Operation Manual

263
4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
4
Rijden
Als aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan, wordt het grootlicht
automatisch ingeschakeld (na ongeveer 1 seconde):
De rijsnelheid is hoger dan ongeveer 60 km/h.
Het gebied voor de auto is niet verlicht.
Er zijn geen tegenliggers of voorliggers met ingeschakelde koplam-
pen of achterlichten.
Als aan een van de onderstaande voorwaarden is voldaan, wordt het
dimlicht automatisch ingeschakeld, afhankelijk van de positie van
tegenliggers of voorliggers:
De rijsnelheid wordt lager dan ongeveer 40 km/h.
Het gebied voor de auto is verlicht.
De positie van voorliggers verandert snel en het grootlicht kan de
bestuurders van de andere auto's verblinden.
Als aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan, wordt de variabele
verlichting automatisch ingeschakeld, afhankelijk van de positie van
tegenliggers of voorliggers:
De rijsnelheid is hoger dan ongeveer 60 km/h.
Het gebied voor de auto is niet verlicht.
Condities waaronder grootlicht, dimlicht en variabele verlichting
automatisch worden ingeschakeld