Operation Manual

219
4-1. Voor het rijden
4
Rijden
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan resulteren in ernstig letsel.
Bij het wegrijden met de auto
Houd het rempedaal altijd ingetrapt als de auto stilstaat en het hybridesysteem in
werking is. Dit voorkomt kruipen van de auto.
Tijdens het rijden
Zorg ervoor dat u, voordat u wegrijdt, blindelings het gas- en rempedaal kunt vin-
den.
Als u per ongeluk in plaats van het rempedaal het gaspedaal intrapt, zal de
auto onverwacht accelereren, wat een ongeval tot gevolg kan hebben.
Bij het achteruitrijden draait u wellicht uw lichaam, waardoor het bedienen van
de pedalen moeilijk wordt. Zorg dat u de pedalen altijd goed kunt bedienen.
Zorg dat u altijd in de juiste houding achter het stuur zit, ook als de auto maar
kort hoeft te rijden. Zo kunt u rem- en gaspedaal goed bedienen.
Trap het rempedaal met uw rechtervoet in. Wanneer u het rempedaal met uw
linkervoet intrapt, kan in een noodgeval uw reactie vertraagd worden, waar-
door een ongeval kan ontstaan.
De bestuurder moet vooral goed letten op voetgangers als de auto alleen wordt
aangedreven door de elektromotor (tractiemotor). Omdat er geen motorgelui-
den zijn, kunnen voetgangers de beweging van de auto misschien onjuist inschat-
ten.
Rijd niet met de auto over brandbare materialen en parkeer de auto ook niet in
de buurt van dergelijke materialen.
Het uitlaatsysteem en de uitlaatgassen kunnen extreem heet zijn. Deze hete
onderdelen kunnen brand veroorzaken als er licht ontvlambaar materiaal aanwe-
zig is.