Operation Manual

351
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
Camera Lexus Parking Assist Monitor
De camera voor de Parking
Assist Monitor is boven de kente-
kenplaat geplaatst.
Gebruik van de camera
Als de cameralens vuil is, kan deze geen duidelijk beeld overbrengen.
Als zich waterdruppels, sneeuw of modder op de lens bevinden, spoel
dit dan af met water en veeg de lens droog met een zachte doek. Reinig
de lens als deze erg vuil is met een mild schoonmaakmiddel en spoel
hem af.
Verschillen tussen het scherm en de werkelijke weg
De afstandslijnen en voertuigbreedtelijnen staan mogelijk niet geheel
parallel aan de zijlijnen van het parkeervak, ook al lijkt dit wel zo. Con-
troleer dit visueel.
De ruimtes tussen de voertuigbreedtelijnen en de linker en rechter zij-
lijn van het parkeervak zijn mogelijk niet gelijk aan elkaar, ook al lijkt dit
wel zo. Controleer dit daarom tevens visueel.
De afstandslijnen geven een idee van de afstand op een vlakke onder-
grond. In elk van de volgende gevallen is er sprake van een foutmarge
tussen de rijlijnen op het scherm en de werkelijke afstand/koers op de
weg.