Operation Manual
19
Advanced Wireless-N router
Linksys E2000 Hoofdstuk 2: Geavanceerde configuratie
Applications and Gaming (Toepassingen
en games) > Single Port Forwarding
(Doorsturen één poort)
U kunt het scherm Single Port Forwarding (Doorsturen één poort)
gebruiken om poortservices voor diverse toepassingen aan te
passen.
Als gebruikers dergelijke verzoeken via internet naar uw netwerk
verzenden, stuurt de router de verzoeken door naar de goede
computers (ook servers genoemd). Voordat u laat doorsturen,
moet u vaste IP-adressen toewijzen aan de gebruikte computers.
U kunt dit doen met de functie voor DHCP-reservering in het
scherm Basic Setup (Basisinstellingen); raadpleeg “DHCP-
reservering”, pagina 6.
Applications and Gaming (Toepassingen en games) > Single Port
Forwarding (Doorsturen één poort)
Single Port Forwarding (Enkele poort doorsturen)
Vooraf ingestelde toepassingen zijn als de eerste vijf items
geplaatst. Voer voor elk item het volgende in:
Application Name (Naam toepassing) Selecteer de gewenste
toepassing.
To IP Address (Naar IP-adres) Geef het IP-adres op van de
computer die deze verzoeken moet ontvangen. Als u een vast
IP-adres aan de computer hebt toegewezen, kunt u het vaste IP-
adres opzoeken; raadpleeg “DHCP-reservering”, pagina 6.
Enabled (Ingeschakeld) Selecteer Enabled (Ingeschakeld) om
poort doorsturen in te schakelen.
U kunt de items voor extra toepassingen aanpassen. Voer voor
elk item het volgende in:
Application Name (Naam toepassing) Voer de naam in die u
aan de toepassing wilt geven. De namen mogen niet langer zijn
dan 12 tekens.
External Port (Externe poort) Geef het nummer op van de
externe poort die door de computer of internettoepassing wordt
gebruikt. Raadpleeg de documentatie van de internettoepassing
voor meer informatie.
Internal Port (Interne poort) Geef het nummer op van de
interne poort die door de computer of internettoepassing wordt
gebruikt. Raadpleeg de documentatie van de internettoepassing
voor meer informatie.
Protocol Selecteer het (de) voor deze toepassing gebruikte
protocol(len), namelijk TCP (Transmission Control Protocol),
UDP (User Datagram Protocol) of Both (Beide).
To IP Address (Naar IP-adres) Geef het IP-adres op van de
computer die deze verzoeken moet ontvangen. Als u een vast
IP-adres aan de computer hebt toegewezen, kunt u het vaste
IP-adres opzoeken; raadpleeg
“DHCP-reservering”, pagina 6
.
Enabled (Ingeschakeld) Selecteer Enabled (Ingeschakeld) om
poort doorsturen in te schakelen.
Klik op Save Settings (Instellingen opslaan) om de wijzigingen
door te voeren of klik op Cancel Changes (Wijzigingen
annuleren) om de wijzigingen te annuleren.
Applications and Gaming (Toepassingen
en games) > Port Range Forward
(Doorsturen poortbereik)
In het scherm Port Range Forwarding (Doorsturen poortbereik)
kunt u openbare services op uw netwerk instellen, zoals
webservers, FTP-servers, e-mailservers of andere, gespecialiseerde
internettoepassingen. (Gespecialiseerde internettoepassingen
zijn toepassingen waarvoor toegang tot internet nodig is,
zoals videoconferenties en online games.) Voor sommige
internettoepassingen is doorsturen niet nodig.)
Als gebruikers dergelijke verzoeken via internet naar uw netwerk
verzenden, stuurt de
router
de verzoeken door naar de goede
computers (ook servers genoemd). Voordat u laat doorsturen,
moet u vaste IP-adressen toewijzen aan de gebruikte servers. U
kunt dit doen met de optie voor DHCP-reservering in het scherm
Basic Setup (Basisinstellingen); raadpleeg “DHCP-reservering”,
pagina 6).
Klik op het tabblad DMZ als u alle poorten moet doorsturen naar
één pc.
Applications and Gaming (Toepassingen en games) > Port Range
Forward (Doorsturen poortbereik)
Port Range Forwarding (Doorsturen
poortbereik)
Voer voor elk item het volgende in:
Application Name (Naam toepassing) Voer de naam in die u
aan de toepassing wilt geven. De namen mogen niet langer zijn
dan 12 tekens.
Start~End Port (Start- ~ eindpoort) Geef het aantal of het bereik
van de poort(en) op die door de server of internettoepassing
worden gebruikt. Raadpleeg de documentatie van de
internettoepassing voor meer informatie.
Protocol Selecteer de voor deze toepassing gebruikte
protocollen (TCP, UDP of Both (Beide)).