Operation Manual

11
Installatievoorwaarden
3 Installatievoorwaarden
3.1 Elektrische aansluiting
Er zijn meerdere aansluitmogelijkheden mogelijk. Zie
aansluitschema’s in de technische manual. Voor de
aansluitwaarden kijkt u in de Technische gegevens.
Uw eletriciën kan hiermee de belasting van uw
elektriciteitsvoorzieningen berekenen en daarmee
stroomwaardes en zekeringen bepalen. Bij de
aansluitwaarden is tussen haakjes de berekende stroom
weergegeven.
3.2 Voorzieningen water
Kwaliteit water
De oven moet worden aangesloten op koud water van
drinkwaterkwaliteit.
Het water moet aan de volgende eisen voldoen:
Chlorideconcentratie Cl
-
maximaal 50 mg/l.
Chloorconcentratie Cl
2
maximaal 0,1 mg/l.
SO
4
²-: maximaal 400 mg/l.
Fe: max. 0,1 mg/l.
Mn: max. 0,05 mg/l.
CU: max 0,05 mg/l.
Geleidbaarheid 10 - 200 µS/cm.
Bij verontreiniging van het water door zand, ijzerdeeltjes
of zwevende stoffen, een filter toepassen met
filtereenheid 5-15 micrometer.
Leventi adviseert om altijd een waterontharder toe te
passen. Schade door kalkvorming valt nooit binnen de
garantie. De toegestane hardheid is 0-3°dH.
3.2.1 Aanvoer
De oven is voorzien van twee aansluitingen die via een T-
stuk de algemene aansluiting vormen. Wanneer uw
water niet aan de gestelde eisen voldoet, dient u een
waterontharder toe te passen.
Waterontharders hebben filters die gereinigd of
vervangen moeten worden. Om de belasting van uw
waterontharder te minimaliseren kunt u de watertoevoer
splitsen.
Koppelt u het T-stuk los, dan heeft u twee aansluitingen:
de ene aansluiting is geschikt voor drinkwater, de andere
is geschikt voor onthard water (volgens specs).
Sluit leidingwater aan op de linker aansluiting (COLD) en
sluit de watertoevoer die via de waterontharder komt,
aan op de rechter.
De oven wordt aangesloten op een wateraansluiting met
beluchte koudwaterkraan met ¾" aansluiting. Beluchting
wil zeggen dat wanneer er een onderdruk op de leiding
ontstaat (bijvoorbeeld door een actie van de brandweer)
de kraan lucht aanzuigt via een ventiel.
De aansluiting moet voorzien zijn van een goedgekeurde
terugslagklep met wateroverloopafvoer.
3.2.2 Capaciteit aansluitpunt water
De waterdruk in het aansluitpunt moet minimaal 2 Bar
(200000 Pa) zijn en maximaal 5 Bar (500000 Pa). De
druk moet minimaal 2 Bar (200000 Pa) zijn op het punt
waar de toevoerleiding de oven ingaat.
Er moet minimaal 9 liter water per minuut uit de kraan
komen. Houd hiermee rekening wanneer er nog andere
apparaten als vaatwassers en wasmachines op dezelfde
leiding zijn aangesloten. Hierdoor kan de druk snel zakken
in uw waterleidingsysteem.
Drukregulering
Indien nodig moet door een installateur een drukregelaar
(bij te hoge druk) of opvoerpomp (bij te lage druk) worden
opgenomen. De oven gebruikt slechts een geringe
hoeveelheid water en kan daarom worden voorzien van
een drukregelaar met een geringe doorlaat (1/4”). De
waterdruk dient tussen 2 en 5 Bar (200000 en 500000
Pa) te blijven. Dit geldt ook bij volle belasting van het
waterleidingnet.
Een en ander moet geïnstalleerd worden door een lokale
en erkende installateur volgens de lokaal geldende
richtlijnen. Die heeft het beste zicht op geldende
materiaaleisen, -keuringen, toelatingen, koppelingen et
cetera.
COLD
water connections
drinking water; 2-5 Bar; dH:
max
Mn: max. 0,05 mg/l
Cu: max 0,05 mg/l
10 - 200 µS/cm
filter 5-15 µm
T: max 50°C
Cl
-
: max 25 mg/l
Cl
2
: max 0,1 mg/l
SO
4
²-: max 400 mg/l
Fe: max. 0,1 mg/l