Operation Manual

86
1-3. Antidiefstalsysteem
Het controlelampje knippert nadat
het contact UIT is gezet om aan te
geven dat het systeem in werking is.
Het controlelampje stopt met knip-
peren als het contact in stand ACC
of AAN wordt gezet om aan te
geven dat het systeem is uitgescha-
keld.
Onderhoud van het systeem
De auto is voorzien van een onderhoudsvrije startblokkering.
Omstandigheden die de werking van het systeem kunnen beïnvloeden
Afhankelijk van omgevingsinvloeden en omstandigheden werkt de startblokkering
mogelijk niet goed. Hierdoor kan het hybridesysteem mogelijk niet gestart worden.
(Blz. 142)
Startblokkering
De sleutels van de auto zijn uitgerust met ingebouwde transponder-
chips die voorkomen dat het hybridesysteem gestart kan worden met
een sleutel die niet in een eerder stadium is geregistreerd in de compu-
ter van de auto.
Laat de sleutels nooit in de auto achter.