Lexmark E460dn, E460dw en E462dtn Gebruikershandleiding januari 2010 Machinetype(n): 4513 Model(len): 630, 63W, 6EW www.lexmark.
Inhoudsopgave Informatie over veiligheid................................................................9 Omgaan met de printer..................................................................11 Hartelijk dank voor het kiezen voor deze printer!...................................................................................................11 Informatie zoeken over de printer................................................................................................................................
Eco-modus gebruiken................................................................................................................................................................... 41 Geluid van de printer beperken ................................................................................................................................................ 42 Spaarstand aanpassen ..............................................................................................................................
Afdruktaken in de wachtstand zetten..................................................................................................................................... 68 Afdrukken van vertrouwelijke taken en andere taken in de wachtrij.......................................................................... 69 Pagina's met informatie afdrukken...............................................................................................................................
Settings (Instellingen), menu........................................................................................................................................100 Algemene instellingen, menu..................................................................................................................................................100 Menu Instellingen.....................................................................................................................................................
Papierstoringen verhelpen..........................................................126 Papierstoringen voorkomen.........................................................................................................................................126 Papierstoringen in de papierbaan herkennen.......................................................................................................127 Informatie over storingsberichten en -locaties................................................................
Selectie verzenden .......................................................................................................................................................................144 Te veel mislukte aanmeldingen via bedieningspaneel ..................................................................................................144 Lade uitgeschakeld ..................................................................................................................................................
Optie functioneert niet goed of helemaal niet meer nadat deze is geïnstalleerd................................................154 Laders................................................................................................................................................................................................154 Flashgeheugenkaart..................................................................................................................................................................
Informatie over veiligheid LET OP—KANS OP LETSEL: zie de bijgesloten Veiligheidsinformatie voor u een elektrische verbinding of een kabelverbinding maakt. Sluit het netsnoer aan op een geaard stopcontact dat zich dicht in de buurt van het product bevindt en dat gemakkelijk bereikbaar is. Plaats dit product niet in de buurt van water of in vochtige omgevingen. LET OP—KANS OP LETSEL: Dit product maakt gebruik van een laser.
LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Gebruik de faxfunctie niet tijdens onweer. Tijdens onweer moet u dit product niet installeren en geen elektrische verbindingen aanleggen, bijvoorbeeld voor de faxfunctie, of kabels en snoeren aansluiten, zoals een netsnoer of telefoonlijn. Raadpleeg de Gebruikershandleiding van het product voor aanvullende veiligheidsvoorschriften. BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
Omgaan met de printer Hartelijk dank voor het kiezen voor deze printer! We hebben ons best gedaan om er zeker van te zijn dat hij aan uw verwachtingen zal voldoen. Als u uw nieuwe printer meteen wilt gebruiken, kunt u de installatiematerialen van de printer gebruiken en de Gebruikershandleiding doornemen om de zien hoe u de elementaire taken uitvoert. Om de printer optimaal te laten functioneren, leest u de Gebruikershandleiding zorgvuldig door en kijkt u op onze website voor de nieuwste updates.
Gewenste informatie Bron Hulp bij de printersoftware Hulp voor Windows of Mac: open een printersoftwareprogramma of –toepassing en klik vervolgens op Help. Klik op om contextgevoelige informatie te bekijken. Opmerkingen: • De Help-bestanden worden automatisch tegelijk met de printersoftware geïnstalleerd. • De printersoftware bevindt zich afhankelijk van uw besturingssysteem in de programmamap voor de printer of op het bureaublad.
5 1 4 3 1 Achter 2 300 mm 2de twee Rechterkant 200 mm 3 Voor 300 mm 4 Linkerkant 12,7 mm 5 Bovenzijde 300 mm Printerconfiguraties Basismodel In de volgende afbeelding wordt de voorzijde van de printer weergegeven met de basisfuncties en onderdelen: Omgaan met de printer 13
1 Ontgrendelingsknop op voorklep 2de twee Papierstop 3 Standaarduitvoerlade 4 Bedieningspaneel van de printer 5 Klep van systeemkaart 6 Standaardlade voor 250 vel (lade 1) 7 Klep van universeellader 8 Voorklep In de volgende afbeelding wordt de achterzijde van de printer weergegeven met de basisfuncties en onderdelen: Omgaan met de printer 14
1 Achterklep 2de twee Ethernetpoort 3 USB-poort 4 Parallelle poort Opmerking: Niet op alle modellen beschikbaar.
Geconfigureerde modellen In de volgende afbeelding wordt een printer weergegeven die is geconfigureerd met een optionele lader voor: 1 Ontgrendelingsknop op voorklep 2de twee Papierstop 3 Standaarduitvoerlade 4 Bedieningspaneel van de printer 5 Klep van systeemkaart 6 Standaardlade voor 250 vel (lade 1) 7 Optionele lader voor 250 of 550 vel (lade 2) 8 Klep van universeellader 9 Voorklep Informatie over het bedieningspaneel van de printer Het volgende diagram geeft het bedieningspaneel van d
De volgende diagrammen en tabellen geven informatie over de items op het bedieningspaneel van de printer: Item 1 Beschrijving Knop Menu's ( ) Hiermee opent u de menu's Opmerking: De menu's zijn alleen beschikbaar als de printer zich in de stand Gereed bevindt. 2 Knop Terug ( 3 Knop Stoppen ( ) Hiermee keert de display terug naar het vorige scherm. ) Hiermee wordt elke activiteit van de printer gestopt. drukt, wordt het scherm Stoppen weergegeven op de Als u tijdens het afdrukken op display.
Item Beschrijving Indicatielampje 4 Geeft de printerstatus aan: • Uit: de stroom is uitgeschakeld. • Knippert groen: de printer is bezig met opwarmen, verwerken van gegevens of afdrukken. • Groen: de printer is ingeschakeld, maar niet actief. • Brandt rood: ingrijpen van gebruiker is vereist. Item Beschrijving 1 Display 2 Knop Selecteren ( Berichten weergeven over de huidige status van de printer en mogelijke problemen die moeten worden opgelost.
Item 1 Beschrijving Toetsenblok Hiermee kunt u cijfers of symbolen invoeren als op de display een veld wordt weergegeven waarin u cijfers of symbolen moet opgeven. De standaarduitvoerlade en papierstop gebruiken De standaarduitvoerlade kan max. 150 vel van 75g/m2 bevatten. Afdrukken worden met de afdrukzijde naar beneden afgeleverd. De standaarduitvoerlade bevat een papierstop die voorkomt dat papier uit de voorzijde van de lade glijdt wanneer dit wordt opgestapeld.
Opmerkingen: • Laat de papierstop niet in de geopende positie staan als u afdrukt op transparanten. Als u dit wel doet, ontstaan er mogelijk vouwen in de transparanten. • Als u de papier naar een andere locatie verplaatst, moet de papierstop gesloten zijn.
Extra printer instellen Interne opties installeren LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Als u de systeemkaart opent of optionele hardware of geheugenapparaten installeert nadat u de printer hebt ingesteld, dient u voordat u doorgaat eerst de printer uit te schakelen en de stekker uit het stopcontact te halen. Als u andere apparaten hebt aangesloten op de printer, moet u deze ook uitschakelen en alle kabels losmaken die zijn aangesloten op de printer.
Klep van systeemkaart openen voor installatie van interne opties LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Als u de systeemkaart opent of optionele hardware of geheugenapparaten installeert nadat u de printer hebt ingesteld, dient u voordat u doorgaat eerst de printer uit te schakelen en de stekker uit het stopcontact te halen. Als u andere apparaten hebt aangesloten op de printer, moet u deze ook uitschakelen en alle kabels losmaken die zijn aangesloten op de printer.
6 Connector voor optionele kaart Geheugenkaart installeren LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Als u de systeemkaart opent of optionele hardware of geheugenapparaten installeert nadat u de printer hebt ingesteld, dient u voordat u doorgaat eerst de printer uit te schakelen en de stekker uit het stopcontact te halen. Als u andere apparaten hebt aangesloten op de printer, schakel deze dan ook uit en koppel de kabels los van de printer.
6 Duw de geheugenkaart in de connector totdat de vergrendelingen vastklikken. U zult wellicht enige kracht moeten uitoefenen om de kaart volledig in de connector te drukken. 7 Zorg ervoor dat beide vergrendelingen in de uitsparingen aan beide zijden van de kaart passen. 8 Sluit de klep van de systeemkaart. 9 Zet de printer weer aan. 10 Open de map Printers: a Klik op of klik op Start en dan op Uitvoeren. b Typ in het vakje van Start zoeken of Uitvoeren control printers. c Druk op Enter of klik op OK.
12 Klik op Properties (Eigenschappen). 13 Klik op Opties installeren. Opmerking: geheugenkaarten die zijn ontworpen voor andere printers, werken mogelijk niet met uw printer. 14 Klik op Printer vragen. 15 Klik op OK. 16 Klik op OK en sluit vervolgens de map Printers. Flashgeheugenkaart of firmwarekaart installeren De systeemkaart heeft twee connectoren voor een optionele flashgeheugenkaart of firmwarekaart. Slechts één van elk kan worden geïnstalleerd, maar de connectoren zijn uitwisselbaar.
3 Houd de kaart aan de zijkanten vast en breng de kaart op gelijke hoogte met de connector op de systeemkaart. 4 Druk de kaart stevig op zijn plaats. Opmerkingen: • De connector van de kaart moet over de gehele lengte in aanraking zijn met de systeemkaart. • Let erop dat de aansluitpunten niet beschadigd raken. 5 Sluit de toegangsklep van de systeemkaart.
Een optionele lader wordt onder de printer bevestigd. Een lader bestaat uit twee delen: een lade en een standaard. De printer ondersteunt één optionele lader; u kunt een lader installeren voor 250 of voor 550 vel. LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Als u de systeemkaart opent of optionele hardware of geheugenapparaten installeert nadat u de printer hebt ingesteld, dient u voordat u doorgaat eerst de printer uit te schakelen en de stekker uit het stopcontact te halen.
6 Lijn de buitenkant van de printer uit met de verste randen van de lade, en laat de printer vervolgens langzaam op zijn plaats zakken. 7 Zet de printer weer aan. 8 Open de map Printers: a Klik op of klik op Start en dan op Uitvoeren. b Typ in het vakje van Start zoeken of Uitvoeren control printers. c Druk op Enter of klik op OK. De map Printers wordt geopend. 9 Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van uw printer. 10 Klik op Properties (Eigenschappen). 11 Klik op Opties installeren.
Kabels aansluiten 1 Sluit de printer aan op een computer of een netwerk. • Gebruik een USB-kabel of een parallelle kabel voor een lokale verbinding. • Gebruik een Ethernet-kabel voor een netwerkverbinding. 2 Sluit het netsnoer eerst aan op de printer en vervolgens pas op een correct geaard stopcontact. 1 Ethernetpoort 2de twee USB-poort Let op—Kans op beschadiging: Raak tijdens het afdrukken niet de USB-kabel, netwerkadapters of het aangegeven deel van de printer aan.
Printerconfiguratie controleren Pagina met menu-instellingen afdrukken Druk een pagina met menu-instellingen af om de huidige menu-instellingen te bekijken en te controleren of de printeropties correct zijn geïnstalleerd. Opmerking: als u nog geen wijzigingen hebt aangebracht in de instellingen van de menu-items, worden alle standaardinstellingen weergegeven op de pagina met menu-instellingen.
De printersoftware instellen Printersoftware installeren Het printerstuurprogramma is een stukje software dat zorgt voor de communicatie tussen de computer en de printer. De printersoftware wordt geïnstalleerd tijdens de eerste printerinstallatie. Voor Windows-gebruikers 1 Sluit alle geopende softwareprogramma's. 2 Plaats de cd Software en documentatie. 3 In het dialoogvenster van de hoofdinstallatie klikt u op Printer en software installeren. 4 Volg de instructies op het beeldscherm.
4 Klik op het tabblad Opties installeren. 5 Voeg onder Beschikbare opties eventuele geïnstalleerde hardwareopties toe. 6 Klik op Toepassen. Voor Macintosh-gebruikers Mac OS X versie 10.5 of later 1 Klik op Systeemvoorkeuren in het Apple-menu. 2 Klik op Afdrukken & faxen. 3 Selecteer de printer en klik vervolgens op Opties & Supplies. 4 Klik op Stuurprogramma en voeg eventuele geïnstalleerde hardwareopties toe. 5 Klik op OK. In Mac OS X versie 10.
• Beveiligingsmethode: er zijn drie opties voor de beveiligingsmethode: – WEP-sleutel Als uw netwerk meerdere WEP-sleutels gebruikt, kunt u er maximaal vier opgegeven in de daarvoor bestemde plaatsen. Selecteer de sleutel die momenteel wordt gebruikt op het netwerk door de standaardsleutel voor WEP-verzending te selecteren. of – WPA- of WPA2-wachtwoorden WPA bevat codering als een extra beveiligingsniveau. U kunt kiezen uit AES of TKIP.
Schakel geen USB-kabel aan totdat de instructies hiervoor op het scherm verschijnen. 2 Plaats de cd Software en documentatie. 3 Klik op Printer en software installeren. 4 Klik op Akkoord om de licentieovereenkomst te accepteren. 5 Klik op Aanbevolen en vervolgens op Volgende. 6 Klik op Draadloos netwerk aansluiten. 7 Sluit tijdelijk een USB-kabel aan tussen de computer op het draadloze netwerk en de printer.
De printer installeren op een draadloos netwerk (Macintosh) Configuratie van de printer voorbereiden 1 Zoek het MAC-adres van de printer op het blad dat bij de printer is geleverd. Schrijf de laatste zes cijfers van het MAC-adres op in het vakje hieronder: MAC-adres: ___ ___ ___ ___ ___ ___ 2 Sluit het netsnoer aan op de printer en steek de stekker in een geaard stopcontact, schakel de stroom van de printer in. 2 1 Voer de printerinformatie in 1 Open de AirPort-opties. In Mac OS X versie 10.
De printer configureren voor draadloze toegang 1 Typ de naam van uw netwerk (SSID) in het daarvoor bedoelde veld. 2 Selecteer Infrastructuur als uw Netwerkmodus als u gebruikmaakt van een draadloze router. 3 Selecteer het type beveiliging dat u wilt gebruiken om uw draadloze netwerk te beschermen. 4 Voer de beveiligingsinformatie in die nodig is om de printer toe te voegen aan uw draadloze netwerk. 5 Klik op Submit (Verzenden). 6 Open de AirPort-toepassing op uw computer: In Mac OS X versie 10.
3 Klik op +. 4 Selecteer de printer uit de lijst. 5 Klik op Voeg toe. In Mac OS X 10.4 en eerder 1 Kies in de Finder Ga > Programma's. 2 Dubbelklik op de map Hulpprogramma's. 3 Dubbelklik op Printer Setup Utility (Printerconfiguratie) of Print Center (Afdrukbeheer). 4 Kies Voeg toe in de printerlijst. 5 Selecteer de printer uit de lijst. 6 Klik op Voeg toe. b Voor afdrukken via AppleTalk: In Mac OS X versie 10.5 1 Kies vanuit het Apple-menu Systeemvoorkeuren. 2 Klik op Afdrukken en faxen. 3 Klik op +.
Als de cd na een minuut niet wordt gestart, gaat u als volgt te werk: a Klik op of klik op Start en dan op Uitvoeren. b Typ in het vakje van Start zoeken of Uitvoeren D:\setup.exe, waarbij D de letter van uw cd-rom- of dvdromstation is. 2 Klik op Printer en software installeren. 3 Klik op Akkoord om de licentieovereenkomst te accepteren. 4 Selecteer Aanbevolen en klik vervolgens op Volgende.
In Mac OS X versie 10.5 en later 1 2 3 4 5 6 Kies vanuit het Apple-menu Systeemvoorkeuren. Klik op Afdrukken en faxen. Klik op +. Klik op IP. Typ het IP-adres van de printer in het adresveld. Klik op Voeg toe. In Mac OS X 10.4 en eerder 1 2 3 4 5 6 7 Kies in de Finder Ga > Programma's. Dubbelklik op Utilities. Dubbelklik op Printerconfiguratie of Afdrukbeheer. Kies Voeg toe in de printerlijst. Klik op IP. Typ het IP-adres van de printer in het adresveld. Klik op Voeg toe.
Minimaliseer de invloed die uw printer op het milieu heeft Lexmark hecht veel belang aan duurzaamheid en verbetert voortdurend zijn printers om de invloed ervan op het milieu te verminderen. Wij houden bij het ontwerpen rekening met het milieu, maken onze verpakkingen zelf om het materiaalgebruik terug te brengen en zorgen voor inzamel- en recyclingprogramma’s. Zie voor meer informatie: • Het hoofdstuk Kennisgevingen • Het gedeelte Duurzaamheid van de Lexmark website op www.lexmark.
Uw eerste ontwerp op fouten controleren Voordat u een document afdrukt of meerdere malen kopieert. • Controleer hoe uw document er uit komt te zien met de afdrukvoorbeeldfunctie voordat u het afdrukt. Deze functie kunt u selecteren via het dialoogvenster Afdrukken of de Lexmark-werkbalk. • Druk één exemplaar van het document af om de inhoud en indeling op fouten te controleren. Vermijd papierstoringen Selecteer en plaats papier zorgvuldig om papierstoringen te voorkomen.
5 Druk op de pijl-omhoog of de pijl-omlaag tot Eco-modus wordt weergegeven en druk vervolgens op . 6 Druk op de pijl-omhoog of pijl-omlaag om door de lijst met mogelijke instellingen te bladeren. Druk op bij de gewenste instelling. Selectie indienen... verschijnt. Geluid van de printer beperken Gebruik de Stille modus om het geluid van de printer te beperken. Opmerking: Zie de tabel met meerdere instellingen die wijzigen als u een Stille-modusinstelling kiest.
Spaarstand aanpassen De beschikbare instellingen variëren van 1 tot 240 minuten. De standaardinstelling is 30 minuten. U kunt als volgt het aantal minuten voordat de printer overschakelt naar de spaarstand verhogen of verlagen: De Geïntegreerde webserver gebruiken 1 Typ het IP-adres van de printer in het adresveld van uw webbrowser. Opmerking: als u het IP-adres van de printer niet weet, drukt u een pagina met netwerkinstellingen af en zoekt u het IP-adres op in het TCP/IP-gedeelte.
3 Volg de instructies op het scherm van uw computer. Lexmark verpakkingsmateriaal recyclen Lexmark streeft voortdurend naar het minimaliseren van het verpakkingsmateriaal. Het gebruiken van minder verpakkingsmateriaal garandeert dat Lexmark printers zo efficiënt en milieuvriendelijk mogelijk worden vervoerd en dat er minder verpakkingsmateriaal hoeft te worden weggegooid. Deze efficiënties leiden tot minder broeikasgassen en het besparen van energie en natuurlijke grondstoffen.
Papier en speciaal afdrukmateriaal plaatsen In dit gedeelte wordt beschreven hoe u papier plaatst in de laden voor 250 en 550 vel en de universeellader. Hier vindt u ook informatie over de papierafdrukstand, het instellen van de papiersoort en het papierformaat en het koppelen en ontkoppelen van laden. Papiersoort en papierformaat instellen 1 Zorg ervoor dat de printer is ingeschakeld en dat het bericht Gereed wordt weergegeven. 2 via het bedieningspaneel van de printer, druk op .
4 Druk op de pijl omhoog of omlaag tot Instelling Universal wordt weergegeven en druk vervolgens . op 5 Druk op de pijl omhoog of omlaag tot Maateenheden wordt weergegeven en druk op 6 Druk op de pijl-omhoog en -omlaag tot . wordt weergegeven naast de juiste maateenheid en druk vervolgens . op Selectie verzenden wordt weergegeven, gevolgd door het menu Universal-instelling. 7 Druk kort op tot Gereed verschijnt.
Laden vullen 1 Trek de lade volledig naar buiten. Opmerking: Verwijder een lade nooit tijdens de uitvoering van een afdruktaak of als het bericht Bezig op het bedieningspaneel verschijnt. Dit kan een papierstoring veroorzaken. 2 Knijp de geleiders samen en schuif ze naar de juiste positie voor het papierformaat dat u wilt plaatsen.
Knijp de lengtegeleider in en schuif deze naar achteren voor langwerpig papier zoals A4 of Legal, zodat u het papier gemakkelijk kunt plaatsen. Voer de volgende stappen uit wanneer u papier op A6-formaat wilt plaatsen: a Knijp de lengtegeleider in en schuif deze naar het midden van de lade voor papier van A5-formaat. b Zet de stop voor A6-formaat omhoog. Opmerkingen: • In lade 1 kunnen slechts 150 vellen papier van A6-formaat worden geplaatst.
3 Buig de vellen enkele malen om ze los te maken en waaier ze vervolgens uit. Vouw of kreuk het papier niet. Maak op een vlakke ondergrond de stapel recht. 4 Laad het papier zoals op de afbeelding wordt weergegeven naar de achterkant van de invoerlade, met de aanbevolen afdrukzijde naar beneden. Opmerking: De indicatie voor maximumhoogte op de breedtegeleider geeft aan tot welke hoogte de stapel papier mag komen.
5 Knijp de geleiders in en verschuif ze zodat ze licht tegen de zijkant van de stapel afdrukmateriaal drukken. 6 Plaats de lade. 7 Als het type papier dat u hebt geplaatst afwijkt van het type dat zich daarvoor in de lade bevondt, moet u de instelling voor papierformaat en papiersoort wijzigen in het menu Papier op het bedieningspaneel van de printer.
Universeellader gebruiken U kunt de universeellader gebruiken wanneer u afdrukt op verschillende papierformaten en -soorten of op speciaal afdrukmateriaal, zoals karton, transparanten, papieren etiketten en enveloppen. U kunt de universeellader ook gebruiken voor afdruktaken van één pagina op briefhoofdpapier of op ander speciaal afdrukmateriaal dat u niet in een lade hebt geplaatst. De universeellader openen 1 Pak de handgreep en trek de klep van de universeellader naar beneden.
4 Laat het verlengstuk voorzichtig zakken zodat de universeellader volledig is uitgetrokken en geopend. De universeellader vullen 1 Druk het lipje op de breedtegeleider aan de rechterzijde in en schuif de geleiders zo ver mogelijk naar buiten. 2 Bereid het papier of speciale afdrukmateriaal voor om het te plaatsen. • Buig vellen papier of papieren etiketten enkele malen om de vellen los te maken en waaier ze vervolgens uit. Vouw of kreuk het papier of de etiketten niet.
• Buig een stapel enveloppen enkele malen om deze los te maken en waaier ze vervolgens uit. Maak een rechte stapel op een vlakke ondergrond. Opmerking: Als u de enveloppen uitwaaiert, voorkomt u dat de randen van enveloppen aan elkaar kleven. Het helpt ook om ze correct in te voeren en papierstoringen te voorkomen. Vouw of kreuk de enveloppen niet. 3 Plaats het papier of speciale afdrukmateriaal in de universeellader. Opmerkingen: • Duw het papier niet te ver in de universeellader.
• Plaats papier, transparanten en karton met de aanbevolen afdrukzijde naar boven en met de bovenzijde eerst. Raadpleeg de verpakking van de transparanten voor meer informatie over het plaatsen van transparanten. • Plaats briefhoofdpapier met het logo naar boven gericht, zodat de bovenste rand van het papier het eerst wordt ingevoerd. • Plaats enveloppen met de klepzijde naar beneden en de plaats voor de postzegel op de positie die wordt weergegeven.
4 Druk het lipje op de breedtegeleider aan de rechterzijde in om de geleiders aan te passen totdat deze licht tegen de zijkanten van de stapel drukken. 5 Schuif het papier voorzichtig zo ver mogelijk in de universeellader. Het papier hoort vlak in de universeellader te liggen. Zorg ervoor dat het papier losjes in de universeellader past en niet is omgebogen of gekreukt. 6 Stel via het bedieningspaneel van de printer het papierformaat en de papiersoort in.
Laden ontkoppelen Ontkoppelde laden hebben instellingen die afwijken van de instellingen van andere laden. Als u een lade wilt ontkoppelen via het menu Papier, moet u de instellingen voor Papiersoort en Papierformaat van de betreffende lade wijzigen zodat ze niet overeenkomen met de instellingen van een andere lade.
De naam van een aangepaste papiersoort aan een lade toewijzen Wijs een Custom Type (Aangepast )-naam toe aan een lade om deze te koppelen of een koppeling te verwijderen. Wijs dezelfde Custom Type (Aangepast )-naam toe aan elke lade die u wilt koppelen. Alleen laden waaraan dezelfde aangepaste naam is toegewezen, worden gekoppeld. 1 Zorg ervoor dat de printer is ingeschakeld en dat het bericht Gereed wordt weergegeven. 2 Druk op op het bedieningspaneel.
Richtlijnen voor papier en speciaal afdrukmateriaal Papier en speciaal afdrukmateriaal zijn papier, karton, enveloppen, etiketten en transparanten. Bij het selecteren van papier en speciaal afdrukmateriaal moet u rekening houden met een aantal punten voordat u begint met afdrukken. In dit hoofdstuk vindt u informatie over het kiezen en bewaren van papier en speciaal afdrukmateriaal.
Vochtigheidsgraad De hoeveelheid vocht in papier is van invloed op de afdrukkwaliteit en bepaalt tevens of het papier goed door de printer kan worden gevoerd. Laat het papier in de originele verpakking tot u het gaat gebruiken. Het papier wordt dan niet blootgesteld aan de negatieve invloed van wisselingen in de luchtvochtigheid. Laat het papier gedurende 24 tot 48 uur vóór het afdrukken in de originele verpakking en in dezelfde omgeving als de printer acclimatiseren.
• Gebruik nooit afdrukmateriaal van verschillend formaat, gewicht of soort in dezelfde papierbron. Dit leidt tot storingen in de doorvoer. • Gebruik geen gecoat papier, tenzij het speciaal is ontworpen voor elektrofotografisch afdrukken. Voorbedrukte formulieren en briefhoofdpapier selecteren Houd u aan de volgende richtlijnen als u voorbedrukte formulieren en briefhoofdpapier kiest: • Gebruik vezels in lengterichting voor paier van 60–90 g/m2 (16–24 lb).
Papier bewaren Houd de volgende richtlijnen voor het bewaren van papier aan om een regelmatige afdrukkwaliteit te garanderen en te voorkomen dat er papierstoringen ontstaan. • U kunt het papier het beste bewaren in een omgeving met een temperatuur van 21 °C en een relatieve vochtigheid van 40%. De meeste fabrikanten van etiketten bevelen een omgeving aan met een temperatuur tussen 18 en 24 °C en een relatieve vochtigheid van 40% tot 60%.
Papiersoort Standaardlade voor Standaard- of 250 vel optionele lade voor 250 vel (lade 1) Optionele lade Universeelvoor 550 vel lader Duplexbaan (lade 2) (lade 2) Karton X X X Glossy papier X X X X X X Papieren etiketten1 X Transparanten Enveloppen (glad)2 X X X X X X X 1 Het gebruik van enkelzijdige papieren etiketten wordt alleen in beperkte mate ondersteund. U kunt het beste maximaal 20 pagina's met papieren etiketten per maand afdrukken.
Papierformaat Afmetingen Standaardlade voor 250 vel Standaard of optionele lade voor 250 vel (Lade 1) Optionele lade voor 550 vel Universeel- Duplexbaan lader (Lade 2) (Lade 2) Universeel3 Van 76,2 x 127 mm tot 216 x 356 mm B5-envelop 176 x 250 mm X X X X C5-envelop 162 x 229 mm X X X X DL-envelop 110 x 220 mm X X X X 7 3/4-envelop (Monarch) 98 x 191 mm X X X X 9-envelope 98 x 225 mm X X X X 10-envelop 105 x 241 mm X X X X Andere envelop 216 x 356 mm X X X
Bezig met afdrukken van Dit hoofdstuk bevat informatie over afdrukken, printerrapporten en het annuleren van taken. De keuze en de verwerking van papier en speciaal afdrukmateriaal kunnen de betrouwbaarheid van het afdrukken beïnvloeden. Raadpleeg “Papierstoringen voorkomen” op pagina 126 en “Papier bewaren” op pagina 61 voor meer informatie. Een document afdrukken Een document afdrukken 1 Plaats papier in een lade of de lader.
Afdrukken op speciale media Tips voor het gebruik van briefhoofdpapier Wanneer u wilt afdrukken op briefhoofdpapier, is het belangrijk dat u de juiste afdrukstand instelt.
Tips voor het afdrukken op transparanten Maak eerst enkele proefafdrukken voordat u grote hoeveelheden transparanten aanschaft. Houd u aan de volgende richtlijnen wanneer u wilt afdrukken op transparanten: • Voer transparanten in vanuit de standaardlade voor 250 vel of vanuit de universeellader. • Gebruik transparanten die speciaal zijn ontworpen voor laserprinters.
– gebogen hoeken hebben; – een ruwe, geplooide of gelaagde afwerking hebben. • Pas de breedtegeleiders aan zodat deze overeenkomen met de breedte van de enveloppen. Opmerking: Een combinatie van hoge luchtvochtigheid (boven 60%) en hoge printertemperaturen kunnen de enveloppen kreuken of sluiten. Tips voor het gebruik van etiketten Maak eerst enkele proefafdrukken voordat u grote hoeveelheden etiketten aanschaft. Opmerking: Gebruik alleen papieren etiketten.
Houd u aan de volgende richtlijnen wanneer u wilt afdrukken op karton: • Zorg ervoor dat de Papiersoort Karton is. • Selecteer de juiste instelling voor Papierstructuur. • Houd er rekening mee dat voorbedrukt, geperforeerd en gekreukt materiaal de afdrukkwaliteit aanzienlijk kan beïnvloeden en het vastlopen van papier of andere verwerkingsproblemen kan veroorzaken.
Afdrukken van vertrouwelijke taken en andere taken in de wachtrij Opmerking: vertrouwelijke en gecontroleerde afdruktaken worden automatisch verwijderd uit het geheugen nadat ze zijn afgedrukt. Herhaalde en gereserveerde taken blijven in de printer bewaard totdat u ze verwijdert. Voor Windows-gebruikers 1 Open het gewenste document en klik op Bestand Afdrukken. 2 Klik op Eigenschappen, Voorkeuren, Opties of Instellen. 3 Klik op Overige opties en klik vervolgens op Afdruk- en wachttaken.
5 Druk op het bedieningspaneel van de printer op de pijl-omhoog of -omlaag totdat Wachttaken wordt weergegeven. Druk vervolgens op . 6 Druk op de pijl-omhoog of -omlaag tot wordt weergegeven naast uw gebruikersnaam en druk vervolgens op . 7 Druk op de pijl-omhoog of -omlaag tot op wordt weergegeven naast de taaksoort of -naam en druk vervolgens . Als u een taaknaam hebt geselecteerd, gaat u verder met stap 10 op pagina 70.
Een directorylijst afdrukken Een directorylijst is een overzicht van alle bronnen die zijn opgeslagen in het flashgeheugen. 1 Zorg ervoor dat de printer is ingeschakeld en dat het bericht Gereed wordt weergegeven. 2 Druk op op het bedieningspaneel. 3 Druk op de pijl-omhoog of de pijl-omlaag tot Rapporten verschijnt en druk vervolgens op . 4 Druk op de pijl-omhoog of de pijl-omlaag tot Directory afdrukken wordt weergegeven en druk vervolgens op .
Een afdruktaak annuleren vanaf de computer Voor Windows-gebruikers 1 Open de map Printers: a Klik op of klik op Start en dan op Uitvoeren. b Typ in het vakje van Start zoeken of Uitvoeren control printers. c Druk op Enter of klik op OK. De map Printers wordt geopend. 2 Dubbelklik op het printerpictogram. 3 Selecteer de taak die u wilt annuleren. 4 Druk op de toets Delete op het toetsenbord.
Printermenu's Menuoverzicht Menu Papier Rapporten Netwerk/poorten Standaardbron Pagina Menu-instellingen Active NIC (Actieve NIC) Papierformaat/-soort Apparaatstatistieken Menu Standaardnetwerk Configuratie U-lader Pag. Netwerkinstell. Menu Standaard-USB Ander formaat Draadloze-config.pag. Menu Parallel Papierstructuur Profielenlijst Menu Instellingen SMTP Papiergewicht NetWare-install.pag.
Papiermenu Standaardbron, menu Menu-item Beschrijving Standaardbron Hiermee stelt u de standaardpapierbron in voor alle afdruktaken Lade Opmerkingen: U-lader • In het menu Papier stelt u U-lader condig. in op Cassette om U-lader als menu-instelling Handinvoer weer te geven. Envelop (handinvoer) • "Lade 1" is de standaardinstelling. • Alleen een geïnstalleerde papierbron wordt als menu-instelling weergegeven.
Menuoptie Beschrijving Soort lade Norm. papier Transparanten Kringlooppapier Etiketten Bankpost Briefhoofd Voorbedrukt papier Gekleurd papier Licht papier Zwaar papier Ruw/katoen Aangepast Hiermee wordt de papiersoort in elke lade opgegeven. Papierformaat handm. invoer A4 A5 A6 Executive Folio JIS B5 Legal Letter Oficio (Mexico) Statement Universal Hiermee wordt het papierformaat opgegeven dat u handmatig plaatst in de universeellader Papiersoort handm. invoer Norm.
Menuoptie Beschrijving Formaat U-lader A4 A5 A6 Executive Folio JIS B5 Legal Letter Oficio (Mexico) Statement Universal 7 3/4-envelop 9-envelope 10-envelop C5-envelop B5-envelop DL-envelop Andere envelop Hiermee wordt het papierformaat in de universeellader opgegeven. Soort U-lader Norm.
Menuoptie Beschrijving Env.soort (handm.) Envelop Aangepast Hiermee wordt de envelopsoort opgegeven dat u handmatig plaatst in de universeellader Opmerking: "Envelop" is de standaardinstelling. Opmerking: Alleen laden en invoerladen die zijn geïnstalleerd, staan in dit menu vermeld. Configuratie U-lader, menu Menu-item Beschrijving Configuratie U-lader Hiermee bepaalt u wanneer de printer papier selecteert dat in de universeellader is geplaatst.
Menu-item Beschrijving Structuur transparant Glad Normaal Ruw Hiermee wordt de relatieve structuur aangegeven van de transparanten die in een specifieke lade zijn geplaatst Struct. kringl.pap. Glad Normaal Ruw Hiermee wordt de relatieve structuur aangegeven van het kringlooppapier dat in een specifieke lade is geplaatst. Structuur etiketten Glad Normaal Ruw Hiermee wordt de relatieve structuur aangegeven van de etiketten die in een specifieke lade zijn geplaatst.
Menu-item Beschrijving Structuur zwaar Glad Normaal Ruw Hiermee wordt de relatieve structuur aangegeven van het papier dat in een specifieke lade is geplaatst. Structuur ruw/katoen Ruw Hiermee wordt de relatieve structuur aangegeven van het papier dat in een specifieke lade is geplaatst. Opmerking: "Normaal" is de standaardinstelling. Opmerking: "Ruw" is de standaardinstelling.
Menu-item Beschrijving Gewicht envelop Licht Normaal Zwaar Geeft het relatieve gewicht aan van de enveloppen die in een specifieke lade zijn geplaatst. Gewicht ruwe envelop Licht Normaal Zwaar Geeft het relatieve gewicht aan van de ruwe enveloppen die in een specifieke lade zijn geplaatst. Gewicht briefhoofd Licht Normaal Zwaar Geeft het relatieve gewicht aan van het papier dat in een specifieke lade is geplaatst.
Papier laden, menu Menu-item Beschrijving Kringl.papier laden Duplex Uit Hiermee bepaalt u of alle afdruktaken met Kringlooppapier als papiersoort dubbelzijdig worden afgedrukt. Bankpostpapier laden Duplex Uit Hiermee bepaalt u of alle afdruktaken met "Bankpostpapier" als papiersoort dubbelzijdig worden afgedrukt. Briefhoofdpap. laden Duplex Uit Hiermee bepaalt u of alle afdruktaken met "Briefhoofdpapier" als papiersoort dubbelzijdig worden afgedrukt.
Menu Aangepaste soorten Menu-item Beschrijving Aangepast Papier Karton Transparanten Etiketten Envelop Ruw/katoen Hiermee koppelt u een papiersoort of een speciale materiaalsoort aan een standaardnaam, zoals Custom Type (Aangepast ) of een aangepaste naam die door een gebruiker is gemaakt met de Embedded Webserver of MarkVisionTM Professional. Deze door de gebruiker gedefinieerde naam wordt weergegeven in plaats van Custom Type (Aangepast ).
Menu-item Beschrijving Staand hoogte Hiermee stelt u de hoogte van de portretstand (staand) in. 3 - 14,17 inch Opmerkingen: 76 - 360 mm • Als de ingestelde waarde groter is dan de maximale hoogte, gebruikt de printer de maximaal toegestane hoogte. • 14 inch is de standaardinstelling in de Verenigde Staten. Inches kunnen worden verhoogd in stappen van 0,01 inch. • 356 mm is de internationale standaardinstelling. Millimeters kunnen worden verhoogd in stappen van 1 mm.
Menu-item Beschrijving Draadloze-config.pag. Hiermee wordt een rapport afgedrukt met informatie over de instellingen van de draadloze netwerkprinter, zoals informatie over het TCP/IP-adres. Opmerkingen: • Dit menu-item is beschikbaar op het draadloze printermodel. • Dit menu-item wordt alleen weergegeven op netwerkprinters of printers die zijn aangesloten op afdrukservers. Profielenlijst Hiermee wordt een lijst van profielen afgedrukt die zijn opgeslagen op deze printer.
Menu's Standaardnetwerk of Netwerk Menu-item Beschrijving PCL SmartSwitch Aan Uit Hiermee stelt u de printer zo in dat deze automatisch overschakelt op PCLemulatie als dit door een afdruktaak wordt vereist, ongeacht de standaardprintertaal. Opmerkingen: • Aan is de standaardinstelling. • Als PCL SmartSwitch is ingesteld op "Uit", controleert de printer de binnenkomende gegevens niet. • De printer gebruikt in dat geval PostScript-emulatie als PS SmartSwitch is ingesteld op Aan.
Menu-item Beschrijving Mac binair PS Aan Uit Auto Hiermee stelt u de printer in voor de verwerking van binaire PostScriptafdruktaken voor Macintosh. Opmerkingen: • Auto is de standaardinstelling. • Als "Uit" is ingesteld, filtert de printer afdruktaken die gebruikmaken van het standaardprotocol. • Als "Aan" is ingesteld, worden ruwe binaire PostScript-afdruktaken verwerkt.
Netwerkkaart, menu Dit menu is beschikbaar via het menu Netwerk/poorten: Netwerk/poorten Menu Netwerk Netwerkinstellingen Netwerkkaart Menu-item Beschrijving Kaartstatus weergeven Aangesloten Verbinding verbroken Hiermee kunt u bepalen of de netwerkkaart is aangesloten Kaartsnelheid weergeven Hier wordt de snelheid van een actieve netwerkkaart aangegeven Netwerkadres UAA LAA Hiermee kunt u de netwerkadressen bekijken Time-out taak 0-225 seconden Hiermee stelt u in na hoeveel seconden een vanaf het
Menuoptie Beschrijving DHCP inschakelen Aan Uit Bepaalt het DHCP-adres en de instelling voor parametertoewijzing RARP inschakelen Aan Uit Bepaalt de instelling voor de toewijzing van het RARP-adres BOOTP inschakelen Aan Uit Bepaalt de instelling voor de toewijzing van het BOOTP-adres Autom.
Menu-item Beschrijving Hostnaam weergeven Hiermee kunt u de huidige instelling bekijken Adres weergeven Opmerking: deze instellingen kunt u alleen wijzigen via de Embedded Web Server. Routeradres weergeven Schakel DHCPv6 in Aan Uit Hiermee schakelt u DHCPv6 op de printer in. Opmerking: Aan is de standaardinstelling. Menu Draadloos Gebruik de volgende menu-items om de instellingen van de draadloze interne afdrukserver te bekijken of te configureren.
Netwerk/poorten Menu Netwerk Netwerkinstellingen AppleTalk Menu-item Beschrijving Inschakelen Aan Uit Hiermee wordt de AppleTalk-ondersteuning in- of uitgeschakeld. Naam weergeven Hiermee wordt de toegewezen AppleTalk-naam weergegeven. Opmerking: Aan is de standaardinstelling. Opmerking: De naam kunt u alleen wijzigen via de Embedded Web Server. Adres weergeven Hiermee wordt het toegewezen AppleTalk-adres weergegeven. Opmerking: Het adres kunt u alleen wijzigen via de Embedded Web Server.
Menu-item Beschrijving NSQ/GSQ-modus Ja Nee Hiermee geeft u de waarde voor de NSQ/GSQ-modus op Opmerking: Ja is de standaardinstelling. Menu LexLink Dit menu is beschikbaar via het menu Netwerk/poorten: Netwerk/poorten Menu Netwerk Netwerkinstellingen Menu LexLink Menu-item Beschrijving Inschakelen Aan Uit Hiermee schakelt u de LexLink-ondersteuning in of uit. Opmerking: Uit is de standaardinstelling. Bijnaam weergeven Hiermee geeft u de toegewezen LexLink-bijnaam weer.
Menu-item Beschrijving NPA-modus Aan Uit Auto Hiermee geeft u aan of de printer de speciale verwerking voor bidirectionele communicatie uitvoert, zoals gedefinieerd in de specificaties van het NPAprotocol. Opmerkingen: • Auto is de standaardinstelling. • Als u deze instelling wijzigt, wordt de printer opnieuw opgestart. Hiermee stelt u de grootte van de USB-invoerbuffer in. USB-buffer Uitgeschakeld Opmerkingen: Auto 3K tot • Auto is de standaardinstelling.
Parallel, menu Menu-item Beschrijving PCL SmartSwitch Aan Uit Hiermee stelt u de printer zo in dat deze automatisch overschakelt op PCLemulatie als dit door een afdruktaak op de USB-poort wordt vereist, ongeacht de standaardprintertaal. Opmerkingen: • Aan is de standaardinstelling. • Als PCL SmartSwitch is ingesteld op "Uit", controleert de printer de binnenkomende gegevens niet. • De printer gebruikt in dat geval PostScript-emulatie als PS SmartSwitch is ingesteld op Aan.
Menu-item Beschrijving Hiermee stelt u de grootte van de parallelle invoerbuffer in. Parallelbuffer Uitgeschakeld Opmerkingen: Auto 3K tot • Auto is de standaardinstelling. • Met de instelling 'Uitgeschakeld' schakelt u het opslaan van taken in de buffer uit. Afdruktaken die al in de schijfbuffer zijn opgenomen, worden afgedrukt voordat het normaal verwerken van nieuwe afdruktaken wordt hervat.
Menu-item Beschrijving Mac binair PS Aan Uit Auto Hiermee stelt u de printer in voor de verwerking van binaire PostScriptafdruktaken voor Macintosh. Opmerkingen: • Auto is de standaardinstelling. • Als "Uit" is ingesteld, filtert de printer afdruktaken die gebruikmaken van het standaardprotocol. • Als "Aan" is ingesteld, worden ruwe binaire PostScript-afdruktaken verwerkt.
Menu-item Beschrijving Verificatie SMTP-server Geen Normaal (eenvoudig) CRAM MD5 Digest MD5 NTLM Kerberos 5 Hiermee kunt u opgeven welk type verificatie voor de gebruiker is vereist om te kunnen scannen naar e-mail. Opmerking: "Geen" is de standaardinstelling. Door het apparaat geïnitieerde e-mail Hiermee geeft u de servergegevens op. Geen Opmerkingen: Referenties voor apparaat gebruiken • De berichtvakken mogen maximaal 512 tekens bevatten.
Security (Beveiliging), menu Diversen, menu Menuoptie Beschrijving Aanmeldbeperkingen Mislukte aanmeldingen Tijdsbestek voor mislukte pogingen Vergrendelingstijd Time-out voor aanmelding via bedieningspaneel Time-out voor externe aanmelding Beperkt het aantal en het tijdsbestek voor mislukte aanmeldingspogingen vanaf het bedieningspaneel van de printer voordat alle gebruikers worden geblokkeerd Opmerkingen: • 'Mislukte aanmeldingen' geeft het aantal mislukte aanmeldingen aan voordat gebruikers worden ge
Menu Controlelog voor beveiling Menu-item Beschrijving Log exporteren Hiermee kan een bevoegde gebruiker het beveiligingslog exporteren Opmerkingen: • Als u het log wilt exporteren vanaf het bedieningspaneel van de printer, moet een flashstation op de printer zijn aangesloten. • Vanaf de Embedded Web Server kunt u het log downloaden naar een computer.
Menu Datum/tijd instellen Menu-item Beschrijving Datum/tijd weergeven Hiermee kunt u de huidige datum- en tijdinstellingen voor de printer weergeven. De notatie voor de datum en tijd is: JJJJ-MM-DD UU:MM: JJJJ is een viercijferig jaar MM is een tweecijferige maand DD is een tweecijferige datum UU is een tweecijferig uur MM is een tweecijferige minuut Set Date/Time (Datum/tijd instellen) Hiermee kunt u de datum en tijd invoeren Opmerking: De datum/tijd is ingesteld als JJJJ-MM-DD HH:MM.
Settings (Instellingen), menu Algemene instellingen, menu Menuoptie Beschrijving Taal op display English Français Duits Italiano (Italiaans) Español Deens Norsk (Noors) Nederlands Svenska (Zweeds) Portugees Fins Russian Pools Hongaars Turkçe Cesky Simplified Chinese Traditional Chinese Korean Japanese Hiermee wordt de taal van de tekst op het display ingesteld.
Menuoptie Beschrijving Initiële set-up uitvoeren Ja Nee Geeft de printer instructie de installatiewizard op te starten Opmerkingen: • Ja is de standaardinstelling. • Nadat de installatiewizard is voltooid met een druk op de knop Gereed in het scherm Land of regio selecteren, wordt de standaardinstelling Nee. Papierformaten V.S.
Menuoptie Beschrijving Time-outs Wachttime-out Uitgeschakeld 15–65535 sec. Hiermee wordt de tijd in seconden ingesteld die de printer wacht op verdere gegevens voordat de afdruktaak wordt geannuleerd. Opmerkingen: • "40 seconden" is de standaardinstelling. • "Wachttime-out" is alleen beschikbaar wanneer de printer PostScript-emulatie gebruikt. Deze instelling is niet van invloed op afdruktaken waarvoor PCL- of PPDS-emulatie wordt gebruikt. Afdrukherstel Auto doorgaan Uitgeschakeld 5–255 sec.
Menu Instellingen Menu-item Beschrijving Printertaal PCL-emulatie PS-emulatie Hiermee wordt de standaardprintertaal ingesteld. Opmerkingen: • PCL-emulatie gebruikt een PCL-interpreter voor het verwerken van afdruktaken. PostScript-emulatie gebruikt een PS-interpreter voor het verwerken van afdruktaken. • De standaardinstelling voor printertaal is PCL.
Menu-item Beschrijving Bronnen opslaan Aan Uit Hiermee stelt u in wat de printer moet doen met geladen bronnen, zoals lettertypen en macro's die zijn opgeslagen in het RAM, als de printer een taak krijgt die meer geheugen vereist dan er beschikbaar is. Opmerkingen: • Uit is de standaardinstelling. Als "Uit" is ingesteld, worden de geladen bronnen in de printer bewaard tot het geheugen nodig is voor andere taken. Geladen bronnen worden verwijderd zodat afdruktaken kunnen worden verwerkt.
Menu-item Beschrijving Lege pagina's Niet afdrukken Afdrukken Hiermee stelt u in of er lege pagina's in een afdruktaak worden ingevoegd. Sorteren Uit (1,1,1,2,2,2) Aan (1,2,1,2,1,2) Hiermee houdt u de pagina's van een afdruktaak op volgorde als u meerdere exemplaren afdrukt. Opmerking: "Niet afdrukken" is de standaardinstelling. Opmerkingen: • Uit is de standaardinstelling. De pagina's worden niet gesorteerd. • Met de instelling Aan wordt de afdruktaak op volgorde gehouden.
Menu-item Beschrijving Afdrukstand Auto Liggend Staand Hiermee stelt u de afdrukstand in van een vel waarop meerdere pagina's worden afgedrukt. Opmerkingen: • Automatisch is de standaardinstelling. De printer kiest tussen de afdrukstanden Staand en Liggend. • Voor Liggend wordt de lange zijde gebruikt. • Voor Staand wordt de korte zijde gebruikt. N per vel (rand) Geen Effen De printer drukt een rand af rond elk paginabeeld wanneer u N per vel (rand) gebruikt.
Menu-item Beschrijving Pixelversterking Uit Lettertypen Horizontaal Verticaal Beide richtingen Hiermee worden meer pixels mogelijk om scherpe afdrukken in clusters te maken, afbeeldingen horizontaal of verticaal te verbeteren of lettertypen te verbeteren Helderheid -6-6 Hiermee maakt u afdrukken lichter of donkerder. U kunt toner besparen door lichtere afdrukken te maken. Opmerking: Uit is de standaardinstelling. Opmerking: 0 is de standaardinstelling.
Menuoptie Beschrijving Hex Trace Inschakelen Hiermee kunt u de oorzaak van een afdrukprobleem opsporen. Opmerkingen: • Als "Inschakelen" is geselecteerd, worden alle gegevens die naar de printer worden gestuurd, zowel in een hexadecimale weergave als in een tekenweergave afgedrukt en worden besturingscodes niet uitgevoerd. • Als u Hex Trace wilt verlaten, schakelt u de printer uit of stelt u de printer opnieuw in.
Menu-item Beschrijving Vrk-lettertype Hiermee bepaalt u waar de printer begint met het zoeken naar het gewenste lettertype. Intern Opmerkingen: Flash • "Intern" is de standaardinstelling. • Dit menu-item is alleen beschikbaar als er een goed werkende, geformatteerde optionele flashgeheugenkaart in de printer is geïnstalleerd. • De optionele flashgeheugenkaart mag niet beveiligd zijn tegen lezen/schrijven of schrijven of beveiligd zijn met een wachtwoord.
Menu-item Beschrijving Instellingen menu PCL-emulatie Pitch 0,08-100 Hiermee stelt u de lettertypepitch in voor schaalbare, monogespatieerde lettertypen. Opmerkingen: • 10 is de standaardinstelling. • Pitch heeft betrekking op het aantal niet-proportionele tekens per inch (cpi). • Pitch kan worden aangepast in stappen van 0,01 cpi. • Voor niet-schaalbare, monogespatieerde lettertypen wordt de pitch wel weergegeven, maar u kunt deze niet wijzigen.
Menu-item Beschrijving Lade-nr wijzigen Waarde U-lader Uit Geen 0-199 Waarde lade Uit Geen 0-199 Waarde handmatige invoer Uit Geen 0-199 Waarde hand-env Uit Geen 0-199 Hiermee configureert u de printer zodanig dat deze werkt met printersoftware of toepassingen die andere laden als papierbron hebben gedefinieerd. Lade-nr wijzigen Toon fabrieksinstell.
Menu HTML Menu-item Lettertypenaam Albertus MT Antique Olive Apple Chancery Arial MT Avant Garde Bodoni Bookman Chicago Clarendon Cooper Black Copperplate Coronet Courier Eurostile Garamond Geneva Gill Sans Goudy Helvetica Hoefler Text Menu-item Beschrijving Intl CG Times Hiermee stelt u het standaardlettertype voor HTML-documenten in. Intl Courier Opmerking: Het Times-lettertype wordt gebruikt in HTML-documenten Intl Univers waarin geen lettertype wordt opgegeven.
Menu-item Beschrijving Achtergronden Niet afdrukken Afdrukken Hiermee geeft u aan of u achtergronden in HTML-documenten wilt afdrukken. Opmerking: "Afdrukken" is de standaardinstelling. Menu Afbeelding Menu-item Beschrijving Autom. aanpassen Aan Uit Hiermee selecteert u de optimale waarden voor papierformaat, schaling en afdrukstand. Opmerkingen: • "Aan" is de standaardinstelling. • Als "Aan" is ingesteld, worden de instellingen voor schaling en afdrukstand voor sommige afbeeldingen genegeerd.
Printer onderhouden Bepaalde taken moeten regelmatig worden uitgevoerd om een optimale afdrukkwaliteit te behouden. De buitenkant van de printer reinigen 1 Controleer of de printer is uitgeschakeld en de stekker van het netsnoer van de printer uit het stopcontact is getrokken.
1 Typ het IP-adres van de printer in het adresveld van uw webbrowser. Opmerking: Als u het IP-adres van de printer niet weet, drukt u een pagina met netwerkinstellingen af en zoekt u het IP-adres in het TCP/IP-gedeelte. 2 Klik op Device Status (Apparaatstatus). De pagina Apparaatstatus wordt weergegeven waarop een overzicht van de hoeveelheid supplies wordt weergegeven. Supplies bestellen In de V.S.
Artikelnaam Lexmark Cartridge-retourneerprogramma Normale cartridge Voor Azië Pacific, Australië en Nieuw-Zeeland Tonercartridge E260A11P E260A21P Tonercartridge met hoog rendement E360H11P E360H21P Tonercartridge met extra hoog rendement E462U11P E462U21G Voor Latijns-Amerika Tonercartridge E260A11L E260A21L Tonercartridge met hoog rendement E360H11L E360H21L Tonercartridge met extra hoog rendement E462U11L E462U21G Een fotoconductorkit bestellen De printer geeft een bericht als de fotoco
Supplies vervangen Tonercartridge vervangen Verwijder de tonercartridge als het bericht 88 Toner bijna op wordt weergegeven of als uw afdrukken vager worden. Schud de cartridge een aantal malen flink heen en weer, van voor naar achter en van links naar rechts, om de toner opnieuw te verdelen. Plaats de cartridge vervolgens terug en ga verder met afdrukken. Als de afdrukkwaliteit niet langer wordt verbeterd door te schudden, moet u de tonercartridge vervangen.
4 Draai de cartridge in alle richtingen om de toner te verdelen. 5 Zorg dat de rollen op de nieuwe tonercartridge op één lijn zijn met de pijlen op de geleiders van de fotoconductorkit. Druk de tonercartridge zo ver mogelijk naar binnen. De cartridge klikt vast wanneer deze correct is geïnstalleerd. 6 Sluit de voorklep.
1 Zet de printer uit. 2 Open de voorklep door op de knop aan de linkerkant van de printer te drukken en de voorklep te laten zakken. 3 Trek de fotoconductorkit en de tonercartridge samen uit de printer door aan de handgreep van de tonercartridge te trekken. Opmerking: De fotoconductorkit en de tonercartridge vormen een eenheid. Plaats de eenheid op een vlak, schoon oppervlak. 4 Druk op de knop aan de onderzijde van de fotoconductorkit. Trek de tonercartridge omhoog en naar buiten aan de handgreep.
5 Pak de nieuwe fotoconductor uit. Let op—Kans op beschadiging: Raak de trommel van de fotoconductor niet aan. Dit kan de afdrukkwaliteit van toekomstige afdruktaken verminderen. 6 Plaats de tonercartridge in de fotoconductorkit door de rollen op de tonercartridge uit te lijnen met de geleiders. Druk op de tonercartridge tot deze vastklikt. 7 Installeer de eenheid in de printer. Breng de pijltjes op de geleiders van de eenheid op één lijn met de pijltjes in de printer.
8 Nadat u de fotoconductorkit hebt vervangen, stelt u de teller van de fotoconductor opnieuw in. ingedrukt tot Als u de teller van de fotoconductor opnieuw wilt instellen, opent u de voorklep en houdt u Bezig met resetten van PC-teller verschijnt. Het aan/uit-lampje knippert en de printer laat pieptonen horen. Let op—Kans op beschadiging: Als u de teller van de fotoconductor opnieuw instelt zonder fotoconductor te vervangen, kan de printer beschadigd raken en komt de garantie te vervallen.
Beheerdersondersteuning Geavanceerde netwerkinformatie en beheerdersinformatie weergeven In dit hoofdstuk worden de standaardondersteuningstaken voor beheerders beschreven. Raadpleeg de Handleiding netwerken op de cd Software en documentatie en de Embedded Web Server Administrator's Guide (beheerdershandleiding voor de Embedded Web Server) op de website van Lexmark op www.lexmark.com voor informatie over geavanceerde systeemondersteuningstaken.
Apparaatstatus controleren Met behulp van de Embedded Web Server kunt u de papierlade-instellingen, de hoeveelheid toner in de tonercartridge, het percentage resterende levensduur van de onderhoudskit en de capaciteit van bepaalde printeronderdelen weergeven. U kunt als volgt de apparaatstatus weergeven: 1 Typ het IP-adres van de printer in het adresveld van uw webbrowser.
Instellingen voor vertrouwelijke (beveiligde) afdruktaken wijzigen U kunt instellingen voor vertrouwelijke afdruktaken wijzigen met de Embedded Web Server. U kunt een waarde opgeven voor het maximumaantal pogingen voor het invoeren van de PIN. Overschrijdt een gebruiker het maximumaantal pogingen voor het invoeren van de juiste PIN, dan worden alle afdruktaken van die gebruiker verwijderd. U kunt een vervaltijd instellen voor vertrouwelijke afdruktaken.
Fabrieksinstellingen herstellen Als u ter referentie een lijst wilt bijhouden met de huidige menu-instellingen, kunt u een pagina met menuinstellingen afdrukken voordat u de standaardinstellingen herstelt. Zie “Pagina met menu-instellingen afdrukken” op pagina 30 voor meer informatie. Let op—Kans op beschadiging: als de standaardinstellingen worden hersteld, worden de meeste printerinstellingen teruggezet naar de oorspronkelijke waarden zoals deze in de fabriek zijn ingesteld.
Papierstoringen verhelpen De meeste papierstoringen kunt u vermijden door zorgvuldig het papier en speciale afdrukmateriaal te kiezen en dit op de juiste wijze te plaatsen. Zie “Papierstoringen voorkomen” op pagina 126 voor meer informatie. Als er toch papier vastloopt, voert u de stappen uit die in dit hoofdstuk worden beschreven. Let op—Kans op beschadiging: gebruik nooit gereedschap om een papierstoring te verhelpen. Hiermee kunt u het verhittingsstation permanent beschadigen.
• Controleer of alle papierformaten en papiersoorten op de juiste wijze zijn ingesteld in het menu op het bedieningspaneel van de printer. • Controleer of alle printerkabels goed zijn aangesloten. Raadpleeg de installatiedocumentatie voor meer informatie. Papierstoringen in de papierbaan herkennen Op de volgende afbeelding ziet u het pad dat het papier aflegt in de printer. De baan hangt af van de papierbron (lade of lader) en of een duplex (dubbelzijdige) afdruktaak wordt verzonden.
1 Standaarduitvoerlade 2de twee Voorklep 3 Klep van universeellader 4 Lade 1 5 Lade 2 6 Achterklep Nummers van storingsberichten en informatie over hoe u papierstoringen kunt oplossen. Storingsnummer Toegang tot het vastgelopen papier 200 Probeer een van de volgende opties: • Verwijder lade 1. • Open de voorklep en verwijder vervolgens de fotoconductor. 201 Open de voorklep en verwijder vervolgens de fotoconductor. 202 Open de voorklep en vervolgens de achterklep.
Storingsnummer Toegang tot het vastgelopen papier 234 Probeer een van de volgende opties: • Open de voorklep en vervolgens de achterklep. • Verwijder lade 1 en druk vervolgens op de hendel. 235 Verwijder het vastgelopen papier uit de standaarduitvoerlade. 24x Verwijder lade 2. 251 Probeer een van de volgende opties: • Als u het vel papier in de universeellader kunt zien, trekt u het voorzichtig uit de voorkant van de universeellader.
3 Als u geen papier ziet, opent u de voorklep en verwijdert u de fotoconductorkit en de tonercartridge (eenheid). Opmerking: als de fotoconductorkit en tonercartridge naast elkaar geplaatst zijn, wordt dit een eenheid genoemd. 4 Til de flap aan de voorzijde van de printer op en verwijder eventueel vastgelopen papier. 5 Lijn de eenheid uit en plaats deze terug. 6 Sluit de voorklep. 7 Plaats de lade weer in de printer. 8 Druk op .
201 Papier vast LET OP—HEET OPPERVLAK: Het verhittingsstation en de binnenkant van de printer in de buurt van het station kunnen heet zijn. Laat het oppervlak eerst afkoelen voordat u het papier verwijdert uit dit gedeelte om letsel door een heet onderdeel te voorkomen. 1 Open de voorklep en verwijder de eenheid. 2 Til de flap aan de voorzijde van de printer op en verwijder eventueel vastgelopen papier. 3 Lijn de eenheid uit en plaats deze terug. 4 Sluit de voorklep. 5 Druk op .
202 Papier vast LET OP—HEET OPPERVLAK: Het verhittingsstation en de binnenkant van de printer in de buurt van het station kunnen heet zijn. Om letsel te voorkomen, moet u een heet oppervlak eerst laten afkoelen voordat u het papier uit dit gebied weghaalt. 1 Open de voorklep en verwijder vervolgens de eenheid. 2 Til de klep aan de voorkant van de printer op en verwijder vervolgens het vastgelopen papier. 3 Open de achterklep.
4 Verwijder het vastgelopen papier. 5 Lijn de eenheid uit en plaats deze weer terug. 6 Sluit de achterklep. 7 Sluit de voorklep. 8 Druk op . 231 Papier vast LET OP—HEET OPPERVLAK: Het verhittingsstation en de binnenkant van de printer in de buurt van het station kunnen heet zijn. Laat het oppervlak eerst afkoelen voordat u het papier verwijdert uit dit gedeelte om letsel door een heet onderdeel te voorkomen. 1 Open de voorklep. 2 Open de achterklep.
3 Verwijder het vastgelopen papier. 4 Sluit de achterklep. 5 Sluit de voorklep. 6 Druk op . Als u de storing hiermee niet kunt verhelpen, volgt u de stappen in “233 Papier vast” op pagina 135.
233 Papier vast 1 Verwijder de lade uit de printer. 2 Zoek naar de aangegeven hendel. Duw de hendel naar beneden om het papier vrij te geven. 3 Trek de vastgelopen vellen uit het duplexgedeelte. 4 Plaats de lade terug. 5 Druk op . Als u de storing hiermee niet kunt verhelpen, volgt u de stappen in “231 Papier vast” op pagina 133. 234 Papier vast Een of meer vellen zijn vastgelopen in het duplexgedeelte van de printer toen de printer werd ingeschakeld.
235 Papier vast Er is een dubbelzijdige afdruktaak naar de printer gestuurd met een papierformaat dat niet wordt ondersteund voor dubbelzijdig afdrukken. Er is een vel vastgelopen in de standaarduitvoerbak. 1 Om het vastgelopen papier te verwijderen, dient u het vastgelopen vel rustig uit de standaarduitvoerlade te trekken. 2 Druk op . 24x papier vast 1 Verwijder de optionele lade uit de printer.
2 Verwijder het vastgelopen papier. 3 Plaats de optionele lade weer in de printer. 4 Druk op . 251 papier vast Een vel papier of speciaal afdrukmateriaal is niet volledig ingevoerd vanuit de universeellader. Mogelijk is het vel nog gedeeltelijk zichtbaar. Als het vel nog zichtbaar is , trekt u het voorzichtig uit de voorkant van de universeellader.
Voer de volgende stappen uit als het vel niet zichtbaar is: 1 Open de voorklep en verwijder de eenheid. 2 Til de flap aan de voorzijde van de printer op en verwijder de vastgelopen vellen die gedeeltelijk uitsteken. 3 Lijn de eenheid uit en plaats deze terug. 4 Sluit de voorklep. 5 Druk op .
Problemen oplossen Printerberichten Bezig met kalibreren Wacht tot het bericht is verdwenen. Levensduur cartridge overschreden De tonercartridge is leeg. 1 Verwijder de gebruikte tonercartridge en installeer vervolgens een nieuw exemplaar. 2 Druk op om het bericht te wissen. Vervang door U kunt de huidige papierbron wijzigen voor de rest van de afdruktaak. De opgemaakte pagina wordt dan afgedrukt op het papier dat in de geselecteerde lade is is geladen.
• Om de huidige afdruktaak te annuleren, drukt u op de pijl-omhoog of –omlaag tot Taak annuleren wordt weergegeven en vervolgens op . • Druk voor meer informatie op de pijl-omhoog of -omlaag tot Laten zien of Meer informatie wordt weergegeven en druk op . Vervang door U kunt de huidige papierbron wijzigen voor de rest van de afdruktaak. De opgemaakte pagina wordt dan afgedrukt op het papier dat in de geselecteerde lade is is geladen.
• Annuleer de afdruktaak. Druk op de pijl-omhoog of de pijl-omlaag omlaag tot Taak annuleren verschijnt, en drukt u vervolgens op . • Druk voor meer informatie op de pijl-omhoog of -omlaag tot Laten zien of Meer informatie wordt weergegeven en druk op . Vul met Probeer een van de volgende opties: • Plaats het aangegeven papier in de aangegeven bron om het bericht te wissen en door te gaan met afdrukken.
Vul handm. invoer met Probeer een van de volgende opties: • Plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort in de universeellader. • Negeer het verzoek en druk af op papier dat al wordt gebruikt in een van de laden. Druk op de pijl-omhoog of de pijl-omlaag omlaag tot Automatisch selecteren verschijnt, en drukt u vervolgens op . Als de printer een lade vindt met papier van de juiste soort, wordt het papier vanuit die lade ingevoerd.
Vul handmatige invoer met Probeer een van de volgende opties: • Plaats papier van het juiste formaat in de opgegeven lade. Als de universeellader geen papier bevat, moet u een vel papier doorvoeren om het bericht te wissen. • Negeer het verzoek en druk af op papier uit een van de invoerbronnen. Druk op de pijl-omhoog of de pijl-omlaag omlaag tot Automatisch selecteren verschijnt, en drukt u vervolgens op .
De afdrukkwaliteit kan negatief worden beïnvloed door terugzetten zonder vervanging. U hebt No (Nee) geselecteerd op het scherm "Verify PC unit replaced" (Vervanging van fc-eenheid verifiëren). Wacht tot het bericht is verdwenen. Fabrieksinstellingen worden hersteld Wacht tot het bericht is verdwenen. Bij het herstellen van de fabrieksinstellingen gebeurt het volgende: • Alle bronnen die in het printergeheugen zijn geladen, worden verwijderd. Hieronder vallen ook lettertypen, macro's en symbolensets.
Wacht tot het bericht is verdwenen nadat de time-out is verstreken en doe daarna het volgende: • Voer de juiste PIN in om toegang te krijgen tot eventuele wachttaken • Raadpleeg uw systeembeheerder als u een wachtwoordcode nodig hebt om toegang te krijgen tot specifieke printerfuncties, -instellingen of -menu's die niet beschikbaar voor u zijn als u de code niet invoert. Lade uitgeschakeld De opgegeven lade is uitgeschakeld vanuit het menu Hardware uitschakelen in het menu Configuratie.
• Windows-gebruikers controleren de instellingen van Eigenschappen om er zeker van te zijn dat de printer het juiste papierformaat en de juiste papiersoort vraagt voor de afdruktaak. Macintosh-gebruikers controleren de instellingen van het dialoogvenster Druk af om er zeker van te zijn dat de printer het juiste papierformaat en de juiste papiersoort vraagt voor de afdruktaak. • Controleer of het papierformaat correct is ingesteld.
39 Pagina is te complex. Bepaalde gegevens worden mogelijk niet afgedrukt Probeer een van de volgende oplossingen: • Druk op de pijl-omhoog of -omlaag totdat Doorgaan wordt weergegeven. Druk vervolgens op om het bericht te wissen en door te gaan met afdrukken. • Annuleer de huidige afdruktaak. Druk op de pijl-omhoog en -omlaag tot Taak annuleren verschijnt en druk op . • Installeer extra printergeheugen. 42.
54 Standard network software error (54 Softwarefout in standaardnetwerk) Probeer een van de volgende opties: • Druk op de knop pijl-omhoog of pijl-omlaag tot Doorgaan wordt weergegeven. Druk vervolgens op om het bericht te wissen. • Stel de printer opnieuw in door het apparaat uit en weer aan te zetten. • Upgrade (flash) de netwerkfirmware in de printer of afdrukserver.
4 Sluit het netsnoer aan op een goed geaard stopcontact. 5 Zet de printer weer aan. 80 Routineonderhoud De printer heeft geregeld onderhoud nodig. Bestel een onderhoudskit met een verhittingsstation en een overdrachtsrol. Neem contact op met de klantenondersteuning als het onderhoudsbericht wordt weergegeven. 84 Fc-kit bijna versleten De fotoconductorkit is bijna versleten. Probeer een van de volgende opties: • Vervang de fotoconductor.
• Alle opties zijn correct geïnstalleerd. • De instellingen voor het printerstuurprogramma zijn correct. Zodra u dit alles hebt gecontroleerd, zet u de printer uit. Wacht minimaal 10 seconden en zet de printer vervolgens weer aan. In veel gevallen is het probleem dan verdwenen. Display op het bedieningspaneel van de printer is leeg of er worden alleen ruitjes weergegeven De zelftest van de printer is mislukt. Schakel de printer uit, wacht ongeveer 10 seconden en schakel de printer vervolgens weer in.
CONTROLEER OF DE INTERNE AFDRUKSERVER JUIST IS GEÏNSTALLEERD EN WERKT. • Controleer of de interne afdrukserver juist is geïnstalleerd en of de printer is verbonden met het netwerk. Klik op Gebruikershandleiding en documentatie weergeven op de cd Software en documentatie voor meer informatie over het installeren van een netwerkprinter. • Druk een pagina met netwerkinstellingen af en controleer of Verbonden wordt weergegeven als status.
Het afdrukken van de taak duurt langer dan verwacht Hierna volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende oplossingen: VERMINDER DE COMPLEXITEIT VAN DE AFDRUKTAAK Schakel het volgende uit: het aantal lettertypen en de grootte ervan, het aantal afbeeldingen en de complexiteit ervan en het aantal pagina's in de taak. WIJZIG DE INSTELLING VOOR PAGINABEVEILIGING NAAR UIT 1 Druk op het bedieningspaneel van de printer op .
CONTROLEER OF DE INSTELLINGEN VOOR PAPIERFORMAAT EN PAPIERSOORT VOOR ELKE LADE HETZELFDE ZIJN 1 Druk een pagina met menu-instellingen af en vergelijk de instellingen voor iedere lade. 2 Pas de instellingen indien nodig aan in het menu Papierformaat/-soort. Opmerking: Het papierformaat kan niet automatisch worden vastgesteld met de papierbronnen, laden of laders. U moet het formaat instellen via het menu voor papierformaat en -soort op het bedieningspaneel van de printer of via de Embedded Web Server.
Problemen met accessoires oplossen Optie functioneert niet goed of helemaal niet meer nadat deze is geïnstalleerd Hierna volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende oplossingen: STEL DE PRINTER IN OP DE BEGINWAARDEN. Schakel de printer uit, wacht ongeveer 10 seconden en schakel de printer weer in. CONTROLEER OF DE OPTIE IS VERBONDEN MET DE PRINTER. 1 Schakel de printer uit. 2 Koppel de printer los van het stopcontact. 3 Controleer de verbinding tussen de optie en de printer.
Geheugenkaart Controleer of de geheugenkaart goed is bevestigd op de systeemkaart van de printer. Problemen met de papierinvoer Papier loopt regelmatig vast Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende opties: BUIG HET PAPIER, WAAIER HET UIT EN MAAK ER EEN RECHTE STAPEL VAN VOORDAT U HET IN DE LADE PLAATST. Draai zo mogelijk de stapel papier om wanneer u deze opnieuw in de lade of lader plaatst. CONTROLEER HET PAPIER. Gebruik het aanbevolen papier en afdrukmateriaal.
Nadat de papierstoring is verholpen, wordt de vastgelopen pagina niet opnieuw afgedrukt Herstel na storing is uitgeschakeld. Stel Herstel na storing in op Auto of Aan. 1 Druk op . 2 Druk op de pijl-omhoog of -omlaag tot Instellingen wordt weergegeven en druk op . 3 Druk op de pijl-omhoog of -omlaag tot Algemene instellingen wordt weergegeven en druk op 4 Druk op de pijl-omhoog of -omlaag tot Afdrukherstel wordt weergegeven en druk op . .
U drukt als volgt de testpagina's voor afdrukkwaliteit af: 1 Zet de printer uit. 2 Houd op het bedieningspaneel en de pijl naar rechts ingedrukt terwijl u de printer aanzet. 3 Laat de knoppen los zodra MENU CONFIG wordt weergegeven. 4 Druk op de pijltoetsen totdat Testpagina's afdrukkwaliteit wordt weergegeven en druk vervolgens op . De testpagina's voor de afdrukkwaliteit worden afgedrukt. 5 Druk op de pijltoetsen totdat Menu Configuratie afsluiten verschijnt en druk vervolgens op .
Onvolledige afbeeldingen Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende oplossingen: CONTROLEER DE PAPIERGELEIDERS Schuif de breedte- en lengtegeleiders in de juiste positie voor het papier dat in de printer is geplaatst. CONTROLEER DE INSTELLING VOOR PAPIERFORMAAT. Zorg dat de instelling voor papierformaat overeenkomt met het papier dat in de lade is geplaatst.
CONTROLEER DE INSTELLING VOOR PAPIERSOORT. • Voor Windows-gebruikers: Controleer in Print Properties (Eigenschappen) of de instelling voor Paper Type (Papiersoort) overeenkomt met het papier dat in de lade is geplaatst. • Als u Macintosh gebruikt: Controleer in het dialoogvenster Afdrukken of de instelling voor Papiersoort overeenkomt met het papier dat in de lade is geplaatst.
HET PAPIER HEEFT VOCHT GEABSORBEERD VANWEGE HOGE LUCHTVOCHTIGHEID • Vervang het papier. Gebruik papier uit een nieuw pak. • Bewaar papier altijd in de originele verpakking en pak het pas uit als u het gaat gebruiken. Afdruk is te donker Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende oplossingen: CONTROLEER DE INSTELLINGEN VOOR DONKERHEID, HELDERHEID EN CONTRAST De instelling Tonerintensiteit is te hoog, de instelling Helderheid is te hoog of de instelling Contrast is te hoog.
DE TONERCARTRIDGE IS MOGELIJK BESCHADIGD Vervang de tonercartridge. Afdruk is te licht Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een of meer van de volgende oplossingen: CONTROLEER DE INSTELLINGEN VOOR DONKERHEID, HELDERHEID EN CONTRAST De instelling Tonerintensiteit is te laag, de instelling Helderheid is te laag of de instelling Contrast is te laag. • Wijzig deze instellingen via het menu Kwaliteit op het bedieningspaneel van de printer.
DE TONERCARTRIDGE IS MOGELIJK BESCHADIGD Vervang de cartridge. Scheve afdruk DE PAPIERGELEIDERS CONTROLEREN Schuif de geleiders in de juiste positie voor het formaat papier dat is geplaatst. HET PAPIER CONTROLEREN Zorg ervoor dat u papier gebruikt dat voldoet aan de printerspecificaties. Op de pagina verschijnen lichte tonervegen of schaduwen op de achtergrond Hieronder volgen mogelijke oplossingen.
Tonervlekjes Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende oplossingen: DE TONERCARTRIDGE IS MOGELIJK BESCHADIGD Vervang de tonercartridge. ER IS TONER IN DE PAPIERBAAN TERECHTGEKOMEN Neem contact op met de klantenservice. Afdrukkwaliteit van transparant is laag TRANSPARANTEN CONTROLEREN Gebruik uitsluitend transparanten die door de fabrikant van de printer worden aanbevolen.
DE TONERCARTRIDGE IS MOGELIJK BESCHADIGD Vervang de tonercartridge. ZORG ERVOOR DAT DE PAPIERBAAN VRIJ VAN PAPIER IS Er wellicht papier vastlopen tussen de fotoconductorkit en het verhittingsstation. Controleer de papierbaan rond het verhittingsstation. LET OP—HEET OPPERVLAK: Het verhittingsstation en de binnenkant van de printer in de buurt van het station kunnen heet zijn. Laat het oppervlak eerst afkoelen voordat u het papier verwijdert uit dit gedeelte om letsel door een heet onderdeel te voorkomen.
ER IS WELLICHT TE VEEL TONER IN DE PAPIERBAAN TERECHTGEKOMEN Neem contact op met de klantenservice. Transparanten of vellen papier bevatten effen zwarte of witte strepen Hieronder volgen mogelijke oplossingen. Probeer een van de volgende oplossingen: CONTROLEER OF HET VULPATROON JUIST IS Als het vulpatroon niet juist is, selecteert u een ander vulpatroon in het programma. CONTROLEER DE PAPIERSOORT • • • • Gebruik een andere papiersoort.
CONTROLEER DE NETWERKINSTELLINGEN Afhankelijk van de netwerkinstellingen moet u mogelijk https:// typen in plaatse van http:// vóór het IPadres van de printer om toegang te krijgen tot de Embedded Web Server. Neem contact op met de systeembeheerder voor meer informatie.
Kennisgevingen Productinformatie Productnaam: Lexmark E460dn, Lexmark E460dw, Lexmark E462dtn Apparaattype: 4513 Model(len): 630, 63W, 6EW Informatie over deze editie januari 2010 De volgende alinea is niet van toepassing op landen waar de voorwaarden strijdig zijn met de nationale wetgeving: LEXMARK INTERNATIONAL, INC.
UNITED STATES GOVERNMENT RIGHTS This software and any accompanying documentation provided under this agreement are commercial computer software and documentation developed exclusively at private expense. Handelsmerken Lexmark, Lexmark met het diamantlogo en MarkVision zijn als handelsmerken van Lexmark International, Inc. gedeponeerd in de Verenigde Staten en/of andere landen. PrintCryption is een handelsmerk van Lexmark International, Inc. Mac en het Mac-logo zijn handelsmerken van Apple Inc.
AEEA-richtlijn (Afgedankte elektrische en elektronische apparatuur) Het AEEA-logo geeft aan dat er in de Europese Unie specifieke programma's en procedures zijn voor het hergebruiken van elektronische producten. Wij moedigen het hergebruiken van onze producten aan. Als u meer vragen hebt over de mogelijkheden voor hergebruik, bezoekt u de Lexmark website op www.lexmark.com voor het telefoonnummer van uw lokale verkoopafdeling.
Laserinformatie Deze printer is in de Verenigde Staten gecertificeerd als een product dat voldoet aan de vereisten van DHHS 21 CFR paragraaf J voor laserproducten van klasse I (1). Elders is de printer gecertificeerd als een laserproduct van klasse I dat voldoet aan de vereisten van IEC 60825-1. Laserproducten van klasse I worden geacht geen gevaar op te leveren.
De stroomverbruikniveaus in de vorige tabel zijn metingen op basis van tijdgemiddelden. Stroompieken kunnen aanzienlijk hoger zijn dan het gemiddelde. Waarden kunnen gewijzigd worden. Zie www.lexmark.com voor de huidige waarden. Spaarstand Dit product werd ontworpen met een energiebesparende modus, namelijk de Spaarstand. De spaarstandmodus is het equivalent van de slaapmodus.
Kennisgevingen over regelgevingen voor draadloze producten Dit gedeelte bevat informatie over de regelgeving voor draadloze producten die zenders bevatten, zoals onder andere netwerkkaartlezers en smartcardlezers. Blootstelling aan hoogfrequentie-energie De hoeveelheid hoogfrequentie-energie die door dit draadloze apparaat wordt uitgestraald, ligt ver onder de limieten voor hoogfrequentie-energie die zijn vastgesteld door de FCC en andere regelgevende instanties.
Česky Společnost Lexmark International, Inc. tímto prohlašuje, že výrobek tento výrobek je ve shodě se základními požadavky a dalšími příslušnými ustanoveními směrnice 1999/5/ES. Dansk Lexmark International, Inc. erklærer herved, at dette produkt overholder de væsentlige krav og øvrige relevante krav i direktiv 1999/5/EF. Deutsch Hiermit erklärt Lexmark International, Inc.
Slovensko Lexmark International, Inc. izjavlja, da je ta izdelek v skladu z bistvenimi zahtevami in ostalimi relevantnimi določili direktive 1999/5/ES. Svenska Härmed intygar Lexmark International, Inc. att denna produkt står i överensstämmelse med de väsentliga egenskapskrav och övriga relevanta bestämmelser som framgår av direktiv 1999/5/EG. LEXMARK BEPERKTE SOFTWAREGARANTIE EN LICENTIEOVEREENKOMST LEES DEZE LICENTIEOVEREENKOMST ZORGVULDIG DOOR VOORDAT U DIT PRODUCT IN GEBRUIK NEEMT.
De Software kan internetkoppelingen bevatten naar andere softwaretoepassingen en/of webpagina’s die worden gehost en beheerd door derden die niet bij Lexmark zijn aangesloten. U erkent en gaat ermee akkoord dat Lexmark op geen enkele manier verantwoordelijk is voor het hosten, de prestaties, het beheer, het onderhoud of de inhoud van zulke softwaretoepassingen en/of webpagina’s. 3 BEPERKING VAN VERHAAL.
deze software, die tijdens het downloaden met dergelijke Freeware wordt meegeleverd in de vorm van een afzonderlijke overeenkomst, een "shrink-wrap"-licentie of elektronische licentievoorwaarden. Op al uw gebruik van de Freeware zijn de voorwaarden van een dergelijke licentie van toepassing. 6 OVERDRACHT. U mag de Software overdragen aan een andere eindgebruiker.
toe te staan dat de Software wordt gebruikt op een manier die niet is toegestaan volgens dergelijke exportwetgeving, met inbegrip van, maar niet beperkt tot, proliferatie van nucleaire, chemische of biologische wapens. 17 INSTEMMING MET ELEKTRONISCH AANGAAN VAN OVEREENKOMST. U en Lexmark stemmen ermee in deze Licentieovereenkomst elektronisch aan te gaan.
Index Cijfers A 1565 Emulatiefout, laad emulatieoptie 149 30.yy onjuist gevuld, vervang cartridge 145 31 yy Vervang defecte of ontbrekende cartridge 145 32 Niet-ondersteunde cartridge vervangen 145 32.yy Artikelnummer cartridge wordt niet ondersteund door apparaat 145 34 Papier te kort 145 35 Onvoldoende geheugen voor ondersteuning van functie voor bronnenopslag 146 37 Onvold.
bestellen onderhoudskit 116 tonercartridges 115 Beveiligd afdrukken, menu 97 beveiligde afdruktaken afdrukinstellingen wijzigen 124 beveiliging instellingen voor vertrouwelijke afdruktaken wijzigen 124 Bezig met kalibreren 139 Bezig met stoppen 144 bovenste koppelen 55, 57 ontkoppelen 56, 57 papier plaatsen 47 briefhoofd papier plaatsen 51 tips 65 buitenkant van de printer reinigen 114 C configuratiegegevens draadloos netwerk 32 configuraties van 13 Configure MP (Configuratie Ulader), menu 77 configureren,
printersoftware 31 installeren, printersoftware toevoegen, opties 31 instellen papierformaat 45 papiersoort 45 TCP/IP-adres 87 Universeel papierformaat 45 instellen, printer op een bedraad netwerk (Macintosh) 37 op een bedraad netwerk (Windows) 37 instelling, Ecomodus 41 Instellingen SMTP, menu 95 IPv6, menu 88 K kabels Ethernet 29 parallelle 29 USB 29 karton papier plaatsen 51 tips 67 kennisgevingen 168, 169, 170, 171, 172 koppelen van invoerladen 55 kringlooppapier gebruik 40, 60 Kwaliteit (menu) 106 L
Universeel papierformaat 82 voorbedrukte formulieren 60 vullen, universeellader 51 papier plaatsen bovenste 47 universeellader 51 papiercapaciteit bovenste 63 universeellader 63 papieren etiketten papier plaatsen 51 papierformaten ondersteund door de printer 62 Papiergewicht, menu 79 papierinvoer, problemen oplossen bericht blijft staan nadat storing is verholpen 155 vastgelopen pagina kan niet opnieuw worden afgedrukt 156 papiersoort, aangepast toekennen 57 papiersoorten geschikt voor welke lade(n) 61 onde
printerproblemen, oplossen eenvoudige 149 problemen oplossen contact opnemen met klantenondersteuning 166 eenvoudige printerproblemen oplossen 149 niet-reagerende printer controleren 149 problemen oplossen, afdrukken afdrukken duurt langer dan verwacht 152 envelopverzegelingen 153 er komen onverwachte paginaeinden voor 153 gekruld papier 159 grote afdruktaken worden niet gesorteerd 153 laden koppelen lukt niet 152 meertalige PDF's worden niet afgedrukt 151 onjuiste marges 159 papier loopt regelmatig vast 15
tips 66 Tray Missing (Lade ontbreekt) 145 U Universal Setup (Universalinstelling), menu 82 Universeel papierformaat 82 instellen 45 universeellader papier plaatsen 51 USB-poort 29 V van basismodel 13 configuraties 13 locatie selecteren 12 minimale installatieruimte 12 verplaatsen 121 vervoeren 121 veiligheidsinformatie 9, 10 verplaatsen van printer 121 vertrouwelijke afdruktaken 68 afdrukken vanaf de Macintoshcomputer 69 afdrukken via Windows 69 Vervang door 139 Verva