Operation Manual
Hoofdstuk 3
Geavanceerde configuratie
8
Wireless ADSL2+ modemrouter
Tabblad Instellingen
Op het tabblad Instellingen vindt u de basisfuncties voor
het instellen van het apparaat.
Raadpleeg de online Help-pagina’s voor gedetailleerde
informatie over het tabblad Instellingen.
Instellingen > Basisinstellingen
In het scherm Basisinstellingen kunt u de algemene
instellingen van het apparaat wijzigen. De volgende
verbindingstypen (en capsulaties) zijn beschikbaar:
• RFC2364PPPoA
• RFC2516PPPoE
• RFC2684Gerouteerd
• IPoA
• RFC 2684 Brug-Dynamisch IP-adres
• RFC 2684 Brug-Vast IP-adres
• Alleen brug
Instellingen > Ethernet
In het scherm Ethernet kunt u de Ethernetinstellingen
van het apparaat configureren. Ook kunt u hier de eerste
Ethernetpoort instellen als WAN-poort.
Instellingen> DDNS
In het scherm DDNS kunt u een vaste host- en domeinnaam
toekennen aan een netwerkcomputer waaraan een
dynamisch IP-adres is toegewezen. Dit is een handige
optie wanneer u de host van uw eigen website, FTP-server
of een andere server achter het apparaat bent.
Instellingen> MAC-adres klonen
Bij sommige serviceproviders moet u een MAC-adres
registreren om verbinding met internet te kunnen maken.
In het scherm MAC-adres klonen kunt u het MAC-adres
gebruiken van een apparaat dat al bij uw serviceprovider
is geregistreerd door dit MAC-adres naar het apparaat te
kopiëren.
Instellingen> Geavanceerde routing
In het scherm Geavanceerde routing kunt u de functies voor
geavanceerde routing van het apparaat configureren,
bijvoorbeeld de bedrijfsmodus, dynamische modus en
statische routing.
Tabblad WLAN
Op het tabblad WLAN kunt u de draadloze functies van
het apparaat configureren.
Raadpleeg de online Help-pagina’s voor gedetailleerde
informatie over het tabblad WLAN.
WLAN> Standaardinstellingen WLAN
In het scherm Standaardinstellingen WLAN kunt u een
netwerk met Wi-Fi Protected Setup™ opzetten, de
radioband wijzigen, de netwerkmodus selecteren, de
naam van het draadloze netwerk (SSID) wijzigen, het
draadloze kanaal wijzigen en SSID-broadcast uitschakelen.
WLAN> WLAN-beveiliging
In het scherm WLAN-beveiliging kunt u de beveiliging van
uw draadloze netwerk(en) configureren. U hebt de keuze
uit een aantal beveiligingsmodi, zoals WPA2.
WLAN> MAC-lter WLAN
In het scherm MAC-filter WLAN kunt u de internettoegang
voor afzonderlijke apparaten op uw draadloze netwerk
beheren (toestaan of blokkeren) door de MAC-adressen
van deze apparaten op te geven.
WLAN> Geavanceerde WLAN-instellingen
In het scherm Geavanceerde WLAN-instellingen kunt u
de geavanceerde draadloze functies van het apparaat
configureren.
Tabblad Opslag (alleen WAG320N)
Op het tabblad Opslag kunt u de instellingen voor een
optioneel extern USB-opslagapparaat, zoals een USB-stick
of harde schijf, configureren.
Raadpleeg de online Help-pagina’s voor gedetailleerde
informatie over het tabblad Opslag.
Opslag > Schijfbeheer
In het scherm Schijfbeheer wordt informatie over
aangesloten USB-opslagapparaten weergegeven.
Bovendien kunt u hier basisbeheertaken voor het
apparaat uitvoeren. Ook bevat dit scherm informatie over
de aangesloten USB-schijf en kunt u via dit scherm een
lege schijf formatteren en de aangesloten schijf veilig
verwijderen.
Opslag > Gedeelde map
In het scherm Gedeelde map kunt u de gedeelde mappen
op een USB-opslagapparaat beheren. Een gedeelde map
is een map op het apparaat waartoe de gebruiker via het
netwerk toegang heeft.