Installation Instructions

6
4. Voorbereiding van de installatie
De aandrijving bestaat uit 2 delen: de motorkop (1) met de afstandsbediening, en de één- of tweedelige rail met
tandriem/ketting (2) van 3 m, 4 m of 5 m met een respectievelijke koers van 245 cm, 345 cm of 445 cm (zie fig. 1).
In geval van een tweedelige rail, verbind de twee stukken aan elkaar met het koppelstuk (3).
Schuif de rail tot het einde in de motorkop (4) (zie
(5) fig. 1). Maak de schroef op het einde van de
rail (1) los zodat de tandriem of ketting gemakkelijk
over het aandrijfwiel in de motorkop kan gelegd
worden. Schroef vervolgens opnieuw vast zodat de
riem/ketting zich opspant. Controleer of de ketting
voldoende is opgespannen door in het midden van
de rail te voelen dat de speling tussen beide
kettingen niet groter is dan 10-15 mm (3) (zie fig.
2)
De aandrijving aan het plafond bevestigen aan de
kop van de motor en in het midden van de rail. De
middensteun zorgt ervoor dat de rail niet kan
vervormen en garandeert een geruisloze werking.
4.1 Bijkomende vergrendeling
Opgelet: de bestaande mechanische vergrendeling wegnemen.
Als een kracht van meer dan 600 à 800 N wordt gebruikt om de deur te forceren (vb. bij inbraak), en de deur daarbij
6 tot 8 cm opent, treedt de motor automatisch in werking en hersluit de deur.
Opgelet: Probeer NIET de deur met geweld te openen. Dit kan ernstige schade veroorzaken aan de deur en
de reductor. Na de programmering wordt het alarmsignaal, indien dit aangesloten is, gedurende 1 s
geactiveerd om de werking te controleren.
4.2 Bevestiging van de geleiding bij tandriemaandrijving (LOGIC T-serie)
Op toestellen met tandriem aandrijving moet een geleidingsstuk geïnstalleerd worden.
Dit dient gemonteerd te worden om te vermijden dat de tandriem van het tandwiel
springt bij het raken van een obstakel.
Als dit gebeurt worden de eindloopschakelaars ontregeld. Maak het geleidingsstuk vast
met de daarvoor voorziene schroeven. De gaten voor de zeskantsvijzen moeten langs
boven zijn (zie fig 2.2)