Operation Manual

174
2-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Lichtschakelaar
Inschakelen van grootlicht
Druk bij ingeschakelde koplam-
pen de hendel naar voren om het
grootlicht in te schakelen.
Door de hendel weer in de midden-
stand te zetten, wordt het grootlicht
weer uitgeschakeld.
Trek de hendel naar u toe om het
grootlicht in te schakelen.
Laat de hendel weer los om het
grootlicht uit te schakelen. U kunt
lichtsignalen geven met de koplam-
pen in- of uitgeschakeld.
De koplampen kunnen handmatig of automatisch worden bediend.
Uit
De parkeerlichten vóór,
achterlichten, kente-
kenplaat- en dash-
boardverlichting gaan
branden.
De koplampen en alle
verlichting die hierbo-
ven genoemd is, gaan
branden.
De koplampen en de
parkeerlichten vóór
gaan automatisch aan
en uit
(wanneer het contact
AAN is gezet).