Operation Manual

175
3-3. Verstellen van de stoelen
3
Bediening van elk onderdeel
Automatische langsverstelling zitting (bestuurdersstoel)
Als bij het instellen van de stoelpositie de voorzijde van de zitting te dicht bij het
dashboard komt, gaat de zitting automatisch naar achteren.
Automatische onderbreking stoelverstelling (auto's met comfortsysteem)
Als de voorstoel de wegklapbare tafel (uitvoeringen met 4 zitplaatsen) of de verstel-
bare onderbeensteun dreigt te raken tijdens het bedienen van de stoel of wanneer
de automatische wegschuiffunctie in werking is, klinkt er een zoemer zal het weg-
schuiven halverwege stoppen.
(Er verschijnt een waarschuwingsmelding op het multi-informatiedisplay.)
WAARSCHUWING
Wanneer de positie van de stoel wordt aangepast
Let er bij het verstellen van de positie van de stoel op dat de stoel de overige inzit-
tenden van de auto niet raakt omdat deze hierdoor wellicht letsel op zouden kun-
nen lopen.
Houd uw handen niet onder de stoel of in de buurt van bewegende onderdelen,
om letsel te vermijden.
Uw vingers of handen zouden bekneld kunnen raken in het stoelmechanisme.
Stoelen verstellen
Zet de rugleuning niet verder achterover dan noodzakelijk, om te voorkomen dat
u in het geval van een aanrijding onder het heupgedeelte van de veiligheidsgordel
door schiet.
Als de rugleuning te ver achterover staat, kan bij een aanrijding het heupgedeelte
over uw heupen heen schuiven, waardoor er te veel kracht op uw buik wordt uitge-
oefend, of kan het schoudergedeelte van de gordel in contact komen met uw nek,
waardoor ernstig letsel kan ontstaan.
Verstel de stoel niet tijdens het rijden, aangezien de stoel dan onverwachts kan
bewegen. Daardoor kan de bestuurder de controle over de auto verliezen.
Bedienen van de stoel voor de voorpassagier vanaf de bestuurdersstoel of de
achterstoel
Bedien de voorpassagiersstoel niet wanneer iemand op de stoel zit. Zorg er
bovendien voor dat niemand op de stoel gaat zitten als deze versteld wordt of als
de hoofdsteun wordt weggeklapt. Anders kan de voorpassagier met zijn benen
tussen het dashboard en de stoel bekneld raken en kan hij zijn hoofd stoten aan de
hoofdsteun, waardoor letsel kan ontstaan.
Wanneer de positie van de stoel of de verstelbare onderbeensteun voor de voor-
passagier wordt aangepast (indien aanwezig)
Zorg ervoor voor dat er voldoende ruimte overblijft voor de voeten, zodat ze niet
vast komen te zitten.