Operation Manual
35
1-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren en de achterklep
1
Voor het rijden
■ Batterijbesparende functie
Onder de volgende omstandigheden wordt de instapfunctie uitgeschakeld om te voor-
komen dat de accu van de auto en de batterij van de elektronische sleutel ontladen
raken:
● Als de instapfunctie gedurende een maand of langer niet gebruikt is
● Als de elektronische sleutel zich gedurende 10 minuten of langer binnen een
afstand van 1 m van de auto bevindt.
Het systeem keert weer terug naar de normale werking als
● de auto wordt vergrendeld met behulp van de vergrendelschakelaar in de portier-
handgreep.
● de auto wordt vergrendeld/ontgrendeld met behulp van de afstandsbediening.
(Blz. 43)
● de auto wordt vergrendeld met behulp van de mechanische sleutel. (Blz. 495)
■ Levensduur batterij elektronische sleutel
● De standaard levensduur van de batterij is 1 - 2 jaar. (De batterij in de sleutelkaart
heeft een levensduur van ongeveer anderhalf jaar.)
● De batterij raakt ook ontladen als de elektronische sleutel niet wordt gebruikt
omdat de sleutel voortdurend radiogolven uitzendt. Als het Smart entry-systeem
met startknop of de afstandsbediening niet werkt of als de afstand waarbinnen het
systeem werkt kleiner wordt, is de batterij mogelijk ontladen. Vervang de batterij
indien nodig. (Blz. 405)
● Houd, om de levensduur van de batterij niet nodeloos te bekorten, de elektronische
sleutel op een afstand van minimaal 1 m van de volgende elektrische apparaten met
een magnetisch veld:
• Televisietoestellen
•Computers
• Mobiele telefoons, draadloze telefoons en acculaders
• Oplaadapparatuur voor draadloze en mobiele telefoons
• Inductiekookplaten
• Tafellampen