Handleiding voor Calc Hoofdstuk 1 Starten met Calc Werkbladen gebruiken in LibreOffice Documentatie voor LibreOffice is beschikbaar op www.nl.libreoffice.org/ondersteuning/documentatie/ en www.odfauthors.
ii | Starten met Calc
Auteursrechten Dit document is onder auteursrecht © 2010 – 2016 van de bijdragers die onderstaand zijn genoemd. U mag het verspreiden en/of aanpassen met inachtneming van de condities van GNU General Public License (http://www.gnu.org/licenses/gpl.html), versie 3 of hoger of de Creative Commons Attribution License (http://creativecommons.org/licenses/by/4.0), versie 4 of hoger. Alle handelsmerken in deze gids zijn eigendom van de rechtmatige eigenaars.
Opmerking In deze handleiding wordt de pictogrammenset Klein – Galaxy gebruikt. In te stellen bij Extra > Opties > LibreOffice > Weergave Opmerking voor gebruikers van Mac Sommige toetsaanslagen en menu-items zijn anders op een Mac dan die in Windows en Linux. De tabel hieronder geeft enkele algemene vervangingen voor de instructies in dit hoofdstuk. Voor een meer gedetailleerde lijst, bekijk de Help van deze toepassing.
Inhoud Auteursrechten.................................................................................................iii Opmerking voor gebruikers van Mac................................................................iv Wat is Calc?........................................................................................................7 Werkbladen, bladen en cellen............................................................................7 Het hoofdvenster van Calc.........................................
Alle bladen........................................................................................................... 23 Met kolommen en rijen werken.......................................................................24 Kolommen en rijen invoegen................................................................................... 24 Enkele kolom of rij......................................................................................... 24 Meerdere kolommen of rijen.....................................
Wat is Calc? Calc is de werkbladcomponent van LibreOffice. U kunt het werkblad vullen met gegevens (gewoonlijk numerieke) en dan die gegevens manipuleren om bepaalde resultaten te produceren. Als alternatief kunt u gegevens invoeren en dan Calc gebruiken op een ‘Wat als...’-manier door enkele gegevens te wijzigen en de resultaten te bekijken, zonder dat u het gehele werkblad of blad opnieuw moet typen.
Titelbalk De Titelbalk, bovenaan, geeft de naam van het huidige werkblad weer. Als het werkblad nieuw is, dan is de naam Geen titel X, waarbij X een getal is. Als u een nieuw werkblad voor de eerste keer opslaat, zal u gevraagd worden om een naam in te voeren.
• Invoegen – bevat opdrachten voor het invoegen van elementen, zoals Cellen, Rijen, • • • • • Kolommen, Bladen en Afbeelding in een werkblad. Opmaak – bevat opdrachten voor het aanpassen van de lay-out van een werkblad, zoals Cellen, Pagina, Stijlen en opmaak en Uitlijning. Extra – bevat verschillende functies om u te helpen bij het controleren en aanpassen van uw werkblad, zoals Spellingscontrole, Document delen, Celinhoud, Galerij en Macro's.
• Naamvak – hierin staat de celverwijzing, met een combinatie van een letter en een cijfer, bijvoorbeeld A1. De letter vertegenwoordigt de kolom en het cijfer vertegenwoordigt de rij van de geselecteerde cel. • Functie-Assistent – opent een dialoogvenster waarin u een lijst met beschikbare functies kunt doorzoeken. Dit kan erg handig zijn, omdat het ook weergeeft hoe de functies opgemaakt zijn.
Om de kleur van een bladtab te wijzigen: 1) 1) Klik met rechts op een bladtab en kies Tabkleur in het contextmenu om het dialoogvenster Tabkleur te openen (Afbeelding 4). 2) Kies uw kleur en klik op OK als u klaar bent om het dialoogvenster te sluiten. Afbeelding 3: Dialoogvenster Tabkleur 3) Om meer kleuren aan het kleurenpallet toe te voegen, zie Hoofdstuk 14, LibreOffice aanpassen, van de Handleiding voor beginners, voor meer informatie.
Pagina-opmaakprofiel Geeft het paginaopmaakprofiel van het huidige blad weer. Dubbelklik op dit veld om het paginaopmaakprofiel te bewerken. Het dialoogvenster Paginaopmaakprofiel opent. Modus Invoegen Geeft het type van de modus Invoegen weer. Druk op de toets Ins om de modus te wijzigen. Dit veld is leeg als het werkblad in de modus Invoegen staat en het geeft Overschrijven weer als het in de modus Overschrijven staat.
Werkbladen maken, openen en opslaan Maken en openen Het maken en openen van werkbladen is identiek aan het maken en openen van documenten in de andere modules van LibreOffice. Meer informatie over het maken en openen van werkbladen vindt u in Hoofdstuk1, Kennismaken met LibreOffice, van de Handleiding voor beginners. Sjablonen gebruiken Calc-documenten kunnen ook vanuit sjablonen worden gemaakt.
Afbeelding 5: Dialoogvenster Tekstimport • Opties voor scheidingstekens – bepaalt of uw gegevensset scheidingstekens gebruikt of vaste breedte. – Vaste breedte – scheidt gegevens met een vaste breedte (gelijk aantal letters of cijfers) in kolommen. Klik op de liniaal in het voorbeeldvenster om de breedte in te stellen. – Gescheiden – kies het scheidingsteken die in de gegevensset wordt gebruikt om de gegevens in kolommen te scheiden.
– • Detecteer speciale getallen – als deze optie is ingeschakeld, zal Calc automatisch alle getalformaten detecteren, inclusief speciale getalformaten zoals datum, tijd en wetenschappelijke notatie. – De gekozen taal beïnvloedt ook hoe zulke speciale getallen worden gedetecteerd, aangezien verschillende talen en regio's verschillende conventies voor deze speciale getallen hebben. – Wanneer deze optie is uitgeschakeld, zal Calc alleen decimale getallen detecteren en converteren.
Afbeelding 6. Dialoogvenster Opslaan als 2) Selecteer Bestand > Opslaan als op de Menubalk op het dialoogvenster Opslaan als te openen (Afbeelding 6). 3) Voer, als u dat wilt, een nieuwe naam voor het werkblad in het vak Bestandsnaam in en kies de map waar u het bestand in wilt opslaan. 4) Kies in de keuzelijst Bestandstype het bestandsindeling waarin u het werkblad wilt opslaan en klik op Opslaan.
Afbeelding 7: Venster Bestandsformaat bevestigen Afbeelding 8: Dialoogvenster Tekstbestand exporteren Tip Om te zorgen dat Calc bestanden standaard in Microsoft Excel bestandsindeling opslaat, ga naar Extra > Opties > Laden/Opslaan > Algemeen. In het gedeelte Standaard bestandsindeling en ODF instellingen, kies bij Bestandstype voor Werkblad en bij Altijd opslaan als uw gewenste bestandsindeling.
Navigeren binnen werkbladen Calc heeft vele manieren om binnen een werkblad te navigeren, van cel naar cel en van blad naar blad. U kunt elke methode gebruiken die uw voorkeur heeft. Naar een bepaalde cel gaan Wanneer een cel geselecteerd of in focus is, zijn de randen van de cel geaccentueerd. Wanneer een groep cellen geselecteerd is, is het gebied van de cellen gekleurd.
– – – End verplaatst de celfocus naar rechts, naar de laatste cel in de rij die gegevens bevat. Page Down verplaatst de celfocus een volledig scherm omlaag. Page Up verplaatst de celfocus een volledig scherm omhoog. Werkbladnavigatie Elk blad in een werkblad is afhankelijk van de andere bladen, hoewel verwijzingen ook gekoppeld kunnen zijn van een werkblad naar een andere werkblad. Er zijn drie manieren om tussen bladen in een werkblad te navigeren.
Tabel 1. Celnavigatie met het toetsenbord Toetscombinatie Verplaatsing → Eén cel naar rechts ← Eén cel naar links ↑ Eén cel naar boven ↓ Eén cel naar beneden Ctrl+→ Verplaatst de celfocus naar rechts, naar de eerste kolom in de rij die gegevens bevat, als de huidige cel leeg is. Verplaatst de celfocus naar rechts, naar de laatste kolom in de rij die gegevens bevat, als de huidige cel gegevens bevat.
De effecten van de Enter-toets aanpassen U kunt de richting waarin de Enter-toets de focus verplaatst aanpassen door naar Extra > Opties > LibreOffice Calc > Algemeen te gaan. Kies de richting in de keuzelijst. Afhankelijk van het gebruikte bestand of het type van gegevens dat wordt ingevoerd, kan een andere richting handig zijn. De Enter-toets kan ook gebruikt worden om de modus Bewerken aan of uit te zetten.
Tip U kunt ook een aaneensluitend bereik van cellen selecteren door eerst te klikken in het veld voor de selectiemodus op de Statusbalk (Afbeelding 4 op pagina 11) en dat dan wijzigen naar Selectie uitbreiden, vóór het klikken in de tegenoverliggende hoek van het celbereik. Indien u deze methode gebruikt, zorg er dan voor dat u weer naar Standaard selectie wijzigt of u zult ongewenst een cel-selectie uitbreiden.
Afbeelding 12. Vak Alles selecteren Bladen selecteren U kunt één of meerdere bladen in Calc selecteren. Het kan soms zijn voordelen hebben om meerdere bladen te selecteren als u op meerdere bladen tegelijk wijzigingen wilt maken. Eén enkel blad Klik op de bladtab voor het blad dat u wilt selecteren. De actieve bladtab wordt wit (standaardinstelling). Meerdere opeenvolgende bladen Om meerdere opeenvolgende bladen te selecteren: 1) Klik op de bladtab van het eerste gewenste blad.
Met kolommen en rijen werken Kolommen en rijen invoegen Opmerking Als u één nieuwe enkele kolom invoegt, wordt die ingevoegd links van de gemarkeerde kolom. Als u één nieuwe enkele rij invoegt, wordt die ingevoegd boven de gemarkeerde rij. Cellen in de nieuwe kolommen of rijen worden opgemaakt zoals de overeenkomende cellen in de kolom voor of rij links van de nieuwe kolom of rij.
Of 1) Klik in de kolom- of rijkop om de kop om of rij te selecteren. 2) Ga naar Bewerken op de Menubalk en kies Cellen verwijderen of klik met rechter en kies Verwijder geselecteerde rijen of Verwijder geselecteerde kolommen in het contextmenu. Meerdere kolommen of rijen Om meerdere kolommen of rijen te verwijderen: 1) Selecteer het gewenste aantal kolommen of rijen, zie Meerdere kolommen of rijen op pagina 22, voor meer informatie.
• Klik met rechts op de bladtab waar u een nieuw blad wilt invoegen en kies Blad invoegen. • Klik in de lege ruimte aan het einde van de regel met bladtabs. • Klik met rechts in de lege ruimte aan het einde van de regel met bladtabs en kies Blad invoegen in het contextmenu. Elke methode, behalve klikken op het plusteken, zal het dialoogvenster Blad invoegen (Afbeelding 14) openen. Hier kunt u selecteren of het nieuwe blad vóór of ná het geselecteerde blad moet komen en hoeveel bladen u wilt invoegen.
Het dialoogvenster Verplaats/Kopieer werkblad gebruiken Met het dialoogvenster Verplaats/Kopieer werkblad kunt u precies opgeven of u het blad in hetzelfde of naar een ander werkblad wilt verplaatsen of kopiëren, de positie ervan binnen het werkblad en de naam van het blad. 1) In het huidige document, klik met rechts op de bladtab dat u wilt verplaatsen of kopiëren en kies Blad verplaatsen/kopiëren in het contextmenu of ga naar Bewerken > Blad > Verplaatsen/kopiëren op de Menubalk.
Opmerking Bladnamen moeten beginnen met een letter of een nummer; andere tekens, zoals spaties zijn niet toegestaan. Afgezien van het eerste teken van de bladnaam zijn letters, getallen, spaties en het onderstrepingstekens toegestaan. Een poging om het blad te hernoemen met een ongeldige naam zal een foutbericht produceren. Calc weergeven De documentweergave wijzigen Gebruik de zoomfunctie om meer of minder celen in het venster van uw werkblad weer te geven.
Twee lijnen verschijnen op het scherm, een horizontale lijn boven deze cel en een verticale lijn links van deze cel. Als u nu over het scherm schuift, zal alles boven en links van deze lijnen in beeld blijven. Fixeren opheffen Selecteer Venster > Fixeren om het fixeren van rijen of kolommen op te heffen. Het vinkje voor Fixeren zal verdwijnen en de zwaarder lijn die het fixeren aangeeft verdwijnt.
Afbeelding 18: Splitsbalkjes Horizontaal en verticaal splitsen 1) Klik in de cel direct onder de rijen en direct rechts naast de kolommen, waar u het scherm horizontaal en verticaal wilt splitsen. 2) Ga naar Venster op de Menubalk en kies Splitsen. Een dikkere lijn verschijnt tussen de rijen en kolommen die aanduidt waar de splitsing geplaatst is. Een voorbeeld van een splitslijn wordt onder rij 2 in Afbeelding 17.
• Objecten zijn veel eenvoudiger te vinden als u ze herkenbare namen heeft gegeven toen u • ze maakte, in plaats van de standaardnaam van LibreOffice te gebruiken, zoals Blad1, Tabel1, Tabel2 enzovoort. Merk op dat de nummering in de standaardnamen niet corresponderen met de volgorde van de objecten in het werkblad.
– – u een hyperlink invoegt die naar een geopend document verwijst, moet u het document opslaan vóórdat u de hyperlink kunt gebruiken. Als koppeling invoegen – maakt een koppeling aan als u een object vanuit de Navigator in een document sleept en neerzet. Als kopie invoegen – maakt een kopie aan als u een object vanuit de Navigator in een document sleept en neerzet.
• Terug naar standaard – zet de bewerkingstijd naar nul, de aanmaakdatum naar de • huidige datum en tijd en het versienummer op 1. De datums van aanpassing en afdrukken worden ook verwijderd. Sjabloon – toont het sjabloon waarmee et document is gemaakt. Beschrijving Bevat beschrijvende informatie over het werkblad. • Titel – voer een titel voor het document in. • Onderwerp – voer een onderwerp voor het document in.
Statistiek Toont statistieken van het huidige document. • Aantal bladen – het aantal bladen in het bestand. Deze statistiek telt geen tabellen mee die als OLE objecten zijn ingevoegd. Aantal cellen – het aantal cellen met inhoud in het bestand. • • Aantal pagina's – het aantal pagina's in het bestand.