Operation Manual

C!)
~
C)
O o
1o2o3o4o5o6o
C C l
l!J
I )
CV
=
0 0 1 0 2 0 3 0 4
C C I
UJ
I ) ) ®
~
C!)
~
C)
O o1 o
2o3o4
o
5o6o
CD
(
C
IL
!J
I )
cv
o:='1°2°3
° 4
(
~
I
L!J
I 2
)
®
~®
I
~
l
~
0
C!)
~
C)
Oo1o2o3
o
4o5
o 6 o
(
~
I
L!J
I )
cv
I
~®
I I
I I
I
I
I I
I
I
I I
~
~
34
Schulpzoom
CD
Steekkeuze 6
CV
Steekbreedte
5-6.5
® Steeklengte 2-3
@
Bovendra
adspanning 6-8
® Voet F : Cordonvoet
*
Gebruik
een
dunne
stof, zoals bijvoorbeeld tricot.
Vouw de stof schuin
op
de draad. Stel de gewenste
steekbreedte
en
steeklengte in. U
kunt
de
bovendraadspanning iets verhogen, afhankelijk van
de stof.
Laat
de naald
net
naast de stofvouw steken,
aan de rechterkant.
Als u rijtjes schulpzomen naast elkaar wilt naaien,
laat
dan
ongeveer 1.5 cm ruimte tussen de naden.
U
kunt
schulpzomen naaien in elke richting,
op
dunne
of
zijden stoffen.
Fagottingsteek
CD
Steekkeuze 7
cv
Steekbreedte
5-6.5
®
Steeklengte
0.5-1.5
(±)
Bovendraadspanning
3-6
®
Voet
A:
Zigzagvoet
CD
Steekeuze
17
or
19
cv
Steekbreedte
5-6
®
Bovendraadspanning
3-6
(±)
Voet
A:
Zigzagvoet
Vouw de beide stofdelen
op
circa 1.5 cm
om
en
pers de
stofvouw plat.
Speld de twee stofvouwen
op
papier vast
met
een
tussenruimte van ongeveer 0.3 cm.
Naai langzaam, waarbij u de stof zo geleidt
dat
de
naald zowellinks als rechts in de stof steekt.