Operation Manual
220
4-1. Voor het rijden
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan resulteren in ernstig letsel.
■ Tijdens het rijden
● Schakel het hybridesysteem tijdens normaal rijden niet uit. Door het uitschakelen
van het hybridesysteem tijdens het rijden verliest u niet de controle over het
stuurwiel of de remmen, maar werkt de bekrachtiging van deze systemen niet
meer. Hierdoor zal het remmen en sturen veel zwaarder gaan dan normaal. Zet
in dat geval de auto aan de kant zodra dit veilig kan.
In geval van nood, bijvoorbeeld als het onmogelijk is om de auto op de normale
manier tot stilstand te brengen: Blz. 843
● Rem bij het afdalen van een steile helling af op de motor (terugschakelen) om de
snelheid te verminderen.
Het continu gebruiken van de remmen kan leiden tot oververhitting en een ver-
minderde remwerking. (Blz. 237)
● Verstel het stuurwiel, de stoel en de binnen- of buitenspiegel niet tijdens het rij-
den.
Anders kunt u de macht over het stuur verliezen.
● Controleer altijd of alle passagiers hun armen, hoofd en andere lichaamsdelen
binnen de auto houden.
■ Rijden op glad wegdek
● Door plotseling remmen, accelereren en sturen kunnen de banden hun grip ver-
liezen, met controleverlies tot gevolg.
● Door plotseling accelereren, afremmen op de motor als gevolg van schakelen of
wijzigingen in het motortoerental kan de auto in een slip raken.
● Trap na het rijden door een plas het rempedaal lichtjes in om ervoor te zorgen dat
de remmen goed werken. Door natte remblokken kan de remwerking afnemen.
Remmen die aan één kant van de auto nat zijn en niet goed werken, kunnen de
besturing bemoeilijken.