Operation Manual

3 Breng de uitsparing (1) op de geheugenkaart op één lijn met de ribbel (2) op de connector.
1
2
4 Druk de geheugenkaart in de connector en druk de kaart in de richting van de wand van controllerkaart tot deze
op zijn plaats klikt.
5 Sluit de beschermkap van de controllerkaart en sluit vervolgens de toegangsklep van de controllerkaart.
Opmerking: Nadat de printersoftware en eventuele hardwareopties zijn geïnstalleerd, is het wellicht nodig om
de opties handmatig toe te voegen in het printerstuurprogramma om deze beschikbaar te maken voor
afdruktaken. Zie “Beschikbare opties bijwerken in het printerstuurprogramma” op pagina 46 voor meer
informatie.
Extra printer instellen 29