Operation Manual
144
2-1. Rijprocedures
WAARSCHUWING
■ Als u even gaat slapen in de auto
Zet altijd de motor uit. Anders zou u per ongeluk de selectiehendel uit de vrijstand kun-
nen zetten of het gaspedaal in kunnen trappen, waardoor de motor oververhit zou kun-
nen raken en brand kan ontstaan. Verder kunnen de uitlaatgassen in een slecht
geventileerde omgeving zich verzamelen en in de auto terechtkomen, waardoor een
levensgevaarlijke koolmonoxidevergiftiging zou kunnen ontstaan.
■ Tijdens het remmen
● Rijd voorzichtiger als de remmen nat zijn. De remweg neemt toe als de remmen nat
zijn en bovendien kan het vocht ertoe leiden dat de ene kant van de auto sterker
afgeremd wordt dan de andere kant. Ook de werking van de parkeerrem kan door
vocht in negatieve zin beïnvloed worden.
● Rijd niet te dicht achter een andere auto als de rembekrachtiging niet werkt en ver-
mijd afdalingen en scherpe bochten die krachtig afremmen noodzakelijk maken.
In dit geval kan de auto nog wel worden afgeremd maar moet er een hogere kracht
op het rempedaal worden uitgeoefend. Ook neemt de remweg toe.
● Rem niet "pompend" als de motor afgeslagen is.
Bij elke keer intrappen van het rempedaal verbruikt u een gedeelte van de reserve-
voorraad voor de rembekrachtiging.
● Het remsysteem bestaat uit 2 afzonderlijke hydraulische circuits: als een van beide
circuits uitvalt, werkt het andere circuit nog wel. In dat geval moet het rempedaal
krachtiger worden ingetrapt dan gewoonlijk en neemt ook de remweg toe.
Blijf niet doorrijden als één van de remcircuits defect is, maar laat uw remmen zo snel
mogelijk repareren door uw dealer.