Operation Manual

342
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Houd het stuurwiel in die stand, controleer uw omgeving visueel en
in de spiegels en rijd achteruit waarbij u de afstandslijnen, enz. als
referentie gebruikt (stap bij “Bediening bij parkeren”).
Wanneer de auto ongeveer in het gewenste parkeervak staat, is de
assistentie bij fileparkeren voltooid (stap bij “Bediening bij parke-
ren”).
Bediening bij parkeren
Het volgende voorbeeld geeft de procedure voor het fileparkeren aan
de rechterzijde van de weg weer. Voer het fileparkeren aan de linker-
zijde uit door in alle stappen links door rechts te vervangen en
andersom.
Zet de auto stil op de hieronder beschreven positie en zet het stuur-
wiel recht.
Grofweg een halve auto-
lengte
Gewenst parkeervak
Ongeveer 1 m
Geparkeerde auto
Uw auto
Een positie waarin u parallel
staat met de weg (of de kant van
de weg) en met ongeveer 1 m
tussen uw auto en de gepar-
keerde auto.
Een positie waarop u op een
halve autolengte vóór de gepar-
keerde auto staat
6
9
7
10
1
1
2
3
4
5