Operation Manual
37
1-1. Voor een veilig gebruik
1
Veiligheid en beveiliging
Omhoogschuiven van het schou-
derbevestigingspunt
Omlaagschuiven van het schou-
derbevestigingspunt
Schuif voor kinderen of mensen die
kleiner zijn dan gemiddeld, de com-
fortgeleider van de veiligheidsgor-
del naar voren om ervoor te zorgen
dat de schoudergordel niet vlak bij
de nek zit.
De gordelspanners helpen bij het
op hun plaats houden van de inzit-
tenden doordat ze de gordels snel
strak tegen het lichaam aantrekken
bij bepaalde soorten ernstige fron-
tale aanrijdingen.
De gordelspanners van de zitplaatsen
voor worden ook geactiveerd als de
auto betrokken raakt bij bepaalde
soorten ernstige aanrijdingen van
opzij.
De gordelspanners worden niet geac-
tiveerd bij lichtere frontale aanrijdin-
gen of aanrijdingen van opzij, bij
aanrijdingen van achteren of wanneer
de auto over de kop slaat.
Afstellen van de hoogte van het schouderbevestigingspunt van de
veiligheidsgordel (voorstoelen)
1
2
Comfortgeleider veiligheidsgordel (buitenste zitplaatsen achter)
Gordelspanners (voor en buitenste zitplaatsen achter)