Operation Manual
379
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
■ De onderdelen van het Pre-Crash Safety-systeem kunnen worden geactiveerd als
● Pre-Crash-waarschuwing:
Auto's zonder camerasensoren
• De schakelaar PRE CRASH OFF niet is ingedrukt.
• De rijsnelheid hoger is dan ongeveer 15 km/h.
• De snelheid waarmee uw auto het obstakel of de voor u rijdende auto nadert,
hoger is dan ongeveer 15 km/h.
Auto's met camerasensoren
• De schakelaar PRE CRASH OFF niet is ingedrukt.
• De rijsnelheid hoger is dan ongeveer 5 km/h.
• De snelheid waarmee uw auto het obstakel of de voorliggende auto nadert,
hoger is dan 5 km/h.
● Pre-Crash-veiligheidsgordels (voorwaarden voor werking A):
• De rijsnelheid hoger is dan ongeveer 30 km/h.
• Het systeem een noodstop of een slip signaleert.
• De inzittenden voor de veiligheidsgordel dragen.
● Pre-Crash-veiligheidsgordels (voorwaarden voor werking B):
• De rijsnelheid hoger is dan ongeveer 5 km/h.
• De snelheid waarmee uw auto het obstakel of de voor u rijdende auto nadert,
hoger is dan ongeveer 30 km/h.
• De inzittenden voor de veiligheidsgordel dragen.
● Pre-Crash Brake Assist:
• De schakelaar VSC OFF niet is ingedrukt.
• De rijsnelheid hoger is dan ongeveer 30 km/h.
• De snelheid waarmee uw auto het obstakel of de voor u rijdende auto nadert,
hoger is dan ongeveer 30 km/h.
• Het rempedaal is ingetrapt.