieer
de reissnelheid als het punt voor omschakelen
van de kompassensor naar GPS om de
richting te berekenen.
Mediapunten (aan/uit)
Mediapunten zijn locaties op de kaart waar een
foto, video of spraakmemo is opgeslagen.
1. Open het menu Instellingen.
2. Tik op de knop Kaartopties.
3. Tik op de keuzelijst Mediapunten weergeven
en selecteer of mediapunten op de kaart
worden weergegeven.
Kaart tekenen modus
1. Open het menu Instellingen.
2. Tik op de knop Kaartopties.
3. Tik op de keuzelijst Kaart tekenen modus en
selecteer Exclusief of Hybride.
Eenheden (Maateenheden)
Maateenheden voor afstanden instellen
1. Open het menu Instellingen.
2. Tik op de knop Kaartopties.
3. Tik op de keuzelijst Afstand en selecteer de
gewenste maateenheid.
Maateenheden voor snelheden instellen
1. Open het menu Instellingen.
2. Tik op de knop Kaartopties.
3. Tik op de keuzelijst Snelheid en selecteer de
gewenste maateenheid.
Maateenheden voor hoogte instellen
1. Open het menu Instellingen.
2. Tik op de knop Kaartopties.
3. Tik op de keuzelijst Hoogte en selecteer de
gewenste maateenheid.
Gebiedseenheden instellen
1. Open het menu Instellingen.
2. Tik op de knop Kaartopties.
3. Tik op de keuzelijst Gebiedseenheden en
selecteer de gewenste maateenheid.