Technical data

58
AFSTANDSMETING
Om de afstand tot een object te meten, moet hierop
precies worden gericht. Hiervoor activeert men het
richtpunt door eenmaal op de grote knop (2) te druk-
ken. Na het loslaten van de knop licht het richtpunt
nog gedurende ca. 4 seconden op. Bij ingedrukt
gehouden knop licht het richtpunt permanent op.
Terwijl het richtpunt oplicht, wordt het object
gepeild en door opnieuw drukken op de gr
ote knop
w
ordt de afstandsmeting uitgevoerd en de meet-
waarde vervolgens getoond. Het richtpunt gaat bij de
meting even uit.
Door weer op de grote knop te drukken kan telkens
een nieuwe meting worden gestart zolang het richt-
punt nog oplicht.
Als de afstand tot het object minder dan 10 meter
bedraagt, de reikwijdte wordt overschreden of het
object onvoldoende reflecteert, verschijnt de indica-
tie _ _ _.
Me
t het verdwijnen van de indicatie schakelt de
LEICA PINMASTER zichzelf automatisch uit.
SCANFUNCTIE
Met de LEICA PINMASTER kan ook in continubedrijf
worden gemeten. Wanneer de grote knop (2) bij de
tweede bediening ingedrukt wordt gehouden, scha-
kelt het toestel na ca. 0,5 seconde over naar de
scanfunctie en voert dan permanent metingen uit.
Dit is te herkennen aan de wisselende indicatie: Na
ca. ieder
e 0,5 seconde wor
dt een nieuwe meetwaar-
de aangegeven.
De scanfunctie is vooral praktisch bij de meting op
vlaggenstokken en overige kleine onderwerpen.
Opmerking:
In de scanfunctie is het stroomverbruik op basis van
de permanente metingen hoger dan bij afzonderlijke
metingen.
98
Inhalt Pinmaster_933-05.qxp:Inhalt Rangemaster.qxp 06.10.2010 15:10 Uhr Seite 58