Operation Manual
340
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
■ Bediening bij parkeren
Bij parkeren in een ruimte in tegengestelde richting van de hieronder
beschreven procedure zijn de stuurhandelingen ook in tegengestelde
richting.
Zet de selectiehendel in stand R.
Rijd achteruit tot de Parking
Assist-hulprijlijn de hoek van
de linker scheidslijn van het
parkeervak raakt.
Parking Assist-hulprijlijn
Scheidslijn parkeervak
Draai het stuurwiel geheel naar rechts en rijd langzaam achteruit.
Zet als de auto parallel in het parkeervak staat het stuurwiel recht en
rijd langzaam achteruit totdat de auto geheel in het parkeervak staat.
Breng de auto op een juiste plaats tot stilstand en beëindig het par-
keren.
1
2
1
2
3
4
5