Operation Manual

387
4-3. Zelf onderhoud en controles uitvoeren
4
Onderhoud en verzorging
■ Initialiseren van waarschuwingssysteem lage bandenspanning
Initialiseer het systeem met de navigatieschakelaar. (Blz. 338)
Parkeer de auto op een veilige plaats en zet het contact UIT.
Als de auto niet stilstaat, kan de initialisatie niet worden uitgevoerd.
Breng de banden op de voorgeschreven spanning. (Blz. 529)
Breng de banden op de voorgeschreven spanning voor de banden in
koude toestand. Deze spanning vormt de referentiespanning voor het
waarschuwingssysteem voor de bandenspanning.
Zet het contact AAN.
Initialisatiedisplay bandenspan-
ning
Houd  of  ingedrukt totdat het ini-
tialisatiedisplay verschijnt.
Vastleggen instellingen banden-
spanning
Houd de toets ON/OFF ingedrukt
totdat het waarschuwingslampje
lage bandenspanning drie keer lang-
zaam knippert.
Laat het contact nog enkele minuten AAN staan en zet het contact
vervolgens UIT.
STAP 1
STAP 2
STAP 3
STAP 4
STAP 5