Operation Manual
273
4-4. Tanken
4
Rijden
WAARSCHUWING
■ Bij het tanken
Neem bij het tanken de volgende voorzorgsmaatregelen in acht. Het niet in acht
nemen van de voorzorgsmaatregelen kan resulteren in ernstig letsel.
● Raak na het verlaten van de auto en voor het openen van de tankdop een onge-
verfd metalen oppervlak aan om eventuele statische elektriciteit af te voeren. Het
is belangrijk om statische elektriciteit af te voeren voordat u gaat tanken, omdat
vonken als gevolg van statische elektriciteit brandstofdampen tot ontbranding
kunnen brengen.
● Pak de tankdop bij de greep vast en draai hem langzaam los.
Tijdens het losdraaien van de tankdop kan er een sissend geluid hoorbaar zijn.
Wacht tot het geluid verdwenen is alvorens de tankdop te verwijderen. Bij hoge
buitentemperaturen kan er brandstof uit de vulpijp spuiten.
● Zorg ervoor dat er niemand die de eventueel aanwezige statische elektriciteit
van zijn lichaam niet heeft afgevoerd, in de buurt van een niet afgesloten brand-
stoftank komt.
● Adem de brandstofdampen niet in.
Brandstof bevat stoffen die schadelijk zijn als ze worden ingeademd.
● Rook niet tijdens het tanken.
Als u dat wel doet, kan er brand ontstaan.
● Keer niet naar de auto terug als u statisch geladen bent.
Statische elektriciteit kan vonkvorming en daarmee brand veroorzaken.
■ Bij het tanken
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht om te voorkomen dat de brand-
stoftank overstroomt:
● Plaats het vulpistool nauwkeurig in de vulpijp.
● Stop met het vullen van de tank wanneer het vulpistool automatisch uit klikt.
● Vul de brandstoftank niet tot de rand.
OPMERKING
■ Ta n ke n
Mors geen brandstof tijdens het tanken.
Anders kan schade aan de auto ontstaan, zoals het slecht functioneren van het
emissieregelsysteem of beschadiging van de onderdelen van het brandstofsys-
teem of van de lak.